Inleiding, eerste alinea start met hoofdletter. Maak duidelijk wie je bent (maar begin je eerste zin nooit met 'Ik')
Schrijf waarom je de e-mail stuurt
Regel wit
Schrijf in de kern wat je vraag / opmerking / verzoek is
Regel wit
Schrijf in het slot wat je van de ander verwacht.
Slide 7 - Tekstslide
Zakelijke e-mail: vorm
Schrijf beleefd (gebruik u (persoonlijk vnw) en uw (bezitt. vnw)
Bovenaan: van: jouw e-mailadres
aan: e-mailadres van ontvanger(s)
CC (wie deze brief ook moet lezen) en BCC (als de lezers elkaars e-mailadres niet mogen zien)
Witregel
Vermeld het onderwerp als volgt: Voorstel voor reisgids
Slide 8 - Tekstslide
Zakelijke e-mail: vorm 2
Afsluiting: Met vriendelijke groet, (of Hoogachtend,)
(witregel)
Je voor- en achternaam
In de toets schrijf je de e-mail op papier
Slide 9 - Tekstslide
timer
1:00
Eh.. wie is dit????
Slide 10 - Tekstslide
Pak je wisbordje
Je wilt ervoor pleiten dat er studiefinanciering voor middelbare scholieren vanaf 14 jaar komt.
Schrijf het onderwerp van je e-mail
Schrijf de aanhef en de inleiding
Noteer puntsgewijs drie argumenten (dus niet in zinnen)
Slide 11 - Tekstslide
Betogende / overtuigende tekst
bevat steekhoudende argumenten
tekst wordt sterker als die argumenten gepaard gaan met beeldspraak en stijlfiguren:
"Veel middelbare scholen gebruiken laptops voor onderwijs, met forse kosten als gevolg. Dat is geen goede zaak." =>
"Het leeuwendeel van de middelbare scholen heeft gekozen voor laptoponderwijs. Het gevolg is dat scholieren en ouders opgescheept zitten met pittige kosten. Dat is niet goed, dat is erbarmelijk, ja, dat is een pure ramp voor ouders!
Slide 12 - Tekstslide
§ 3.4 Schrijven
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Zelfstandig werken
Beoordeel de brief van Sara Burgerhart in groepjes. Hoeveel punten zou ze van jullie krijgen?