6.3

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Aan het einde van de paragraaf weet je..



  • waarom er altijd gevaar voor een overstroming van zee is
  • waardoor de relatieve zeespiegel stijgt
  • hoe Nederland zich beschermt tegen de zeespiegelstijging
  • hoe de kust wordt versterkt (klimaatadaptatie)

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Onder de zeespiegel
Je kunt de verandering van het klimaat niet stopzetten. Dus: klimaatadaptatie = aanpassing aan de klimaatverandering om de gevolgen ervan te verminderen

Nederland moet tegen de zee worden beschermd door ligging beneden de zeespiegel.
 - duinen
 - dijken en dammen
 - stormvloedkeringen: beweegbare zeearmen

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Bescherming
Duinen, dijken, dammen en stormvloedkeringen zijn primaire waterkeringen, ze geven directe bescherming tegen hoogwater 

Slide 6 - Tekstslide

Onder de zeespiegel
Nederland is verdeeld in dijkringen    = gebied beschermd door primaire waterkeringen

Dijkring 14: grootst + Randstad
overstromingsrisico: 1 keer in 10.000 jaar
Maar als het gebeurt: miljoenen mensen evacueren , veel slachtoffers


Slide 7 - Tekstslide

De zeespiegel stijgt
Afsmelten landijs + uitzetten van warmer zeewater = stijging zeespiegel.

Maar ook: bodemdaling!

Slide 8 - Tekstslide

Bodemdaling
1. Door winning delfstoffen: aardgas

2. Ontwateren van bodem: vooral in veengebieden
Veen = kletsnatte, sponsachtige grondsoort & bestaat uit dode plantenresten
Water eruit = inzakking bodem
Deel veen boven water -> contact zuurstof = vertering ->  bodem zakt verder in

Slide 9 - Tekstslide

De zeespiegel stijgt
Door bodemdaling komt het land lager te liggen ten opzichte vande zeespiegel

Bodemdaling + zeespiegelstijging = relatieve zeespiegelstijging

Slide 10 - Tekstslide

Vandaag
Maken: 6.3 opdrachten 1 t/m 3 + herhaling 3A 
Leren dia's 1 t/m 11

Slide 11 - Tekstslide

Relatieve zeespiegelstijging is
A
Hoeveel meter de zeespiegel stijgt
B
Hoeveel meter de bodem daalt
C
Hoeveel meter de zeespiegel stijgt - hoeveel de bodem daalt
D
Hoeveel meter de zeespiegel stijgt + hoeveel meter de bodem daalt

Slide 12 - Quizvraag

De zeespiegel stijgt
Door bodemdaling komt het land lager te liggen ten opzichte vande zeespiegel

Bodemdaling + zeespiegelstijging = relatieve zeespiegelstijging

Slide 13 - Tekstslide

Noem twee redenen waardoor de zeespiegel stijgt

Slide 14 - Open vraag

Noem twee redenen waardoor de bodem daalt

Slide 15 - Open vraag

Afbraakkust
Aanslibbingskust

Slide 16 - Sleepvraag

Aanslibbingskust

Meer zand wordt aangevoerd dan dat er wordt afgevoerd 

= strand wordt groter + ontstaan strandwallen -> verhoging duinen

Afbraakkust

Grote kracht golven (vooral bij diep zeewater)  De golven zijn in staat delen van de kust af te breken.

Golven beuken tegen de rotsen, waardoor gaten, grotten
en bogen ontstaan.

Slide 17 - Tekstslide

Zand beschermt
Maatregelen om de kust te beschermen:
- dijkverbetering: hogere en sterkere dijken
- verbetering duinen met zand


Zandsuppletie = toevoeging zand.
golven verliezen hun slopende kracht & duinen worden hoger en breder door opwaaiend zand

Slide 18 - Tekstslide

Polder 
  • Wat is een polder?
  • hoe werkt een polder?
  • Wat is het voordeel van een polder? 
Polder met veengrond = de waterstand wordt kunstmatig geregeld.
Grond zakt in!
Waterschappen moeten zorgen voor waterveiligheid: vooral in de polders van Laag-Nederland

Slide 19 - Tekstslide

Vandaag
Maken: opdrachten 4 & 5 + herhaling van 6.2 en 6.3!

Volgende les: herhalen?

Slide 20 - Tekstslide