Klas 2A1/2C1- THUISWERKLES maandag 12 april

• Frans
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

ÉMOTIONS

2A1/2C1:THUISWERKLES

maandag 12 april

week 4

PROGRAMME

planning:

week 5 --> thuiswerkles (VANDAAG)

week 6 --> toetsweek (pw Émotions)

EXTRA MEET

Extra meet voor de thuiswerkers:

Wil je nog wat vragen/weten over het proefwerk van volgende week?  Kom vandaag in de extra meet van 12.10 tot 12.30 uur. Link Meet op Classroom. 

PROEFWERK --> alles op classroom

Émotions:

Donderdag 22 april 13:00- 14:00 uur

--> vocabulaire deel 1 /m 4 ( 40 woorden)

--> comment dire (7 zinnen)

--> comment ça va --> emoties met avoir/être

--> bezittelijk voornaamwoord

--> bijvoeglijk naamwoord (VORM)

--> avoir & être

Welke week is het nu?

1. week 4
2. week 5
3. week 6
4. week 7

In welke week is de toetsweek?

1. week 4
2. week 5
3. week 6
4. week 7

ÉMOTIONS

Aujourd'hui:

- vocabulaire deel 1 t/m 4

- exercice dictionnaire 

- lees & luistervaardigheid

- comment dire

- les devoirs

https:

Wat heb je gescoord?

0100

ÉMOTIONS

--> minder dan 60% = 10 minuten oefenen op Quizlet, daarna door met de volgende slide. 

--> meer dan 60% = ga door naar de volgende slide.

ÉMOTIONS

Aujourd'hui:

- vocabulaire deel 1 t/m 4

- exercice dictionnaire 

- lees & luistervaardigheid

- comment dire

- les devoirs 

Kies de juiste vertaling van het woord in hoofletters uit het woordenboek hiernaast.

Le prof n’est pas JUSTE.

1. correct
2. rechtvaardig

Leg je antwoord uit.

Kies de juiste vertaling van het woord in hoofletters uit het woordenboek hiernaast.

1 + 1 = 2. La réponse est JUSTE.

1. correct
2. rechtvaardig

Leg je antwoord uit.

Kies de juiste vertaling van het woord in hoofletters uit het woordenboek hiernaast.

Timour a 18 sur 20. C’est une bonne NOTE.

1. cijfer
2. muzieknoot

Leg je antwoord uit.

Kies de juiste vertaling van het woord in hoofletters uit het woordenboek hiernaast.

Le pianiste a fait une fausse NOTE.

1. cijfer
2. muzieknoot

Leg je antwoord uit.

Kies de juiste vertaling van het woord in hoofletters uit het woordenboek hiernaast.

Mon père me DÉFEND de sortir le soir.

1. verdedigt
2. verbiedt

Leg je antwoord uit.

Kies de juiste vertaling van het woord in hoofletters uit het woordenboek hiernaast.

La grande sœur DÉFEND toujours son petit frère.

1. verdedigt
2. verbiedt

Leg je antwoord uit.

ÉMOTIONS

Aujourd'hui:

- vocabulaire deel 1 t/m 4

- exercice dictionnaire 

- lees & luistervaardigheid

- comment dire

- les devoirs

lees & luistervaardigheid

Ce n'est pas juste!

--> Pak je boek op bladzijde 143.

--> Maak de opdrachten op de volgende slides.

Kijk naar het artikel in deOption lire: docu-presseen lees de inleiding. Kies het juiste antwoord.

1. Wat ze leuk en niet leuk vinden op school en thuis.
2. Wat ze niet rechtvaardig vinden op school en thuis.

Lees het artikel in de Option lire: docu-presse. Wie is onrechtvaardig volgens deze jongeren? Wie wordt voorgetrokken? Combineer.

--> lerares onrechtvaardig; jongens voorgetrokken

1. Cassandra
2. Hugo
3. Max
4. Chloé

Lees het artikel in de Option lire: docu-presse. Wie is onrechtvaardig volgens deze jongeren? Wie wordt voorgetrokken? Combineer.

--> leraar onrechtvaardig; meisjes voorgetrokken

1. Cassandra
2. Hugo
3. Max
4. Chloé

Lees het artikel in de Option lire: docu-presse. Wie is onrechtvaardig volgens deze jongeren? Wie wordt voorgetrokken? Combineer.

--> leraar onrechtvaardig; meisjes voorgetrokken

1. Cassandra
2. Hugo
3. Max
4. Chloé

Lees het artikel in de Option lire: docu-presse. Wie is onrechtvaardig volgens deze jongeren? Wie wordt voorgetrokken? Combineer.

--> moeder onrechtvaardig; broer voorgetrokken

1. Cassandra
2. Hugo
3. Max
4. Chloé

Lees het artikel nog een keer en selecteer wat op welke persoon slaat.

Heeft een broer die alles doet wat hij wil:

1. Cassandra
2. Hugo
3. Max
4. Chloé

Lees het artikel nog een keer en selecteer wat op welke persoon slaat.

Denkt dat zijn/haar ouders zijn/haar zus voortrekken:

1. Cassandra
2. Hugo
3. Max
4. Chloé

Lees het artikel nog een keer en selecteer wat op welke persoon slaat.

Kan niet tegen onrechtvaardigheid:

1. Cassandra
2. Hugo
3. Max
4. Chloé

Lees het artikel nog een keer en selecteer wat op welke persoon slaat.

Krijgt straf in plaats van zijn/haar zus:

1. Cassandra
2. Hugo
3. Max
4. Chloé

Lees het artikel nog een keer en selecteer wat op welke persoon slaat.

Moet thuis blijven en huiswerk maken:

1. Cassandra
2. Hugo
3. Max
4. Chloé

Lees het artikel nog een keer en selecteer wat op welke persoon slaat.

Heeft een leraar die denkt dat meisjes niets begrijpen:

1. Cassandra
2. Hugo
3. Max
4. Chloé

Lees het artikel nog een keer en selecteer wat op welke persoon slaat.

Maakt altijd zijn/haar huiswerk:

1. Cassandra
2. Hugo
3. Max
4. Chloé

Lees het artikel nog een keer en selecteer wat op welke persoon slaat.

Is heel boos:

1. Cassandra
2. Hugo
3. Max
4. Chloé

ÉMOTIONS

Aujourd'hui:

- vocabulaire deel 1 t/m 4

- exercice dictionnaire 

- lees & luistervaardigheid

- comment dire

- les devoirs

https:

Wat heb je gescoord?

0100

ÉMOTIONS

--> minder dan 60% = 10 minuten oefenen op Quizlet, daarna door met de volgende slide. 

--> meer dan 60% = ga door naar de volgende slide.

https:

Wat heb je gescoord?

0100

ÉMOTIONS

--> minder dan 60% = 10 minuten oefenen op Quizlet, daarna door met de volgende slide. 

--> meer dan 60% = ga door naar de volgende slide.

ÉMOTIONS

Aujourd'hui:

- vocabulaire deel 1 t/m 4

- exercice dictionnaire 

- lees & luistervaardigheid

- comment dire

- les devoirs

LES DEVOIRS

Donderdag 15 april | les op school!

- leren vocabulare Deel 1 t/m 4 (F-NL/ NL-F)

- leren alle zinnen Comment dire 

- leren Emoties Comment ça va

ALLES STAAT OP CLASSROOM

ÉMOTIONS

Aujourd'hui:

- vocabulaire deel 1 t/m 4

- exercice dictionnaire 

- lees & luistervaardigheid

- comment dire

- les devoirs