Machines, gereedschap en materialen kennis

machines, Gereedschap en materiaal kennis
1 / 53
volgende
Slide 1: Tekstslide
TechniekMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 53 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

machines, Gereedschap en materiaal kennis

Slide 1 - Tekstslide

beeldende vorming
waar denk je dan aan?

Slide 2 - Woordweb

wat weet je al over veiligheid in het techniek/bv lokaal?

Slide 3 - Woordweb

Machines

Slide 4 - Woordweb

materiaal

Slide 5 - Woordweb

gereedschap

Slide 6 - Woordweb

wat is dit voor Zaag
A
tafel figuurzaag
B
boogzaag
C
lintzaag
D
elektrische zaag

Slide 7 - Quizvraag

wat voor Boor is dit
A
Stamboor
B
kolomboor
C
grote boor
D
op voet boor

Slide 8 - Quizvraag

wat moet je als je met machines gaat werken op?

Slide 9 - Open vraag

1.1 Noodstopvoorziening
In het technieklokaal is er een zogenaamde ‘noodstopvoorziening’ aangebracht. Met deze noodstop kan de docent of een leerling in geval van paniek of een ongeluk snel op de rode knop drukken. 
 
Met één druk op de rode knop wordt meteen de stroom uitgeschakeld van het gehele technieklokaal. 

Slide 10 - Tekstslide

Wat gebeurt er als je op de noodstop drukt?

Slide 11 - Open vraag

Waarom mag je niet voor de ‘gein’ op de noodstop drukken?
A
Dan gaan de machines stuk
B
Daar word de leraar moe van
C
Dan gaat het licht ook uit in het lokaal
D
Dan kan een leerling schrikken

Slide 12 - Quizvraag

Waarom zijn de noodstoppen verspreid over het gehele technieklokaal?

Slide 13 - Open vraag

Hoe kan de docent de stroom weer resetten?
A
door de knop weer uit te trekken
B
met een sleutel
C
dat kan hij niet, moet de conciërge doen
D
in de meterkast

Slide 14 - Quizvraag

1.4 Niet rennen en stoeien



In het technieklokaal bevinden zich veel voorwerpen. Deze zijn meestal erg hard of scherp. 
 
Als je je gewoon rustig door het technieklokaal beweegt, loop je het minste risico om je te stoten of te snijden aan voorwerpen. 

Slide 15 - Tekstslide

Waarom mag je tijdens een techniekles niet achter iemand aan rennen?

Slide 16 - Open vraag

1.6 Gebruik elektrische machines
Elektrische machines zijn gemaakt om door één persoon te bedienen. Durf je het nog niet goed alleen? 
 
“Laat geen leerlingen helpen maar vraag de docent!” 

Alle elektrische machines staan op een lange kast zodat je er veilig mee kan werken. Het is tijdens een techniekles verboden om met meerdere leerlingen bij 1 apparaat te staan.  Alleen zo voorkom je dat je per ongeluk een leerlingen aanduwt of aanstoot.  
Bovendien heeft de docent een veel beter overzicht of alles goed gaat. 
 

Slide 17 - Tekstslide

Mag je samen met een leerling een gaatje boren? Waarom niet?

Slide 18 - Open vraag

1.7 Veiligheid op de machines
Om de veiligheid voor de gebruikers van de machines nog meer te vergroten, hebben ze op de machines ook een extra noodknop gemaakt. Mocht je per ongeluk je werkje loslaten bij bijvoorbeeld het boren kan je op de rode knop voorop duwen en de boor gaat snel uit.  

Maar stel je eens voor dat tijdens het boren de stroom uitvalt (stroomstoring) en je niet meer weet of de machine wel of niet aanstond. Om te voorkomen dat de boor weer gaat draaien als de stroomstoring is verhopen zit hiervoor ook een veiligheid voor ingebouwd. Je moet dan eerst op de roden 0 knop drukken en vervolgens op de groene knop. 

Slide 19 - Tekstslide

1.8 Bankschroef / klem
We hebben drie soorten bankschroeven, houten, metalen en een boorklem. Deze zijn er alleen voor om lesmateriaal goed en veilig in te klemmen, dus geen ander spullen zoals een pen. 

Slide 20 - Tekstslide

Waarom staan alle machines op een lange kast naast elkaar?

Slide 21 - Open vraag

Wat kan de docent beter zien als iedereen, die niet met een machine bezig is, op zijn eigen werkplek zit.
A
dan is niet iedereen aan het werk
B
dat iedereen aan het werk is
C
meer kans op ongelukken
D
hij heeft meer overzicht.

Slide 22 - Quizvraag

Waarvoor dient de noodstop op de kolomboormachine? (2 antwoorden zijn goed)
A
als er een ongelukje gebeurt kan je snel de boor uitzetten.
B
als de boormachine vastloopt, dat je na gebruik deze als nog los kan maken
C
om het licht mee uit te zetten op de boormachine
D
voor als er een stroomstoring komt.

Slide 23 - Quizvraag

1.9 Stof en rook afzuiging in het lokaal
Stofdeeltjes zijn slecht voor de mens. Kleine stofdeeltjes adem je ongemerkt in en komen in je longen terecht. Dit kan schade aanrichten aan je gezondheid.  
Om dit te voorkomen is er een afzuiging aangelegd langs het plafond van het lokaal. Het is een grote koker met roosters. Gedurende de hele les staat deze aan en zuigt deze vieze lucht op en voert deze af naar buiten.  
 
Om ervoor te zorgen dat er frisse lucht binnenkomt zet de docent vaak één of meerdere ramen open. Misschien is het dan wel eens een beetje koud in het lokaal. Maar het is in ieder geval wel gezond en fris! 

Slide 24 - Tekstslide



De schuurmachines en figuurzaagmachines zitten op een stofzuiger aangesloten. Je moet dus eerst de stofzuiger aanzetten voordat je 1 van deze apparaten mag gaan gebruiken. Als je klaar bent vergeet dan niet de stofzuiger ook uit te zetten. 
Bij de soldeertafel en lascabines zit nog een extra afzuiging om de rookgassen af te zuigen. Zodat het lokaal niet blauw komt te staan van de rook en je ademt deze dan ook niet in.  

Slide 25 - Tekstslide

Hoe wordt het stof afgezogen uit het lokaal (noem er 3)?

Slide 26 - Open vraag

Waarom zet de docent wel eens een raampje open?
A
om stof naar buiten te laten gaan
B
voor frisse lucht
C
zodat het werkgeluid naar buiten kan
D
anders komt er te veel koolmonoxide

Slide 27 - Quizvraag

1.10 Stroomvoorziening
Alle apparaten werken op 230V met uitzondering van de practicumborden 
en soldeerbouten. Deze werken op laagspanning maximaal 42V 
 
Over de grond van het lokaal mag geen stoomkabel liggen want hierover kan je struikelen. Daarom is boven de werkbank een vaste kabbelhaspel gemaakt. Deze kan je naar je toe trekken als je stroom wilt aansluiten. Onder de werkbank is een transformator gemonteerd deze zet de 230V om naar 42V voor de practicum borden. Hier past ook alleen maar een speciale driepootstekker in.  

Slide 28 - Tekstslide

1.11 Noodmiddelen
Mocht er toch ondanks alle veiligheids voorzorgsmaatregelen een ongelukje gebeuren zijn daarvoor ook een paar voorzieningen geregeld. Voor de kleine snijwondjes hangt er een verbandtrommel in het lokaal. Voor kleine brandjes hangt daarvoor een brandblusser en een brand deken in het lokaal. 
Jij mag deze middelen niet zomaar gebruiken, dit moet de techniekleraar doen. 

Slide 29 - Tekstslide

Waarom mag jij niet met de brandblusser werken als er brand is in het lokaal en waarom moet de docent dit doen?

Slide 30 - Open vraag

1.12 Opgeruimd magazijn
Om te voorkomen dat het in een kleine ruimte zoals een magazijn, onveilig wordt moet alles goed opgeruimd worden. Voor de gereedschappen die we gebruiken zijn speciale gereedschapskasten ontworpen waar alles veilig en overzichtelijk in bewaard kan worden.  
Om mobile machines, bijvoorbeeld accuboormachines en schuurmachines langer mee te laten gaan worden ze bewaard in koffers. Op deze manier beschadig je niet de elektro snoeren, zaagjes, enz. deze worden ook in een opbergkast bewaard. 
Om te voorkomen dat je een lege accu aantref worden deze na gebruik meteen op de acculaders gedaan zodat de volgende leerling ook weer een volle accu heeft om te gebruiken. 

Slide 31 - Tekstslide

Waarom is een opgeruimd magazijn belangrijk (noem er 3)?

Slide 32 - Open vraag

Om te voorkomen dat het werkstukje wat jij maakt zoekraakt, worden deze ook in het magazijn bewaard in blauwe bakken. Iedere klas / groep heeft zijn eigen bak. Zorg altijd er voor dat op al je onderdelen je naam staat met een stikker.


Slide 33 - Tekstslide

Sleep de afbeelding naar de juiste naam je houd vier woorden over
Huiswerkopdracht 2
Noodstop
Noodschakelaar
Gehoorbeschermer
boorklem
Acculaders
Stofzuiger
Transformator
Gereedschapskast
Houtenbankschroef
Kolomboor
Metalenbankschroef
Opbergkast
Kabelhaspel

Slide 34 - Sleepvraag

Huiswerkopdracht 3
Sleep de afbeelding naar de juiste naam je houd vier woorden over
Kabelhaspel
Verbandtrommel
Stofafzuiging figuurzaag
Brandblusser
Rookgasafzuiging
Veiligheidsbril
Metalenbankschroef
Bankschroef
Kolomboormachine
Branddeken
Koffer
Bril
Deken

Slide 35 - Sleepvraag

Techniek
Controleer of je alle vragen en opdrachten heb gemaakt van veiligheid in het technieklokaal

lever dan je opdrachten digitaal in

Slide 36 - Tekstslide

Gereedschap

Slide 37 - Tekstslide

Gereedschap
Meetlat
Hamer en spijkers
Zaag
Boormachine
Waterpas

Slide 38 - Tekstslide

Gereedschap indelen in soort
  1. Meetgereedschappen
  2. Klemgereedschappen
  3. Aftekengereedschappen
  4. Bewerkingsgereedschappen
  5. Montagegereedschappen

Slide 39 - Tekstslide

1. Meetgereedschappen
maatlat, liniaal, duimstok, schuifmaat, rolmaat, waterpas


Slide 40 - Tekstslide

2. Klemgereedschappen
Bankschroef, figuurzaagplank, lijmklem

Slide 41 - Tekstslide

3. Aftekengereedschappen
potlood, kraspen, priem, centerpons, steekpasser, winkelhaak, blokhaak


Slide 42 - Tekstslide

4. Bewerkingsgereedschappen
Je verandert het materiaal d.m.v. boren, zagen, vijlen, raspen, knippen, hakken, buigen.

Slide 43 - Tekstslide

5. Montagegereedschappen
Gebruik je om te monteren en te demonteren: 
  • ringsleutel, steeksleutel, dopsleutel, pijpsleutel
  • diverse tangen
  • schroevedraaiers

Slide 44 - Tekstslide

Vraag 1

Dit is de afbeelding van een ...
A
platkop- schroevendraaier
B
spanningzoeker
C
schroefbitje
D
beitel

Slide 45 - Quizvraag

Vraag 2

Dit is de afbeelding van een ....
A
pijpensnijder
B
(metaal-) hefboomschaar
C
metaal (plaat-)schaar
D
elektrische figuurzaagmachine

Slide 46 - Quizvraag

Vraag 3

Met dit gereedschap schiet je nietjes in hout.
A
blindklinknageltang
B
nietmachine
C
tacker
D
nietjesschieter

Slide 47 - Quizvraag

Vraag 4

Een kromme spijker verwijder je uit een houten lat met behulp van een ....
A
striptang
B
bankhamer
C
griptang
D
vlechttang

Slide 48 - Quizvraag

Vraag 5

Dit is de afbeelding van een ....
A
vlechttang
B
rondbektang
C
zijkniptang
D
griptang

Slide 49 - Quizvraag

Vraag 6

Dit is de afbeelding van een ......
A
buigmal
B
machineklem
C
bankschroef
D
lijmklem

Slide 50 - Quizvraag

Vraag 7

Dit is de afbeelding van een ....
A
kolomboormachine
B
schroevendraaier
C
accuboormachine
D
verf-afbrander

Slide 51 - Quizvraag

Vraag 8

Dit is de afbeelding van een ....
A
verstekhaak
B
zwaaihaak
C
hoogte-schuifmaat
D
winkelhaak

Slide 52 - Quizvraag

Vraag 9

Dit is de afbeelding van een ....
A
griptang
B
nijptang
C
waterpomptang
D
rondbektang

Slide 53 - Quizvraag