-Uitleg 7.4 verteren/ 7.5 ademhaling en vertering bij dieren
-Aan de slag met je werkboekopdrachten of
practicum en of test jezelf
Slide 2 - Tekstslide
Lesdoelen
Je weet hoe je koolstofdioxide of zetmeel kunt aantonen?
Kunnen benoemen op welke 4 plaatsen vertering plaats vindt.
Alle verteringssappen kunnen benoemen en waar ze worden gemaakt.
De taak van de dunne en dikke darm kunnen uitleggen.
Slide 3 - Tekstslide
Sleep de organen naar het juiste orgaanstelsel
Ademhalingsstelsel
Verteringsstelsel
Bloedvatenstelsel
Hart
Bloedvaten
Neus
Lever
Maag
Longen
Darmen
Slide 4 - Sleepvraag
neusholte
luchtpijp
long
middenrif
huig
slokdarm
longblaasje
4. Onderdelen ademhalingsstelsel
Slide 5 - Sleepvraag
Soms gebeurt het dat je je verslikt. Bijvoorbeeld wanneer je te snel eet of drinkt. Beschrijf wat er gebeurt met je huig en je strotklepje als je je verslikt
Slide 6 - Open vraag
Je hebt twee soorten ademhaling, rib- en buikademhaling. Bij welke ademhaling speelt de middenrif een grote rol?
A
Rib- of borstademhaling
B
Buikademhaling
Slide 7 - Quizvraag
Juist of Onjuist. Bij de borstademhaling (rib-ademhaling) trekken de tussenrib spieren samen.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 8 - Quizvraag
Sleep wat je eet naar 1 van de juiste groene vakken in de hoek
nootjes, sleep niet naar vet
chips
macaroni
eiwit
koolhydraat
Vet
water
Slide 9 - Sleepvraag
Welke voedingsstoffen zijn brandstoffen?
Sleep ze in het juiste vak
JA
Nee
vetten
koolhydraten
vitamines
eiwitten
mineralen
water
Slide 10 - Sleepvraag
Welke voedingsstoffen worden direct opgenomen?
Welke voedingsstoffen moeten eerst worden verteerd?
Vitaminen
De meeste koolhydraten
Glucose
Water
Eiwitten
Vetten
Mineralen
Slide 11 - Sleepvraag
Welk verteringssap maakt de lever?
A
Darmsap
B
Alvleessap
C
Speeksel
D
Gal
Slide 12 - Quizvraag
Wanneer word je dikker van suiker?
A
Als je er teveel van binnenkrijgt. Het wordt dan als reservestof opgeslagen
B
Als je de suiker als brandstof gebruikt
C
Als je de suiker als bouwstof gebruikt
D
Je wordt altijd dikker van suiker als je dat eet
Slide 13 - Quizvraag
Slokdarm
Lever
Dikke darm
Galblaas
Maag
Alvleesklier
Dunne darm
Anus
Appendix
Slide 14 - Sleepvraag
Maak de reactievergelijking van verbranding kloppend.
+
+
_______>
verbranding
koolstofdioxide
zuurstof
water
glucose
Slide 15 - Sleepvraag
Verbranding
Slide 16 - Tekstslide
Practicum koolstofdioxide aantonen
Kader blz. 20/ 21
Basis blz. 31/32
Slide 17 - Tekstslide
Zetmeel aantonen in voeding
Kader werkboek blz. 29
Basis werkboek blz. 67
Slide 18 - Tekstslide
0
Slide 19 - Video
Slide 20 - Video
Waar wordt je voedsel verteerd?
De eerste stap van vertering vindt plaats in de mondholte (speeksel).
De vertering gaat verder in de maag (maagsap).
In de twaalfvingerige darm gaan gal en alvleessap verder met de vertering. gal is GEEN verteringssap, het is een hulpstof!!
In de dunne darm wordt de vertering afgerond (darmsap). De voedingsstoffen kunnen hierna het bloed in.
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
Waar komen de voedingsstoffen in het bloed?
In de dunne darm zijn de voedingsstoffen klein genoeg om in het bloed te worden opgenomen.
De dunne darmwand is erg dun en bevat veel haarvaten. De voedingsstoffen kunnen gemakkelijk door de wand heen.
Door de darmplooien met darmvlokken is het oppervlakte van de dunne darmwand erg groot.
Slide 25 - Tekstslide
0
Slide 26 - Video
Slide 27 - Tekstslide
Hoe kun je zien wat dieren eten?
Het type gebit en de lengte van het verteringsstelsel heeft alles te maken met het eten.
Slide 28 - Tekstslide
planteneters
vleeseters
alleseters
planten
vlees
lange darmen
korte darmen
middellange darmen
knip kiezen
plooi kiezen
knobbel kiezen
planten en vlees
Slide 29 - Sleepvraag
Hoe komen insecten aan zuurstof?
Slide 30 - Tekstslide
Slide 31 - Video
Hoe ademen kikkers tijdens hun leven?
huid
uitwendige kieuwen
inwendige kieuwen
longen
Dit verandert gedurende hun leven (gedaanteverwisselingen).
Slide 32 - Tekstslide
Slide 33 - Video
Zelf aan de slag
Je mag zelf kiezen waarmee je aan de slag gaat. Als je klaar bent ga je door met een ander onderdeel. Niks doen is geen optie.
Lezen en maken 7.4 en 7.5
Samenvatting thema 7
Practicum opdrachten voeding en vertering
Test jezelf thema 7
Slide 34 - Tekstslide
Zelf aan de slag BASIS 8.3/ 8.4
Je mag zelf kiezen waarmee je aan de slag gaat. Als je klaar bent ga je door met een ander onderdeel. Niks doen is geen optie.