Laatste quiz WOI

Laatste quiz WOI
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 10 min

Onderdelen in deze les

Laatste quiz WOI

Slide 1 - Tekstslide

Wie wordt er vermoord op de afbeelding?
A
Franz Joseph
B
Franz Ferdinand
C
Gavrilo Princip
D
Winston Churchill

Slide 2 - Quizvraag

Het gebied tussen 2 vijandige loopgraven heet ... ?
A
Trench
B
Kraterland
C
Niemandsland
D
Gevaarlijk gebied

Slide 3 - Quizvraag

1919
1914
1917

Slide 4 - Sleepvraag

Waarvan is de foto hiernaast een gevolg?
A
van de aanleg van de Dodendraad
B
Van de Russische revolutie
C
van de handelsbellemeringen
D
Van de Duitse inval in België

Slide 5 - Quizvraag

Door de grootschaligheid van de oorlog werd de Eerste Wereldoorlog ook wel ''de Grote oorlog'' of een ''totale oorlog'' genoemd.

Welke drie kenmerken van de Eerste Wereldoorlog horen bij het begrip totale oorlog? 







Totale oorlog
Alle ondernemers moesten produceren voor de oorlog.
Er werden veel militairen op grote schaal ingezet.

Er werd gevochten met nieuwe, modernere wapens en wapentuig, zoals kanonnen, tanks, gifgas en kernwapens.
Vrouwen werkten in de fabrieken aan wapens en munitie.

Slide 6 - Sleepvraag

Wat heeft Gavrilo Princip met de Eerste Wereldoorlog te maken?
A
Hij was president van Duitsland
B
Hij schoot Frans Ferdinand en zijn vrouw dood.
C
Hij was legeraanvoerder van Rusland.
D
Hij bedacht het idee van de loopgraven.

Slide 7 - Quizvraag

De overheid controleert de media en bepaald wat er wel en niet in het nieuws komt, welk begrip hoort hierbij?
A
Distributiesysteem
B
Propaganda
C
Censuur
D
Nieuwsuur

Slide 8 - Quizvraag

Zet de gebeurtenissen in de juiste tijdsvolgorde van vroeger naar later.
1
2
3
4
5
In Sarajevo worden aartshertog Frans Ferdinand en zijn vrouw vermoord
Von Schlieffenplan! Duitse inval in België
Eerste Belgische vluchtelingen naar Nederland
Amerika raakt betrokken bij de oorlog
De Vrede van Versailles wordt getekend 

Slide 9 - Sleepvraag

Wat is modern imperialisme?
A
Koloniën die onafhankelijkheid wilden
B
Het onafhankelijk worden van veel koloniën
C
Europese landen wilden zoveel mogelijk kolonies in Afrika en Azië
D
Europese landen wilden zoveel mogelijk grondstoffen

Slide 10 - Quizvraag

Gebruik een aantal van de onderstaande landen. Welke vormden vóór 1914 een bondgenootschap? En welke bondgenootschappen waren dat? Blijven drie over.

Centralen
Geallieerden
Duitsland
Groot- Brittannie
Nederland
Italië
Rusland
Oostenrijk-Hongarije
Frankrijk
Verenigde Staten
België

Slide 11 - Sleepvraag

Welk begrip past bij de kaart?
A
Blitzkrieg
B
Heim ins Reich
C
Lebensraum
D
Von Schlieffenplan

Slide 12 - Quizvraag

1914
1917
1918
1919
Rusland sluit wapenstilstand met Duitsland
Het Verdrag van Versailles wordt getekend
De Eerste Wereldoorlog is voorbij
De Eerste Wereldoorlog breekt uit

Slide 13 - Sleepvraag


Welk begrip hoort bij de bron?
A
bondgenootschappen
B
communisme
C
nationalisme
D
vijandbeeld

Slide 14 - Quizvraag

Welke bepalingen werden er opgesteld in het verdrag van Versailles?
Verdrag van Versailles
Duitsland krijgt alle schuld van de oorlog
Frankrijk moet Elzas-Lotharingen afstaan.
Duitsland moet herstelbetalingen betalen
Duitsland moet haar leger verkleinen
Duitsland wordt een dictatuur
Duitsland mag een groot leger houden
Duitsland moet haar koloniën afstaan
Rusland wordt de Sovjet-Unie

Slide 15 - Sleepvraag


Namens welk land werd de toespraak gehouden? En in welk jaar hield de regeringsleider deze toespraak?
A
namens de Verenigde Staten in 1914
B
namens de Verenigde Staten in 1917
C
namens Rusland in 1914
D
namens Rusland in 1917

Slide 16 - Quizvraag

Waar is deze poster een voorbeeld van?
A
Modern Imperialisme
B
Propaganda
C
Censuur
D
Bondgenootschappen

Slide 17 - Quizvraag

In de Eerste Wereldoorlog werden veel 
nieuwe wapens uitgevonden. Sleep de naam van de wapens naar de juiste afbeelding.
mitrailleur
tank
vliegtuig
vlammenwerper
gifgas
duikboot

Slide 18 - Sleepvraag

Welke zin over loopgraven is niet juist?
A
bestaan uit prikkeldraad, bunkers en tunnels
B
werden bestookt met zwaar geschut en gifgas
C
liggen tussen Nederland en Frankrijk
D
miljoenen slachtoffers maar geen terreinwinst

Slide 19 - Quizvraag

En nu?
Leren voor het tentamen.
Vragen stellen.
Werken aan de tijdbalk. 

Slide 20 - Tekstslide