HM1 Hoofdstuk 2 herhalen Present Simple + vragenuurtje

Week 10 les 2
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Week 10 les 2

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Present Simple herhalen
  • Oefentoets File 2 in exam.net
  • Vragen stellen
LET OP: IK HEB GEEN STEM DUS HOUDT DAAR AUB REKENING MEE!

Slide 2 - Tekstslide

PLENDA


Leer de woorden van alle woorden File 2 en alle gele blokjes uit File 2. 
LET OP: BIJ VAKKEN -> ENGELSE TAAL -> FILE  STAAT DE CODE VOOR DE OEFENTOETS IN EXAM.NET

Slide 3 - Tekstslide

Homework
Maak opdracht 5 t/m 9 van de Test Yourself File 2
Leer de woorden van alle woorden File 2 en alle gele blokjes uit File 2.
LET OP: BIJ VAKKEN -> ENGELSE TAAL -> FILE STAAT DE CODE VOOR DE OEFENTOETS IN EXAM.NET

Slide 4 - Tekstslide

Work alone
Maak opdracht 5 t/m 9 van de Test Yourself File 2
Leer de woorden van alle woorden File 2 en alle gele blokjes uit File 2.
LET OP: BIJ VAKKEN -> ENGELSE TAAL -> FILE STAAT DE CODE VOOR DE OEFENTOETS IN EXAM.NET

Slide 5 - Tekstslide

Present Simple
In NL: gewone tegenwoordige tijd.
BV Hij denkt aan het proefwerk
He thinks of the test.

Slide 6 - Tekstslide

Stappenplan -es/-ies/-s (SHIT)
1. Staat er een sisklank (sh/ch/ss/x) dan komt bij shit +es .
2. Eindigt het werkwoord op een -y met een medeklinker ervoor (b,d,f,g,h enz.), dan komt er bij shit +ies .
3. Is dit allemaal niet van toepassing: dan +s
STAAT ER GEEN SHIT: DAN WERKWOORD GEWOON OVERSCHRIJVEN!!!!!!

Slide 7 - Tekstslide

Present simple (+)
Gebruik: 
  • tegenwoordige tijd
  •  - feiten
  •  - gewoontes  (always, never, sometimes, often, usually)
Vorm: 
  • hele werkwoord
  • > LET OP DE SHIT REGEL (She, He, IT)
  • > he, she, it = hele werkwoord +s (sing-sings)
  • > he, she, it = hele werkwoord +es bij s-klank (watch-watches)
  • > he, she , it = hele werkwoord +es bij o op het eind (go-goes)

Slide 8 - Tekstslide

Present simple
It ....... (to start) in 10 minutes.
A
start
B
starts

Slide 9 - Quizvraag

Present simple
They ...... (to visit) us every summer.
A
visit
B
visits

Slide 10 - Quizvraag

(to walk) present simple
He ....... in the park.

Slide 11 - Open vraag

(to kiss) present simple
She ..... her boyfriend.

Slide 12 - Open vraag

(to watch) present simple
We ..... a nice film.

Slide 13 - Open vraag

Werkblad 1
Zelf invullen Present Simple zoals op de toets!

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Link

Werkblad 2
Zelf invullen Present Simple zoals op de toets!

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Link

Succes met leren!
Denk aan alle gele blokjes / woorden / aantekeningen / oefentoets / uitlegvideo's + oefenmateriaal grammatica

Slide 18 - Tekstslide