Je kunt een bestaande structuur namaken in een ander materiaal.
Dat kan bijvoorbeeld door te
- tekenen
- schilderen
- boetseren
- beeldhouwen
Een in een ander materiaal nagemaakte textuur heet de stofuitdrukkingvan die textuur.
Slide 15 - Tekstslide
OPDRACHT A Je gaat nu zelf op zoek naar bestaande structuren.
1. Zoek op intenet 10 foto's van verschillende soorten structuren (dus die kun je wel zien, maar je zou ze niet kunnen voelen!) * Open een WORD pagina en zet boven aan: OPDRACHT A STRUCTUUR . Plaats alle 10
afbeeldingen samen op één pagina in twee rijen van 5. Voeg daarna een pagina einde in.
2. Zoek dan naar 10 foto's van verschillende texturen (aan de plaatjes moet je kunnen zien hoe het afgebeelde oppervlak aanvoelt) en plaats deze samen op de tweede pagina. Zet eerst boven aan de pagina OPDRACHT A TEXTUUR.
* Plak de plaatjes (foto's) van zachte naar harde textuur in twee rijen van 5 boven elkaar.
LET OP: er mag niets anders op je afbeelding staan behalve de structuur/textuur en rek plaatjes ALTIJD uit vanuit een hoek om de juiste verhouding te behouden!
Slide 16 - Tekstslide
OPSLAAN VAN JE GEMAAKTE PAGINA'S
Je hebt nu één bestand gemaakt met 2 pagina's. Nu ga je deze opslaan in de map die je hebt gemaakt op je bureaublad met de naam 2D.
Ga naar deze map 2D en maak hierin een nieuwe map met de naam OPDRACHT 1 STRUCTUUR/TEXTUUR
Verplaats nu je gemaakte opdracht naar deze map o.v.v. OPDRACHT A.
Ga nu naar TEAMS en lever de opdracht in bij 'opdrachten'.
Slide 17 - Tekstslide
Beoordeling
Variatie in texturen.
Hele vlakje gevuld met de textuur (geen tekst of andere achtergrond).
Goede overgang van texturen van zacht naar hard.
Netjes gekopieerd!
Netjes geplakt!
Titelbalk met opdrachtnaam.
Slide 18 - Tekstslide
OPDRACHT B1 Structuren zelf bedenken.
Zet op een tekenvel bovenaan: OPDRACHT B1 STRUCTUUR en je NAAM
Teken een rechthoek van 10x15 cm. Verdeel deze in vierkantjes van
5x5 zoals het voorbeeld. Als je het goed en netjes hebt gedaan, maak je de
lijnen dik met een liniaal en dikke stift.
Teken in de linkerkolom 3 eigen bedachten structuren met een fineliner, in de rechterkolom teken je 3 zelfbedacht structuren met Oost Indische Inkt. Denk aan herhaling in grootte, afstand, dikte en richting.
LET OP: Je schetst niet eerst met je potlood, je tekent dicht op elkaar en de vakjes moeten HELEMAAL vol!
Slide 19 - Tekstslide
OPDRACHT B2 Rubbings maken.
Zet op een tekenvel bovenaan: OPDRACHT B2 STRUCTUUR en je NAAM.
Teken weer een zelfde rechthoek van 10x15 cm. met 6 vakjes.
Nu ga je van 6 verschillende dingen 'rubbings' maken.
- links 3 in kleur
- rechts 3 met grijs potlood
Knip ze uit op 4.8 x 4.8 cm en plak ze in de vakjes.
LET OP: Je moet steeds genoeg maken om het hele vakje in één keer goed te kunnen vullen!
Slide 20 - Tekstslide
INLEVEREN VAN JE GEMAAKTE WERK
Je hebt opdracht B1 en B2 gemaakt op papier. Lever die beide in.
Slide 21 - Tekstslide
Beoordeling
Variatie in structuren en texturen.
Hele vakjes gevuld (geen witte stukken).
Netjes en zorgvuldig gewerkt met fineliner en inkt.
Goede duidelijke rubbings gemaakt.
Titelbalk met opdrachtnaam.
Slide 22 - Tekstslide
Opdracht C
Slide 23 - Tekstslide
Opdracht C
Bedenk je eigen fantasiebeest. Hij moet bestaan uit allemaal DIKKE vormen en moet het grootste deel van het tekenblad beslaan.
Je gaat het hele beest zo volledig mogelijk invullen met verschillende structuren.
Maak een keuze uit de volgende materialen óf gebruik er meerdere naast elkaar!
- rubbings
- inkt
- potlood
- kleurpotlood
- stiften
Hoe meer detail hoe beter!
Slide 24 - Tekstslide
Als je klaar bent kleur je de achtergrond in met waterverf. Maak er geen landschap van! Alleen kleur, om je beest nog mooier uit te laten komen!
Ga NOOIT met waterverf over je structuren!
Slide 25 - Tekstslide
OPSLAAN VAN JE GEMAAKTE WERK
Maak van je kunstwerk als hij af is een goede duidelijke foto.
Upload de foto naar je laptop en zet bij in de juiste map o.v.v. OPDRACHT C.
Lever de tekening ook gewoon in.
Slide 26 - Tekstslide
Beoordeling
Variatie in structuren.
Hele wezen gevuld met de textuur (geen witte stukken).
Originele structuren.
Achtergrond netjes ingekleurd met waterverf.
Netjes en zorgvuldig gewerkt met je materialen.
Slide 27 - Tekstslide
INLEVEREN VAN DE OPDRACHT
Als het goed is, heb je nu alles ingeleverd via TEAMS.