Voorzetsels

voorzetsels
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

voorzetsels

Slide 1 - Tekstslide

timer
2:30
Prepositions of place
(voorzetsels van plaats)

Slide 2 - Woordweb

Prepositions.....?
Prepositions noem je in het Nederlands voorzetsels.
In, op, achter, naast, onder, etc.
Wist je toch?

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

On and At?
Betekenen dus in het Nederlands allebei "op"

Maar... Wat is dan het verschil tussen:
- I am at school?
en
- I am on school? 

Slide 5 - Tekstslide

The boy is on school. 
(bovenop het oppervlakte)
These kids are at school.
👇🏻

Slide 6 - Tekstslide

Prepositions of place
a couple more
close to 
outside
under
with
next to
behind
between
in front of

Slide 7 - Tekstslide

Prepositions of place
a couple more
close to
outside
under
with
next to
behind
between
in front of

dichtbij
buiten
onder
bij/met
naast
achter
tussen
voor

Slide 8 - Tekstslide

Our school is .... Sliedrecht
A
in
B
on
C
at
D
above

Slide 9 - Quizvraag

Wat is volgens jou de juiste beschrijving bij het voorzetsel?
in
at
on
oppervlaktes en openbaar vervoer (bus, trein etc)
huisnummers en namen van gebouwen 
wegen, steden, landen en binnen grote gebieden en ruimtes.  

Slide 10 - Sleepvraag

I am .... the bus to school.
A
in
B
on
C
above
D
at

Slide 11 - Quizvraag

I live .... number 22
A
in
B
on
C
at
D
around

Slide 12 - Quizvraag

I am .... school
A
in
B
on
C
at
D
under

Slide 13 - Quizvraag

The boy is walking .... the roof.
A
in
B
on
C
above
D
at

Slide 14 - Quizvraag

Prepositions of place
3 important ones  
ON

IN

AT
Gebruik je voor oppervlaktes en openbaar vervoer
Gebruik je voor wegen, steden, landen, grote gebieden en afgesloten ruimtes
Gebruik je voor huisnummers en (name namen van) gebouwen, evenementen en specifieke plaatsen.

Slide 15 - Tekstslide

prepositions of place
voorzetsels

Slide 16 - Tekstslide

Prepositions of place
a couple more
close to
outside
under
with
next to
behind
between
in front of

dichtbij
buiten
onder
bij/met
naast
achter
tussen
voor

Slide 17 - Tekstslide