Elk ingezonden stuk bestaat uit 2 delen:
The spark:
een korte beschrijving van het ‘aha’-moment. Waarom kies je dit moment en hoe heb je het in een verhaal gegoten? Gebruik hiervoor maximaal 75 woorden. The spark mag ook in je moedertaal (bijvoorbeeld Nederlands of Papiamento) geschreven worden. Bij een spark in een andere taal moet de docent een vrije vertaling in het Engels of Nederlands erbij doen.
The Flash Fiction:
een fictief verhaal van maximaal 150 woorden.