In deze les zitten 49 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.
Lesduur is: 120 min
Onderdelen in deze les
Liefdesschakel maken
Slide 1 - Tekstslide
Liefdesschakel maken
Aan het einde van deze les:
Kun je met handgereedschappen draad bewerken.
Weet je hoe je metalen kunt verbinden met soldeer en kun je zelfstandig solderen.
Ga je op een juiste en veilige manier om met een soldeerbout.
Heb je een liefdesschakel puzzel gemaakt.
Slide 2 - Tekstslide
De basis
Elke opdracht starten we met de basis.
In deze opdracht ga je leren hoe je kunt solderen. We starten daarom eerst met de theorie over het solderen. Wat is dit en hoe werkt het?
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
00:25
Wat is solderen?
A
De tin die je op het metaal wrijft
B
Metalen onderdelen verbinden met soldeer
C
Metalen onderdelen verbinden met lijm
Slide 5 - Quizvraag
00:52
Waar kun je zien hoe warm de soldeerbout is?
A
Op het display van het soldeerstation
B
Op de soldeerbout
C
Door te voelen
Slide 6 - Quizvraag
01:04
Waar zet je de soldeerbout neer als je deze niet nodig hebt?
A
Leg je naast je neer
B
Die houd je vast
C
In het soldeerstation
Slide 7 - Quizvraag
01:18
Waarvoor gebruik je het sponsje
A
Om tussendoor je soldeerbout af te laten koelen
B
Om je soldeerbout schoon te houden
C
Om tin aan je soldeerbout te smeren
Slide 8 - Quizvraag
01:33
Waarom gebruik je een werkplank?
A
Je werkplank geleid de warmte
B
Je hoeft geen werkplank te gebruiken
C
Zodat de ondergrond niet beschadigd raakt
Slide 9 - Quizvraag
01:58
Waarvoor gebruik je tape of gewichtjes?
A
Zodat je soldeerstation blijft staan
B
Om je werkstuk vast te leggen
C
Die heb je niet nodig
Slide 10 - Quizvraag
Slide 11 - Video
00:06
Wat is solderen?
A
De tin die je op het metaal wrijft
B
Metalen onderdelen verbinden met soldeer
C
Metalen onderdelen verbinden met lijm
Slide 12 - Quizvraag
00:17
Waarom verwarmen we de soldeertin?
A
Zodat deze vloeibaar word
B
Zodat deze zich vasthecht aan de soldeerbout
C
Omdat het soldeertin het koud heeft
Slide 13 - Quizvraag
00:20
De soldeertin heb je aangebracht. Wat gebeurd er dan?
A
De soldeertin loopt van je werkstuk af
B
De soldeertin zit vast aan je soldeerbout
C
De soldeertin koelt af en word weer hard
Slide 14 - Quizvraag
00:41
Welke materialen kun je solderen?
A
Ijzer, koper, blik, brons
B
Koper, aluminium, brons, blik
C
Ijzer, verchroomde materialen, blik, koper
Slide 15 - Quizvraag
00:58
Wat verwarmd de soldeerbout?
A
Het vuur wat in het element brand
B
De elektrische stroom door de gloeidraad
Slide 16 - Quizvraag
01:03
Waar word de warmte heen geleid?
A
het handvat van de soldeerbout
B
Naar het element
C
De punt van de soldeerbout
Slide 17 - Quizvraag
01:27
Wat moet je van te voren checken?
A
Of je alle materialen bij elkaar hebt gepakt
B
Of er geen beschadigingen zijn aan de snoer of soldeerbout
C
Of je alleen in de ruimte zit
Slide 18 - Quizvraag
01:40
Zorg voor......
A
Een opgeruimde werkplaats
B
Eten en drinken in de buurt
C
Een veilige werkomgeving
D
Materialen die kunnen smelten
Slide 19 - Quizvraag
Slide 20 - Video
00:10
We gaan koperdraad solderen. Wat voor punt heeft de soldeerbout dan?
A
Ronde lange punt
B
Grote platte punt
C
Draad in de vorm van een punt
D
Kleine platte punt
Slide 21 - Quizvraag
00:17
Wat heb je nog meer nodig naast de soldeerbout?
A
Schone werkbank en je werkstuk
B
Vuur en water
C
Vloeimiddel en soldeertin
Slide 22 - Quizvraag
00:22
Waarvoor moet je zorgen?
A
Schone vlakke ondergrond die vies mag worden
B
Plaatje metaal
C
Schone werkbank
Slide 23 - Quizvraag
00:27
Waarom gebruik je een standaard voor de soldeerbout?
A
Zodat je soldeerbout ergens kan rusten
B
Zodat je geen brandplekken op het werkblad krijgt
C
Zodat je de soldeerbout niet kwijtraakt
Slide 24 - Quizvraag
00:35
Waarmee kun je het werkstuk vastzetten voor het solderen?
A
Schilderstape
B
Duct tape
C
Plakband
Slide 25 - Quizvraag
00:59
Waar hou je de tin tegenaan?
A
De soldeerbout
B
Je werkblad
C
Het koperdraad
Slide 26 - Quizvraag
Ga naar je docent en laat alles nakijken. Als alles voldoende is mag je verder.
Slide 27 - Tekstslide
Liefdesschakel puzzel maken
Je gaat nu een liefdesschakelpuzzel maken.
In de volgende dia's word stap voor stap uitgelegd wat je moet doen.
Slide 28 - Tekstslide
Je kunt eerst dit filmpje kijken. Deze man buigt het draad om mallen heen. Wij buigen de draad met de rondbektang i.p.v. mallen.
Rondbektang
Ga naar de volgende dia om stap voor stap de puzzel te maken.
zijkniptang
Slide 29 - Tekstslide
Knip met de zijkniptang een stuk koperdraad af van 150mm.
Buig de uiteindes rond met de rondbektang (zie afbeelding).
Het brede gedeelte van je tang is je mal.
Als de uiteindes rond zijn buig je de draad zoals rechts afgebeeld is.
Slide 30 - Tekstslide
Knip een stuk koperdraad af van 120mm.
Buig 1 uiteinde rond met de rondbektang.
Steek vervolgens het andere uiteinde door de ogen van de andere draad (zie afbeelding).
Buig ook de andere kant rond.
Slide 31 - Tekstslide
Gebruik de rest van het koperdraad om je hartje te buigen zoals de afbeelding.
Slide 32 - Tekstslide
Ga naar je docent en laat alles controleren. Als alles voldoende is mag je verder gaan.
Slide 33 - Tekstslide
De video legt uit hoe je dit werkstuk gaat solderen.
De video in de volgende dia legt uit hoe je dit werkstuk gaat solderen.
Slide 34 - Tekstslide
Slide 35 - Video
00:43
Zorg er nu zelf voor dat al je openingen dicht gebogen worden voor je begint met solderen.
Slide 36 - Tekstslide
01:04
Bij ons hoeft er geen vloeimiddel op het werkstuk, deze zit al verwerkt in de tin.
Slide 37 - Tekstslide
01:28
Controleer of jou soldeerbout schoon is aan de punt en zet deze aan. kijk de rest van de video terwijl deze opwarmd (let tussendoor op de soldeerbout dat hier niemand aankomt).
Slide 38 - Tekstslide
Soldeer je werkstuk
Slide 39 - Tekstslide
Klaar met solderen?
Maak je werkstuk nog even schoon en kijk in de volgende dia hoe de puzzel werkt.
Slide 40 - Tekstslide
Voeg hier een foto van je werkstuk in.
Slide 41 - Open vraag
Welke beroepen kun jij bedenken waarbij je moet kunnen solderen?
Slide 42 - Open vraag
Zoek eens op internet of er nog meer beroepen zijn? Vul je lijstje aan.
Slide 43 - Open vraag
Welke beroepen lijken jou interessant?
Slide 44 - Open vraag
Kies een van de beroepen uit en zoek eens uit welke opleiding je hiervoor moet doen?
Slide 45 - Open vraag
Wat zijn kwaliteiten om dit beroep te kunnen die je al kunt?
Slide 46 - Open vraag
Wie in jou omgeving werkt met solderen?
Slide 47 - Open vraag
Als je dit beroep zou willen doen? Wat kun je al? Wat ken je al? Wat ga je nog leren?
Slide 48 - Open vraag
Beoordeling
Ga met je werkstuk naar je docent en laat je werkstuk beoordelen.