1.8 C au/ou

Welkom!
Pak je boeken, laptop en etui, zet je tas op de grond.

Telefoons uit en niet zichtbaar.

Zit klaar zodat we direct met de les kunnen beginnen.

Magister; controle absentie, boeken en huiswerk. 

1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
Pak je boeken, laptop en etui, zet je tas op de grond.

Telefoons uit en niet zichtbaar.

Zit klaar zodat we direct met de les kunnen beginnen.

Magister; controle absentie, boeken en huiswerk. 

Slide 1 - Tekstslide

lesopbouw
  • wat weet je al?
  • doel
  • uitleg 
  • zelfstandig werken 
  • afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je al?
- Hoe vind je de stam?
- Wat is het hele werkwoord? 
- Wat is een onregelmatig werkwoord? 
- Wanneer schrijf je au en ou? 
timer
1:00

Slide 3 - Tekstslide

Doel
  • Aan het einde van de les heb ik weer geoefend met de persoonsvorm tegenwoordige tijd enkelvoud.
  • Ik weet dat au/ou woorden ''weet-woorden'' zijn en daar is geen regel voor. 

Slide 4 - Tekstslide

kahoot
Spelling tegenwoordige tijd...
Maak dit op je laptop met je eigen naam!

Slide 5 - Tekstslide

au/ou
Er is geen regel voor wanneer je een woord met au of ou schrijft, dat zijn dus ''weet-woorden''.
Door veel te lezen kom je deze woorden vaak tegen en weet je hoe je ze schrijft!

Slide 6 - Tekstslide

dictee
Pak pen en papier. 
Schrijf de woorden op die je hoort, we kijken het zo na. 

Slide 7 - Tekstslide

zelfstandig werken
Hoofdstuk 1.8 Spelling online

opdracht 16a,b,c - 17 en 18 
en test jezelf (dit kan alleen online)



Slide 8 - Tekstslide

opdracht mix & ruil
- je loopt met een kaartje rustig door de klas.
- je geeft iemand rustig een ''high-five''
-laat aan elkaar je kaartje zien en zeg met welke au/ou het woord goed is 
- je ruilt je kaartje en loopt weer door op zoek naar iemand anders
- mix en ruil zo vaak mogelijk

timer
3:30

Slide 9 - Tekstslide

afsluiting


Maak een goede zin met zoveel mogelijk au/ou-woorden.


Wie heeft de mooiste zin en wint een sticker? 

Slide 10 - Tekstslide