2H - Unité 2 - les heures et les jours

2H - Unité 2 
Les heures et les jours
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

2H - Unité 2 
Les heures et les jours

Slide 1 - Tekstslide

Il est....
A
une heure et demie
B
une heure et quart
C
une heure moins le quart
D
une heure vingt

Slide 2 - Quizvraag

Il est....
A
trois heures et demie
B
trois heures et quart
C
deux heures et quart
D
deux heures et demie

Slide 3 - Quizvraag

Il est....
A
cinq heures moins le quart
B
cinq heures et quart
C
quatre heures moins le quart
D
quatre heures et quart

Slide 4 - Quizvraag

Il est....
A
douze heures
B
minuit
C
midi
D
après-midi

Slide 5 - Quizvraag

Il est....
A
neuf heures moins cinq
B
neuf heures cinq
C
neuf heures moins dix

Slide 6 - Quizvraag

Il est....
A
midi vingt
B
minuit vingt
C
douze heures vingt

Slide 7 - Quizvraag

il est
sept heures et quart
A
kwart over 9
B
kwart voor 7
C
kwart over 7
D
kwart voor 9

Slide 8 - Quizvraag

il est
cinq heures et demie
A
half 4
B
half 5
C
kwart over 5
D
half 6

Slide 9 - Quizvraag

il est
trois heures moins dix
A
10 voor 3
B
10 over 10
C
10 over 3

Slide 10 - Quizvraag

il est
deux heures moins vingt
A
10 over half 2
B
10 over half 1

Slide 11 - Quizvraag

il est
midi vingt-cinq
A
5 voor half 1 's nacht
B
5 voor half 1 's middags

Slide 12 - Quizvraag

il est
quatre heures moins vingt-cinq
A
5 over half 4
B
5 voor half 4
C
5 over half 5

Slide 13 - Quizvraag

Sleep de klok naar de juiste tijd
il est huit heures moins vingt-cinq
il est neuf heures moins cinq
il est deux heures et demie
il est une heure et quart
il est minuit vingt
il est cinq heures moins le quart

Slide 14 - Sleepvraag

les jours

Slide 15 - Tekstslide

Sleep de Nederlandse vertaling naar het Franse woord
dimanche
lundi
vendredi
jeudi
mardi
samedi
mercredi
maandag
dinsdag
woensdag
donderdag
vrijdag
zaterdag
zondag

Slide 16 - Sleepvraag

mardi
A
maandag
B
dinsdag

Slide 17 - Quizvraag

jeudi
A
donderdag
B
vrijdag

Slide 18 - Quizvraag

samedi
A
zaterdag
B
zondag
C
donderdag
D
vrijdag

Slide 19 - Quizvraag

vendredi
A
dinsdag
B
woensdag
C
vrijdag
D
zaterdag

Slide 20 - Quizvraag

mercredi
A
maandag
B
woensdag
C
donderdag
D
zondag

Slide 21 - Quizvraag

les jours du weekend sont...

A
samedi et vendredi
B
dimanche et lundi
C
samedi et dimanche
D
dimanche et jeudi

Slide 22 - Quizvraag

Aujourd'hui (vandaag) c'est vendredi,
demain (morgen) c'est.....
A
lundi
B
samedi
C
jeudi
D
dimanche

Slide 23 - Quizvraag

Demain c'est lundi,
aujourd'hui c'est.....
A
lundi
B
samedi
C
jeudi
D
dimanche

Slide 24 - Quizvraag

Aujourd'hui c'est mercredi,
hier (gisteren) c'était....
A
dimanche
B
lundi
C
mardi
D
jeudi

Slide 25 - Quizvraag

Sleep het audiofragment naar de juiste vertaling
zondag
donderdag
maandag
vrijdag
dinsdag
zaterdag
woensdag

Slide 26 - Sleepvraag

Ik begrijp de Franse kloktijden
0100

Slide 27 - Poll

Ik ken de dagen in het Frans
😒🙁😐🙂😃

Slide 28 - Poll

Slide 29 - Tekstslide