1. Je eigen volk en je eigen land

De Eerste Wereldoorlog
1. Je eigen volk en je eigen land
1 / 37
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

De Eerste Wereldoorlog
1. Je eigen volk en je eigen land

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Kenmerkende aspecten
Met andere woorden: Wat is/hoort typisch bij dit tijdvak?
tijdvak 8:
1. De moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industrialisatie.
2. De opkomst van politiek-maatschappelijke stromingen: liberalisme, nationalisme
tijdvak 9:
1. Het voeren van twee wereldoorlogen
2. Verwoestingen op niet eerder vertoonde schaal door massavernietigingswapens en de betrokkenheid van de burgerbevolking bij oorlogvoering.

Welke woorden hierboven ken je niet?

Slide 3 - Tekstslide

hoofdvraag: Wat waren de oorzaken en de gevolgen van de Eerste Wereldoorlog?
deelvragen:
1. Waarom zochten de grote Europese mogendheden rond 1900 bondgenoten?
2. Hoe veroorzaakten de bondgenoten juist een oorlog?
3. Hoe verliep de strijd en welke gevolgen had die voor militairen en burgers?
4. Hoe werd de Grote Oorlog een wereldoorlog en hoe kwam er uiteindelijk vrede?

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun jij uitleggen  waarom de grote Europese mogendheden rond 1900 bondgenoten zochten.

Slide 5 - Tekstslide

Eerst de naam...
  • De naam 'Wereldoorlog' werd pas voor het eerst rond 1920 gebruikt.
  • De naam 'Eerste Wereldoorlog' pas bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog.

  • Veelgebruikte namen voor de oorlog zijn (nu nog steeds): The Great War (En.), Der Grosse Krieg (Dld.), La Grande Guerre (Fr.) of De Groote Oorlog (Bel.)

Slide 6 - Tekstslide









"De oorlog die alle 
oorlogen zou beëindigen"

Slide 7 - Tekstslide

Één volk, één land, één regering
  • Duitsland wil één land worden in de 19e eeuw > Nationalisme belangrijk hierin.
  • Hoe dit te bereiken: door geweld > delen van Denemarken en Oostenrijk worden veroverd.
  • 1870: oorlog tussen Pruisen (Duitsland) en Frankrijk.
  • 1871: In het paleis van Versailles wordt de Duitse eenheid uitgeroepen.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Industrie en Wapenwedloop
  • Ook Frankrijk en Engeland zijn Nationalistisch.
  • Grote uitbreidingen op meerdere gebieden:
    - Industrialisatie >spoorwegen, kanalen en wegen. 
    - Economie > Modern Imperialisme
    -
    Wapens > nieuwe kanonnen en schepen > Militairisme

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Veelvolkerenstaten
  • Oostenrijk-Hongarije, Rusland en het Ottomaanse rijk waren veelvokerenstaten > verschillende volkeren met een eigen taal en cultuur.

  • Deze volkeren willen een eigen (onafhankelijk) land.

  • Dit zorgt voor veel spanningen.

Slide 12 - Tekstslide

Tegenstellingen en
bondgenootschappen
  • Door de spanningen in Europa gaan landen op zoek naar bondgenoten.

  • Balkanvolkeren hadden de steun van Rusland > verwant met de Bulgaren en Serviërs > Slavische volkeren.
  • Balkan ook economisch belangrijk voor Rusland > handel via de Zwarte Zee.
  • Probleem: het Ottomaanse Rijk (tegenwoordig Turkije) > wilde ook invloed in de Balkan.


  • Rusland op dit moment achter qua industrialisatie: veel armoede en ontevredenheid bij de bevolking.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Alle oorzaken zorgen voor een eplosieve situatie in Europa
Het wachten is op het aansteken van de lont.

Slide 15 - Tekstslide


Welk begrip wordt bedoeld?
trots op je eigen land – vlag – volkslied

Slide 16 - Open vraag


Welk woord heeft niets
te maken met nationalisme?
A
vlag
B
land
C
mitrailleur
D
volk

Slide 17 - Quizvraag


Welk woord heeft niets
te maken met militarisme?
A
soldaat
B
volkslied
C
uniform
D
medailles

Slide 18 - Quizvraag


Welk woord wordt bedoeld?
vrienden – helpen – landen - oorlog

Slide 19 - Open vraag

Fra      It      Eng    Ru     Du    O-H
Triple Entente
Triple Alliantie

Slide 20 - Sleepvraag

Aan de slag!

mk WB opdr  par 1
1 - 8
Gebruik daarbij de teksten uit je TB 

Slide 21 - Tekstslide

Afronden
nabespreken opdr  2, 5 en 8

Slide 22 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun jij uitleggen  waarom de grote Europese mogendheden rond 1900 bondgenoten zochten.

Slide 23 - Tekstslide

huiswerk
In principe geen huiswerk, tenzij je in de les niet klaar was.

mk WB opdr par 1
1 - 8
Gebruik daarbij de teksten uit je TB 


Slide 24 - Tekstslide




Slag bij Waterloo
1815





Laatste grote Europese oorlog
tot aan de Eerste Wereldoorlog 

Slide 25 - Tekstslide




Congres van Wenen
1815






Er komt een machtsevenwicht
in Europa

Slide 26 - Tekstslide

Oorzaken die leiden tot WOI

5 stuks....deze oorzaken sluimeren vaak al jaren....

Slide 27 - Tekstslide

Oorzaak 1


De Frans-Duitse Oorlog
1870-1871






Frankrijk verliest de oorlog

Slide 28 - Tekstslide



Frankrijk raakt 
Elzas-Lotharingen kwijt







Zorgt voor wraakgevoelens bij Frankrijk

Slide 29 - Tekstslide




Duitsland ontstaat
1871







In één keer komt er een groot nieuw land bij

Slide 30 - Tekstslide

Het machtsevenwicht wordt nu verstoord

Slide 31 - Tekstslide

Oorzaak 2


Modern imperialisme







De Europese landen willen hun macht uitbreiden in Azië en Afrika.

Slide 32 - Tekstslide

Oorzaak 4


Nationalisme







Extreme trots op het eigen volk en land: 'Ons land is het beste!'

Slide 33 - Tekstslide

Oorzaak 4


Militarisme







Trots op alles wat met het eigen leger te maken heeft
Vertrouwen in de kracht van het eigen leger

Slide 34 - Tekstslide



Wapenwedloop







Vooral tussen Engeland en Duitsland ontstaat 
een felle strijd om wie de sterkste en meeste wapens heeft

Slide 35 - Tekstslide

Oorzaak 5


Bondgenootschappen







Economische en militaire afspraken tussen de landen: Wij helpen elkaar!

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide