10.1 Opgroeien

10.1 Opgroeien
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

10.1 Opgroeien

Slide 1 - Tekstslide

Doelen van deze les
Je leert:
welke levensfasen er zijn
waardoor je verandert
hoe je groeit

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Levensfasen
In elke levensfase vindt er ontwikkeling plaats
- lichamelijk
- geestelijk

Slide 4 - Tekstslide

geen groei, zorg voor kinderen
groei, leren rennen, leren praten
geslachtsorganen worden werkzaam
afronding van de hersenontwikkeling
gezichten herkennen
Baby

Peuter
Puber
Adolescent
Volwassene

Slide 5 - Sleepvraag

lichamelijke ontwikkeling
geestelijke ontwikkeling
kruipen
gezichten herkennen
bouwen met blokken
leren wat niet mag
lezen
wiskunde
seksuele gevoelens
groeispurt
zelfstandig worden
vergeetachtig worden
rimpels

Slide 6 - Sleepvraag

Kijk naar bron 3 op TB blz. 102
Deze hoef je niet uit je hoofd te kennen, maar je moet wel begrijpen hoe je het afleest. Even oefenen:

1. Vanaf welke leeftijd begint de huid te verouderen?
2. Vanaf welke leeftijd verdwijnt het kraakbeen uit de botten?
3. Wat heeft dit voor gevolgen?
4. Tot welke leeftijd neemt de ontwikkeling van spieren toe?

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

0

Slide 9 - Video

In het filmpje gaat het over 'signalen' die de hypofyse afgeeft. Welk begrip gebruiken we voor die signalen?

Slide 10 - Open vraag

Hoe werken hormonen? Maak een mooie uitleg van maximaal 3 zinnen waar in ieder geval de volgende woorden zitten:
hormoonklier, doelwitorgaan, receptor, specifiek

Slide 11 - Open vraag

Einde deel 1
HUISWERK:

Maken van 10.1 opdr 1 t/m 10

Slide 12 - Tekstslide

10.1 Opgroeien

Slide 13 - Tekstslide

Doelen van deze les
Je leert:
welke levensfasen er zijn
waardoor je verandert
hoe je groeit

Slide 14 - Tekstslide

Kijk naar bron 6 op TB blz. 103
Deze hoef je niet uit je hoofd te kennen, maar je moet wel begrijpen hoe je het afleest. Even oefenen:
1. In welk jaar groei je het meest? Hoe komt dit?
2. Op welke leeftijd beginnen jongens en meisjes gemiddeld met de groeispurt?
3. Bij wie duurt de groeispurt langer?
4. Bij wie is de groeispurt intensiever?

Slide 15 - Tekstslide

Je botten groeien. Wat is de goede volgorde?
A
botcellen reageren op groeihormoon - celgroei - celdeling
B
botcellen reageren op groeihormoon - celdeling - celgroei
C
celgroei - celdeling - botcellen reageren op groeihormoon
D
celdeling - celgroei - botcellen reageren op groeihormoon

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Tekstslide

Welke cellen delen zich waardoor je botten groeien?
A
harde beencellen
B
kraakbeencellen
C
beenmergcellen
D
vetcellen

Slide 18 - Quizvraag

hoe heten de schijven waar deze kraakbeencellen liggen?
A
groeischijven
B
deelschijven
C
puberteitschijven
D
bamischijven

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Tekstslide

Botgroei
Waar? Uiteinden van de pijpbeenderen, kaak, heupen, wervelkolom
Wat? Kraakbeencellen zitten in groeischijven. 
Wat gebeurt er als je stopt met groeien? Groeischijven waren van kraakbeen, worden van been

Slide 21 - Tekstslide

Er zijn verschillen tussen jongens en meisjes als het gaat om welke botten doorgroeien. Jongens krijgen (een) bredere ...(1)... en meisjes krijgen (een) bredere ...(2)....
A
1. heupen 2. borstkas
B
1. borstkas 2. heupen
C
1. dijbenen 2 enkels
D
1. enkels 2. dijbenen

Slide 22 - Quizvraag

Einde deel 2
HUISWERK:

Maken van 10.1 opdr 1 t/m 17

Slide 23 - Tekstslide

Voorbereiden op 10.2
Je krijgt nu drie keer een woord uit 10.2 te zien.

Typ steeds:
- waar je aan moet denken bij dit woord
- wat dit woord bij je oproept
- synoniemen die je kent (andere woorden met dezelfde betekenissen)

Slide 24 - Tekstslide

PENIS

Slide 25 - Woordweb

VAGINA

Slide 26 - Woordweb

SEKS

Slide 27 - Woordweb

Afspraken voor de 
komende lessen

Slide 28 - Tekstslide