Oefenen werkwoordspelling module 2 klas 4

Donderdag 24 november

  • Quiz werkwoordspelling
  • Oefening: zoek de fouten 
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3,4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Donderdag 24 november

  • Quiz werkwoordspelling
  • Oefening: zoek de fouten 

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen

  • Ik kan de verschillende vormen van het werkwoord (PV TT, PV VT, VD en TD) op de juiste manier spellen. 

Slide 2 - Tekstslide

(mopperen) en (huilen) kwam de voetballer de kleedkamer in.
A
Mopperent en huilend
B
Mopperend en huilent
C
Mopperend en huilend
D
Mopperent en huilent

Slide 3 - Quizvraag

Wat is fout en waarom?

Slide 4 - Tekstslide

Sjaan (verhuizen) morgen en Job is gisteren (verhuizen).
A
verhuist - verhuist
B
verhuist - verhuisd
C
verhuisd - verhuist
D
verhuisd - verhuisd

Slide 5 - Quizvraag

Het gebeur... regelmatig dat men fouten maakt in werkwoordspelling.
A
gebeurd
B
gebeurt
C
gebeurdt

Slide 6 - Quizvraag

Als je verstandig bent, BRAND je daar je vingers niet aan.
A
pv tt
B
vd
C
pv vt
D
bn

Slide 7 - Quizvraag

De .... kater was moeilijk te fotograferen.

A
geschroke
B
geschroken
C
geschrokke
D
geschrokken

Slide 8 - Quizvraag

De (aanbranden) aardappels zijn weggegooid.
A
aangebranden
B
aangebrandde
C
aanbrandende
D
aangebrande

Slide 9 - Quizvraag

evacueren
De .................. kampen.
A
gëevacueerde
B
geëvacueerde
C
gëevacueerden
D
geëvacueerden

Slide 10 - Quizvraag

Mijn (intapen) enkel doet nog steeds zeer.
A
ingetapete
B
ingetapede
C
ingetapte
D
ingetapde

Slide 11 - Quizvraag

Hij (deleten - vt) de bestanden.
A
delete
B
deletete
C
delette
D
deletette

Slide 12 - Quizvraag

(vinden) alsjeblieft die bankpas terug, voor er misbruik van wordt gemaakt.
A
Vond
B
Vindt
C
Vind

Slide 13 - Quizvraag

De stukken (kopiëren - tt) mijn secretaresse niet meer.
A
kopieert
B
kopieërt
C
kopiëert
D
kopieerde

Slide 14 - Quizvraag

De pas (stofzuigen) vloer lag onder de confetti.
A
stofgezogen
B
gestofzuigde
C
stofgezoge
D
stofgezuigde

Slide 15 - Quizvraag

Zoek de fouten!
  • Werkwoordspelling
  • 15 fouten 

Slide 16 - Tekstslide