2HV STONES + VOCAB. CHAPTER 2 (7TH ED)

Translate into English:
Ik heb de griep sinds gisteren.
A
I’ve had a fever since yesterday.
B
I had the flu yesterday.
C
I’ve had the flu since yesterday.
1 / 15
volgende
Slide 1: Quizvraag
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Translate into English:
Ik heb de griep sinds gisteren.
A
I’ve had a fever since yesterday.
B
I had the flu yesterday.
C
I’ve had the flu since yesterday.

Slide 1 - Quizvraag

Translate into English:
Ik was langs de rivier aan het rennen toen ik mijn enkel verstuikte.

A
I ran along the river when I was spraining my ankle.
B
I was running along the river when I sprained my ankle.
C
I was running along the river when I broke my ankle.

Slide 2 - Quizvraag

Translate into English:
Ik heb mijn hoofd tegen de kast gestoten en nu heb ik een kneuzing.
A
I bumped my head on the cupboard and now I’ve got a bruise.
B
I have bumped my head on the cupboard and now I’ve got a headache.
C
I have bumped my head on the cupboard and now I’ve got a bruise.

Slide 3 - Quizvraag

Translate into English:
Je lijkt je niet lekker te voelen. Ik denk dat je naar de huisarts moet gaan.
A
You look rather unwell. I think you have to go to your GP.
B
You seem a bit under the weather. I think you have to go to your GP.
C
You seem a bit under the weather. I think you should go to your GP.

Slide 4 - Quizvraag

Translate into English:
Als ik in jouw schoenen stond zou ik rusten totdat ik mij beter voelde.
A
If I were you, I’d take it easy until you feel better .
B
Perhaps you could just take a break until you feel better.
C
If I were in your shoes, I’d rest until you feel better.

Slide 5 - Quizvraag

Translate into English:
Goede doel
A
experience
B
charity
C
modest

Slide 6 - Quizvraag

Translate into English:
Onderwerp
A
guinea pig
B
downside
C
topic

Slide 7 - Quizvraag

Translate into English:
Voordeel
A
benefit
B
release
C
border

Slide 8 - Quizvraag

Translate into English:
Zeldzaam
A
bend
B
rare
C
decisive

Slide 9 - Quizvraag

Translate into English:
Prestatie
A
achievement
B
pressure
C
severe

Slide 10 - Quizvraag

Translate into Dutch:
Participation
A
zichtbaar
B
aandoening
C
deelname

Slide 11 - Quizvraag

Translate into Dutch:
Disorder
A
waarschuwing
B
afwijking/aandoening
C
afgeleid raken

Slide 12 - Quizvraag

Translate into Dutch:
Eventually
A
werkelijk
B
geruststellen
C
uiteindelijk

Slide 13 - Quizvraag

Translate into Dutch:
Improve
A
verzinnen
B
verbeteren
C
proeven

Slide 14 - Quizvraag

Translate into Dutch:
Prevent
A
voorkomen
B
(het) redden)
C
herstellen/er bovenop komen

Slide 15 - Quizvraag