5.3 Actief op de arbeidsmarkt?

3 KADER
5.3 Actief op de arbeidsmarkt?
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 10 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

3 KADER
5.3 Actief op de arbeidsmarkt?

Slide 1 - Tekstslide

Herhaling lesdoelen 5.2

- Welke soorten ondernemingen zijn er?
- Wie is er verantwoordelijk voor een onderneming?

- In welke sectoren kun je werken?

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Lesdoelen 5.3

- Wie zijn de vrager en aanbieders op de arbeidsmarkt? 

( werkgelegenheid en beroepsbevolking)

- Wat is arbeidsparticipatie?

- Wat betekenen de termen: formeel, informeel, grijs werken, zwart werken en wit werken?

Slide 4 - Tekstslide

Ongelijke behandeling / discriminatie

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Gelijke behandeling (?)
  • Algemene Wet Gelijke Behandeling
  • gelijkheidsbeginsel, artikel 1 grondwet
  • godsdienst, levensovertuiging, politieke voorkeur, ras, geslacht, nationaliteit, seksuele geaardheid, ,leeftijd, etc.
  • focus: vrouw, gehandicapt en allochtoon
  • positieve discriminatie mag

Slide 7 - Tekstslide

Arbeidsmarkt

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Video

Slide 11 - Tekstslide

beroepsbevolking

BEROEPSBEVOLKING = AANBOD VAN ARBEID


Beroepsbevolking zijn alle inwoners van Nederland van 15 tot 67(dit wordt steeds ouder) die werken of werk zoeken voor tenminste 12 uur in de week.


Slide 12 - Tekstslide

formele productie
Als je een betaalde baan hebt, werk je in de formele sector. 

Slide 13 - Tekstslide

informele sector

grijs werk: vrijwilligers werk of werk in huishouding (ONBETAALD)

zwart werk: niet geregistreerd, geen belasting en sociale premies, strafbaar

(BETAALD)

Slide 14 - Tekstslide

Arbeidsdeelname (arbeidsparticipatie)
Het percentage van de bevolking dat tot de beroepsbevolking behoort.

De overheid verwacht een tekort aan arbeidskrachten op de arbeidsmarkt en wil dat een groter deel van de bevolking gaat werken.

Slide 15 - Tekstslide

Arbeidsdeelname bevorderen
Overheid en bedrijven kunnen de arbeidsdeelname bijvoorbeeld bevorderen door:
  • scholing;
  • kinderopvang.

Slide 16 - Tekstslide

formule arbeidsparticipatie

 beroepsbevolking
-----------------------------------------------------------------------------      x 100  = 
 bevolking  15 t/m pensioen

Slide 17 - Tekstslide

Bij een overschot op de arbeidsmarkt is er meer ....
A
aanbod.
B
vraag.

Slide 18 - Quizvraag

Waar komt het aanbod van arbeid vandaan?

A
arbeiders
B
arbeidsverdeling
C
beroepsbevolking
D
arbeidsmarkt

Slide 19 - Quizvraag

Een teveel aan arbeiders kan leiden tot ontslag.
A
juist
B
onjuist

Slide 20 - Quizvraag

Geef een nadeel van zwart werken.

Slide 21 - Open vraag

Geef een voorbeeld van ongelijke behandeling

Slide 22 - Open vraag

Een voorbeeld van de informele sector is...
A
leraar
B
vuilnisman
C
thuis vrijwillig helpen met stofzuigen
D
een potje voetbal kijken

Slide 23 - Quizvraag

Een voorbeeld van de formele sector is...
A
boodschappen door voor je oma
B
Stofzuigen bij jouw ouders
C
jouw kamer opruimen
D
bakker

Slide 24 - Quizvraag

Wat heb je geleerd?

Slide 25 - Tekstslide

Lesdoelen 5.3

- Hoe ziet de arbeidsmarkt eruit?

- Welk werk telt mee in de economische cijfers?

Slide 26 - Tekstslide

Op de arbeidsmarkt komt (1) van arbeid van de beroepsbevolking en de (2) van de werkgevers.
A
(1) de vraag (2) de vraag
B
(1) de vraag (2) het aanbod
C
(1) het aanbod (2) de vraag
D
(1) Het aanbod (2) het aanbod

Slide 27 - Quizvraag

Je hoort bij de beroepsbevolking als je tussen de 15 en de (1) leeftijd bent én je werkt of bent (2)
A
(1) 65 (2) op zoek naar werk
B
(1) pensioenleeftijd (2) op zoek naar werk

Slide 28 - Quizvraag

Welk werk telt mee in de economische cijfers? Werk in de...
A
informele sector
B
formele sector
C
primaire sector
D
Quartaire sector

Slide 29 - Quizvraag

extra uitleg

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Video

Slide 32 - Video

Slide 33 - Video

Slide 34 - Video

Slide 35 - Video

Slide 36 - Video