3B-4-4.1

4.1 Het skelet
Op tafel:
Boek B blz. 10



1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

4.1 Het skelet
Op tafel:
Boek B blz. 10



Slide 1 - Tekstslide

Planning
  • Leerdoelen
  • Uitleg
  • Zelfstandig werken
  • Volgende keer

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je al?

Slide 3 - Tekstslide

Hoe noemen we de onderdelen van het skelet?

Slide 4 - Open vraag

Uit hoeveel botten bestaat het menselijk lichaam?
A
153
B
206
C
289
D
423

Slide 5 - Quizvraag

Waarom hebben we een skelet?

Slide 6 - Open vraag

Leerdoelen
  • Je kent de delen van het lichaam.
  • Je kunt in een afbeelding van het skelet de botten benoemen.
  • Je kunt de functies van het skelet noemen.

Slide 7 - Tekstslide

Skelet
Een ander woord voor skelet is geraamte

De mens bestaat uit 206 botten

Een ander woord voor botten is beenderen

Slide 8 - Tekstslide

1
2
3
Romp
Ledematen
Hoofd

Slide 9 - Sleepvraag

De romp
De romp bestaat uit:
1 De schoudergordel (sleutelbeenderen en twee schouderbladen)
2 De borstkas (borstbeen + ribben)
3 Het bekken (twee heupbeenderen)
4 De wervelkolom
Schoudergordel: sleutelbeenderen + schouderbladen
1
Schoudergordel: sleutelbeenderen + schouderbladen
1
Borstkas: borstbeen + ribben
2
Het bekken: twee heupbeenderen
3
Het bekken: twee heupbeenderen
3
De wervelkolom: halswervels, borstwervels en lendenwervels
4

Slide 10 - Tekstslide

De wervelkolom
Mensen hebben een wervelkolom

Slide 11 - Tekstslide

Schedel
De botten van je hoofd zijn samen de schedel

Bij de schedel horen de schedelbeenderen, bovenkaak en onderkaak

Slide 12 - Tekstslide

De ellepijp ligt aan de kant van de pink
Botten van het been

Slide 13 - Tekstslide

Botten in de hand
Botten in de voet

Slide 14 - Tekstslide

Functies skelet:

Slide 15 - Tekstslide

bescherming
Vorm

Slide 16 - Tekstslide

stevigheid
beweging mogelijk maken

Slide 17 - Tekstslide

Zelfstandig werken 
1. Invullen invulsamenvatting
2. Maken opdrachten blz. 12: 3, 5, 6

Slide 18 - Tekstslide