In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
Van jagers naar boeren
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
Je kunt uitleggen hoe de overgang van jagen-verzamelen naar landbouw verliep (+klimaatverandering).
Je kunt vier gevolgen noemen van de overgang van jagen-verzamelen naar landbouw.
Je kan herkennen of een bron primair of secundair is.
Je kan primaire bronnen gebruiken om er informatie over het verleden uit te halen.
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Landbouwrevolutie
Gebied waar de eerste landbouw ontstaat (9000 v. Chr.)
Deze Neolithische Revolutie ontstaat in het Midden-Oosten (de vruchtbare halve maan)
Mensen gingen niet langer jagen en verzamelen, maar op een vaste plek aan landbouw doen
Slide 4 - Tekstslide
Landbouwrevolutie
Revolutie betekent verandering
Jager-verzamelaars worden boer
De agrarische revolutie duurde meer dan 1000 jaar: niet iedereen werd tegelijk boer
Landbouw bestaat uit: akkerbouw en veeteelt
Slide 5 - Tekstslide
Grote en belangrijke verandering
99% van de geschiedenis van de mens, heeft de mens geleefd als jager-verzamelaars
Slide 6 - Tekstslide
Gevolgen van de landbouwrevolutie
Mensen stoppen te leven als nomaden
Het ontstaan van de eerste steden: landbouwsamenleving
Mensen gaan zich specialiseren, krijgen meer bezittingen en er ontstaat meer ongelijkheid: de één heeft meer bezittingen dan een ander.
Slide 7 - Tekstslide
Stad in het Midden-Oosten, omstreeks 9000 v. Chr.
Slide 8 - Tekstslide
Door het verschil in bezittingen nam ook de kans op oorlog tussen stammen toe.
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Een langzame verandering
Ongeveer 9.000 jaar v. C. veranderde in het Midden-Oosten heel langzaam de manier van leven.
De mensen gaan aan landbouw doen.
Dieren worden gefokt, men gaat aan veeteelt doen.
Graan groeide op akkers, men deed aan akkerbouw.
Slide 11 - Tekstslide
Wat betekent het begrip landbouw?
A
Akkerbouw + landbouw= veeteelt.
B
landbouw + veeteelt
= akkerbouw.
C
Veeteelt + akkerbouw=
landbouw.
Slide 12 - Quizvraag
Grote gevolgen
Boeren woonden op een plek. Er ontstonden dorpjes.
Door de landbouw was er meer voedsel en groeide de bevolking. De eerste boerendorpen hadden ongeveer 150 inwoners. Rond 7000 v.C. waren er al dorpen waar 2.000 mensen woonden.
In die grotere dorpen ontstonden sociale verschillen. Dat zijn verschillen tussen groepen mensen in rijkdom, macht en aanzien. Sommige boeren hadden meer oogst dan anderen en werden rijker. Ook de taakverdeling veranderde omdat niet iedereen meer op het land hoefde te werken.
Het ontstaan van de landbouw is door deze grote gevolgen een van de belangrijkste veranderingen in het bestaan van de mensheid.
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
Slide 15 - Tekstslide
Van jagers naar boeren
Paragraaf 2.3 Vruchtbare halve maan, van dorp naar stad
Slide 16 - Tekstslide
Het ontstaan van de eerste steden
Om meer vruchtbare grond te krijgen, gingen de boeren kanaaltjes graven om het water te verspreiden (irrigatielandbouw)
Hierdoor was er meer voedsel en groeiden dorpen uit tot steden
Niet iedereen hoeft meer boer te zijn en mensen gaan andere beroepen uitoefenen
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Landbouw-stedelijke samenleving
De steden worden steeds groter
Om zo veel mensen samen te laten leven, moeten er afspraken gemaakt worden:
Uitvinding van het schrift
Wetten worden opgeschreven
Slide 19 - Tekstslide
Van jagers naar boeren
Paragraaf 2.3 Vruchtbare halve maan, van dorp naar stad
Vandaag lees je paragraaf 2.3.2 en 2.3.3
en maak je opdrachten 1, 3, 5, 6, 7, 8, 11a en 11b
Slide 20 - Tekstslide
Leg uit waarom de landbouw niet in de gebieden A en B (in de kaart) ontstond.
Slide 21 - Open vraag
Welke middelen van bestaan hadden de mensen vóór de Landbouwrevolutie?
A
Jagen en verzamelen
B
Jagen, verzamelen, akkerbouw en veeteelt
C
Akkerbouw en veeteelt
D
Verzamelen, akkerbouw en veeteelt
Slide 22 - Quizvraag
Welke middelen van bestaan hadden de mensen na de Landbouwrevolutie?