Quiz 1

Quiz 4H
HUH, 2021
1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Quiz 4H
HUH, 2021

Slide 1 - Tekstslide

Vooraf
In twee- of drietallen.
Vier rondes van tien vragen.
Denk om de spelling! Fout gespeld = fout antwoord
Winnend team na beide quizzen krijgt een prijsje op 25/6.

Slide 2 - Tekstslide

Ook belangrijk
Deelname verplicht.
Spieken of voorzeggen is heel zielig.
Leuke vraag voor de volgende keer? Mailen.

Slide 3 - Tekstslide

Ronde 1
Nederlands en andere talen

Slide 4 - Tekstslide

1. Welke taal wordt het meest gesproken in Zuid-Amerika?
A
Frans
B
Portugees
C
Engels
D
Nederlands

Slide 5 - Quizvraag

2. Welk woord moet op de puntjes:
bord....
....breker

Slide 6 - Open vraag

3. Welk zinsdeel is 'mij' in 'Hij geeft mij het goede antwoord'?
A
Persoonsvorm
B
Onderwerp
C
Lijdend voorwerp
D
Meewerkend voorwerp

Slide 7 - Quizvraag

4. Welke dag van de week is 'dimanche' in het Frans en 'Domingo' in het Spaans?

Slide 8 - Open vraag

5. Wat betekent het Engelse woord 'sensible'?

Slide 9 - Open vraag

6. Wat is de juiste spelling?
A
onmiddellijk
B
onmiddelijk
C
onmidelijk
D
onmidellijk

Slide 10 - Quizvraag

7. Wat is het voltooid deelwoord van 'daten'?

Slide 11 - Open vraag

8. Als je in Duitsland zegt 'ich muss bellen', zeg je
A
ik moet telefoneren
B
ik moet ballen
C
ik moet blaffen
D
ik moet naar de wc

Slide 12 - Quizvraag

9. Hoe noem je in het Frans een tosti met ham en kaas?
A
croque-monsieur
B
croque-madame
C
crêpe-monsieur
D
crêpe-madame

Slide 13 - Quizvraag

10. In welk land wordt, na Groot-Brittannië, door de meeste mensen (%) Engels gesproken?

Slide 14 - Open vraag

Ronde 2
Natuur en techniek

Slide 15 - Tekstslide

1. Naast de bloedgroepen is er ook een indeling met + en -. Hoe noem je de aan- of afwezigheid van die antigenen?
A
hemoglobine
B
rhesusfactor
C
bloedplaatje
D
zuurstofrijk of -arm

Slide 16 - Quizvraag

2. Welk metaal is het element Sn?

Slide 17 - Open vraag

3. Met welke letter wordt de straal aangegeven van een cirkel?

Slide 18 - Open vraag

4. Het toestel van Hoffman splijt waterstof en ...

Slide 19 - Open vraag

5. Hoe heet het verschijnsel waarbij de toonhoogte hoger wordt als de bron nadert en lager als de bron verder weg gaat?
A
pavlovreactie
B
isofonie
C
basaltformatie
D
dopplereffect

Slide 20 - Quizvraag

6. Is koraal een plant of een dier?
A
plant
B
dier

Slide 21 - Quizvraag

7. Hoe wordt de verbinding NH³ ook wel genoemd?

Slide 22 - Open vraag

8. Hoeveel nekwervels heeft de mens?
A
6
B
7
C
8
D
9

Slide 23 - Quizvraag

9. Welk dier legt de grootste eieren?

Slide 24 - Open vraag

Drie personen gaan uit eten. Per persoon betalen ze €25. Twee van hen geven 10% fooi. Welk bedrag betalen ze uiteindelijk samen?
A
€ 75
B
€ 55
C
€ 80
D
€ 85

Slide 25 - Quizvraag

Ronde 3
spreekwoorden: vul het ontbrekende woord in

Slide 26 - Tekstslide

1. Hij scheert iedereen over één ...

Slide 27 - Open vraag

2. Je moet niet verder kijken dan je ... lang is

Slide 28 - Open vraag

3. Weten waar ... de mosterd haalt.

Slide 29 - Open vraag

4. Zwaar op de ... liggen

Slide 30 - Open vraag

5. Zachte heelmeesters maken stinkende ...

Slide 31 - Open vraag

6. Hij meet met twee ...

Slide 32 - Open vraag

7. Die jongen groeit op voor galg en ...

Slide 33 - Open vraag

8. Een ... in een glas water

Slide 34 - Open vraag

9. ... op laag water zoeken

Slide 35 - Open vraag

10. Hij valt met zijn ... in de boter

Slide 36 - Open vraag

Ronde 4
Categorie
Tip: schrijf de antwoorden zelf ook op!

Slide 37 - Tekstslide

1. Oude televisiefragmenten zie je niet in kleur, maar in ...

Slide 38 - Open vraag

2. Hoeveel is 8²?

Slide 39 - Open vraag

3. Hoe noem je lang haar in de nek bij mannen?

Slide 40 - Open vraag

4. Het staatshoofd van Denemarken is geen president, maar een ...

Slide 41 - Open vraag

5. Bij een filmpremière lopen de acteurs over de rode ...

Slide 42 - Open vraag

6. Wat is het Latijnse woord 'equus'?

Slide 43 - Open vraag

7. Wat is het hoogste gebouw van Utrecht?

Slide 44 - Open vraag

8. De heer in het kaartspel noem je ook wel de

Slide 45 - Open vraag

9. Hoe noem je een poppetje bij een spel als Mens erger je niet?

Slide 46 - Open vraag

10. Welke categorie was deze ronde?

Slide 47 - Open vraag