Les 3 - Breuken

Programma
Huiswerk gelukt? - 5 min
Uitleg breuken vereenvoudigen - 5 min
Maken opdr. 23 - 10 min
Uitleg breuken gelijknamig maken - 5 min
Maken opdr. 28 - 10 min
Uitleg breuken vermenigvuldigen - 5 min
Maken opdr. 36 -  10 min
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Programma
Huiswerk gelukt? - 5 min
Uitleg breuken vereenvoudigen - 5 min
Maken opdr. 23 - 10 min
Uitleg breuken gelijknamig maken - 5 min
Maken opdr. 28 - 10 min
Uitleg breuken vermenigvuldigen - 5 min
Maken opdr. 36 -  10 min

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
De leerlingen kunnen een breuk vereenvoudigen.
De leerlingen kunnen de helen uit een breuk halen en kunnen de hele binnen de breuk brengen.
De leerlingen kunnen breuken gelijknamig maken.
De leerlingen kunnen gelijknamige en niet gelijknamige breuken optellen en aftrekken met en zonder helen.
De leerlingen kunnen breuken met elkaar vermenigvuldigen met en zonder helen.

Slide 2 - Tekstslide

Breuken vereenvoudigen

Slide 3 - Tekstslide

Maken
Opdracht 23 - 10 minuten

Slide 4 - Tekstslide

Welke noemer krijg je als je de breuken gelijknamig maakt?

31+51=

Slide 5 - Tekstslide

Hoe maak je de breuk
1/3 en 1/4 gelijknamig?
A
4/12 en 4/12
B
Kan niet
C
4/12 en 3/12
D
4/12 en 6/12

Slide 6 - Quizvraag

Maken
Opdracht 28 - 10 minuten

Slide 7 - Tekstslide

BREUKEN VERMENIGVULDIGEN
noemernoemertellerteller

Slide 8 - Tekstslide

BREUKEN VERMENIGVULDIGEN
151232=

Slide 9 - Tekstslide

Maken
Opdracht 36 - 10 min

Slide 10 - Tekstslide

Bij breuken vermenigvuldigen moet ik eerst deze eerst gelijknamig maken
A
Ja
B
Nee

Slide 11 - Quizvraag


42=
83=
52+84=

Slide 12 - Open vraag

Bereken en maak een foto. Schrijf duidelijk je berekening op:

9332=

Slide 13 - Open vraag

Leerdoelen
De leerlingen kunnen een breuk vereenvoudigen.
De leerlingen kunnen de helen uit een breuk halen en kunnen de hele binnen de breuk brengen.
De leerlingen kunnen breuken gelijknamig maken.
De leerlingen kunnen gelijknamige en niet gelijknamige breuken optellen en aftrekken met en zonder helen.
De leerlingen kunnen breuken met elkaar vermenigvuldigen met en zonder helen.

Slide 14 - Tekstslide