H7- paragraaf 3,4,5

water H 7
§. 3 Watergebruik en waterwinning
§. 4 Waterkwaliteit en waterkwantiteit
§. 5  Gevolgen klimaatverandering
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 28 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

water H 7
§. 3 Watergebruik en waterwinning
§. 4 Waterkwaliteit en waterkwantiteit
§. 5  Gevolgen klimaatverandering

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Drie verschillende manieren waarop water wordt gewonnen.
  • Het verschil tussen zout en zoet grondwater in West-Nederland
  • Maatregelen tegen zeewater als bedreiging.
  • Maatregelen tegen rivierwater als bedreiging
  • Maatregelen tegen heftige neerslag als bedreiging.

Slide 2 - Tekstslide

7.3 Waterwinning en watergebruik in Nederland 

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

= industrieel water in bv frisdrank

Slide 5 - Tekstslide

Watergebruik in NL
Huishoudens: drinkwater
📌 Per huishouden 120 liter/per persoon/per dag!

Industrieel watergebruik: 2 soorten —>
proceswater: nodig in proces, bv wassen groente
     Hoeft niet drinkbaar te zijn —> oppervlaktewater + 
     grondwater.
koelwater: afkoelen manchines, warm water in rivier en meer
     Electriciteitscentrales grootste gebruiker koelwater: 1600 liter/per dag/ per persoon!

Landbouw ➡ grootste waterverbruiker!
📌 irrigatie



Slide 6 - Tekstslide

Industrieel watergebruik
Een deel van het drinkwater wordt ook voor de industrie gebruikt. Water wat niet als grondstof in producten wordt gebruikt noem je proceswater. (bijv. producten wassen etc)
Water wat wordt gebruikt bij het maken van producten wordt proceswater genoemd.
Koelwater om machines mee te koelen valt hier ook onder. 

Slide 7 - Tekstslide

Proceswater
Water als grondstof
industrieel watergebruik

Slide 8 - Tekstslide

Watervoetafdruk
✅ Al het zoet water dat je gebruikt voor huishouden, landbouw en industrieproducten.

✅ Watervoetafdruk NL:
      - huishoudelijk water
      - industrieel water
      - landbouw water    +
      = watervoetafdruk

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

7.4  Waterkwaliteit en waterkwantiteit

Slide 12 - Tekstslide

Afvalwater schoonmaken
📌 riool water: bv. toiletwater (zwart water) —> goed zuiveren —> oppervlaktewater geloosd!

Slide 13 - Tekstslide

Afvalwater schoonmaken
📌 grijs water: douche, wasmachine, keukenwater 
                        —> weinig zuivering nodig

Slide 14 - Tekstslide

Afvalwater schoonmaken
▪️ regenwater komt in riool: mengt met zwart water —> 
    vies —> zuiveren

Slide 15 - Tekstslide

Watervervuiling

Slide 16 - Tekstslide

Waterbeheer in Nederland
📌 Rijkswaterstaat: landelijk beheer water
📌 waterschappen: regionaal beheer, gekozen bestuur

TAKEN:
▪️ waterkwaliteit controleren
▪️ waterkwantiteit beheren: afvoer teveel water of 
     aanvullen tekort, verdroging tegengaan
▪️ beheer dijken, duinen en stuwen
▪️ waterwegen goed bevaarbaar houden voor schepen


Slide 17 - Tekstslide




Gevolgen van klimaatverandering
7.5 Gevolgen van klimaatverandering

Slide 18 - Tekstslide

 zeespiegelstijging
De zeespiegelstijging heeft twee oorzaken:
- het oceaan- en zeewater zet uit door de warmte
- land- en gletsjerijs smelten

Slide 19 - Tekstslide

Oorzaak: In 1953 vond in Nederland de laatste grote overstroming door de zee plaats. In Zeeland, Zuid-Holland en Noord-Brabant verdronken mensen en vee toen door een zware storm de dijken braken. 
Gevolg: Deltaplan
Zeegaten werden gesloten met dammen. Er werden dammen gebouwd die water doorlaten, zodat er nog steeds eb en vloed is.

De haven van Rotterdam werd pas in 1997 veilig voor hoog zeewater, toen de Maeslantkering werd afgebouwd. Dat is een stuw die openstaat om de schepen naar de haven door te laten. Alleen bij extreem gevaar wordt de kering gesloten.

Slide 20 - Tekstslide

Kustverdediging
De Zandmotor
De Nederlandse kust heeft voortdurend onderhoud nodig. 
- Tot 2011 - zandsuppletie; kust opspuiten met zand. 

- 2011: In Zuid Holland werd een heel grote hoeveelheid zand voor de kust in zee gestort. Deze zandmotor heeft de vorm van een haak met een binnenmeer. 
Door wind, zeestromen en getijden verspreid het water het zand geleidelijk langs de kust
Er ontstaan nieuwe duinen en er is plek voor planten, vogels en zeehonden. 
Recreanten kunnen er surfen, zwemmen en wandelen. In 20 jaar zal de zandmotor van vorm veranderen en volledig opgaan in de kust. De kust wordt daardoor breder en veiliger.

Slide 21 - Tekstslide

Op verschillende manieren wordt in Nederland meer ruimte voor Rivieren gemaakt

Door de uiterwaardafgraving worden de uiterwaarden van de IJssel bij Zwolle bijvoorbeeld lager gemaakt. 
Op andere plaatsen wordt een overloop gemaakt. Daar kan het water over een dijk naar een leeg gebied stromen, waar het water tijdelijk opgeslagen wordt of verder stroomt naar een lager punt waar het opnieuw in de rivier komt.
Ruimte voor de rivieren

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Oorzaak dijkverlegging: 
- De Waal heeft bij Nijmegen en Lent smalle uiterwaarden. 
Gevolg: Door de versmalling in de rivier kan het water daar minder gemakkelijk langs stromen. 
Oplossing: Om een grotere afvoer van rivierwater mogelijk te maken, wordt de dijk bij Lent verlegd. De uiterwaard wordt door deze dijkverlegging breder en de rivier krijgt meer ruimte. In het nieuwe buitendijkse gebied wordt een nevengeul gegraven. De huizen op de oude dijk aan de Waal komen daardoor op een eiland te liggen. De kribben worden verlaagd. Kribben= stenen dammen in een rivier om de vaargeul vast te leggen en op diepte te houden.
Dijkverlegging Lent

Slide 24 - Tekstslide

In het laatste stuk van de rivier moeten dijken niet alleen berekend zijn op een grote waterafvoer door de rivier, maar ook op hoog zeewater dat ervoor zorgt dat het water van de rivier niet kan wegstromen. Dijkverhoging=  Verbetering van dijken door ze hoger en sterker te maken; ook dijkversterking.

Slide 25 - Tekstslide

Waterplein
Tijdelijke opslag van water  na hevige buien. 
Veel bebouwing, steen en asfalt en dat neemt geen water op. 
Een waterplein kan tijdelijk water opvangen en afvoeren.
Maar ook extra sloten en groenstroken aanleggen

Slide 26 - Tekstslide

Kwetsbare gebieden Nederland 
Kustgebieden
Overstromingen vanuit zee denk aan stormen (tropische) en tsunami's. 
Gebieden rondom een rivier
Bij piekafvoer overstroomt de rivier maar ook dijken die kunnen breken.
Delta
Kleine vertakkingen van de rivier die uitmondt in de zee.
Door de ligging aan zee zijn ze kwetsbaar voor overstromingen. 
Laaggelegen land
Land dat onder NAP (Normaal Amsterdams Peil) ligt is kwetsbaar voor overstromingen. Het ligt lager dan de zee. 
Stedelijk gebied
Water kan moeilijk worden opgenomen door de bodem als deze bebouwd is. Hevige buien kunnen overstromingen veroorzaken. 

Slide 27 - Tekstslide

Huiswerk 

Slide 28 - Tekstslide