1h - 28-01-2021

WELCOME!
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

WELCOME!

Slide 1 - Tekstslide

TODAY
Repeat vocabulary
Look at and study Stone 8
Practise with Stone 7 and Stone 8


Slide 2 - Tekstslide

VOCABULARY CHECK
You have seen these five words in the text, but do you know what they mean?

Slide 3 - Tekstslide

We are in a hurry. Please GRAB your coat so we can leave.
A
zoeken
B
grijpen, pakken

Slide 4 - Quizvraag

You shouldn't eat chips every day, that's not HEALTHY.
A
gezond
B
geweldig

Slide 5 - Quizvraag

People often STARE at Johnny because he can act very strange.
A
uitlachen
B
staren

Slide 6 - Quizvraag

We couldn't UNDERSTAND the man because he was speaking Russian.
A
delen
B
begrijpen

Slide 7 - Quizvraag

Liam loves attention so he always makes WEIRD noises in class.
A
gek, raar
B
nieuwsgierig

Slide 8 - Quizvraag

STONE 8
DESCRIBING FOOD AND MEALS

Slide 9 - Tekstslide

STONE 8
  • Let's read STONE 8 together.
  • You can find it on page 146


Now you know how to describe food and meals

Let's practise!

Slide 10 - Tekstslide

Hoe vraag je: "wat is jouw lievelingseten"

Slide 11 - Open vraag

Hoe vraag je: "Waar ruikt het naar"

Slide 12 - Open vraag

Hoe vraag je: "Van welk gerecht hou jij niet"

Slide 13 - Open vraag

Hoe zeg je: "Mijn lievelingseten is pizza want het ruikt heerlijk."

Slide 14 - Open vraag

Hoe zeg je: "Ik vind dit gerecht niet lekker want de saus is te zuur"

Slide 15 - Open vraag

Now ... share your opinion!

Slide 16 - Tekstslide

What is your favourite food? And why?

Slide 17 - Open vraag

What is a dish you do not like. Why?

Slide 18 - Open vraag

VOCABULARY
Make exercise 27a - make sure you
write down every word!
timer
2:30

Slide 19 - Tekstslide

Exercise 27
awful = verschrikkelijk
bitter = bitter
bland = smakeloos
chewy = taai
crispy = knapperig
delicious = heerlijk
dry = droog

Slide 20 - Tekstslide

Exercise 27
juicy = sappig
salty = zout
savoury = hartig
seasoned = gekruid
sour = zuur
spicy = pikant, heet
strong = sterk

Slide 21 - Tekstslide

HOMEWORK FOR NEXT LESSON
  • You are going to make a short comic (strip) in English.
  • The comic consists of at least 3 panels.
  • Use at least 5 sentences from STONE 7 or STONE 8
  • And of course: use your imagination!

Slide 22 - Tekstslide

Exercise 27
sweet = zoet
tasty = smaakvol

Slide 23 - Tekstslide