Opdracht hersenen antwoorden
1.
Hersenstam -Geleidt impulsen van ruggenmerg naar de grote en kleine hersenen en omgekeerd.
-Geleidt impulsen van zenuwen in hoofd en hals naar grote en kleine hersenen en omgekeerd.
-Stuurt belangrijke levensfuncties aan (hartslag, ademhaling, bloeddruk en temperatuur regelen van lichaam)
2.
Grote hersenen: Impulsen uit hersenen verwerken.
3. Kleine hersenen: Het coördineren van bewegingen.
4. Gevoelscentra: Ontvangen informatie van zintuigen en verwerken
5. Bewegingscentra: Aansturen van spieren of klieren