blok 5 Jongerenopvang

• Zorg en Welzijn
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Blok 5 

Jongerenopvang

lesdoelen

• Je kunt voorbeelden geven van de lichamelijke, geestelijke en sociale ontwikkeling van jongeren in de puberteit
• Je kunt voorbeelden geven van problemen van jongeren
• Je kunt voorbeelden geven van hulpverleners/ instanties  die jongeren kunnen helpen met hun problemen
• Je kunt uiteggen wat leerstoornissen zijn en voorbeelden geven
  
• Je kunt uiteggen wat gedragsstoornissen zijn en voorbeelden geven

welke lichamelijke veranderingen kun je noemen in de puberteit? (min. 4)

Noem een paar geestelijke en/of sociale veranderingen in de puberteit

Wat is de puberteit?

1. De tijd waarin je niet zonder je ouders kan.
2. Een moment waarop je alles leuk vindt.
3. Een fase in je leven waarin je volwassener wordt
4. Een fase waarin je graag veel ijsjes eet.

Lichamelijke veranderingen in de puberteit zijn:

1. kritischer worden, jongens krijgen een lage stem
2. geslachtdelen gaan groeien, alles vanuit zichzelf bekijken
3. schaamhaar gaat groeien, menstruatie en eerste zaadlozing
4. menstruatie en eerste zaadlozing, kritischer worden.

Waar zorgt testosteron voor in de puberteit?

1. het ontstaan van een menstruatiecyclus
2. het ontwikkelen van vrouwelijke eigenschappen,zoals borstgroei
3. het ontwikkelen van mannelijke eigenschappen zoals haargroei
4. het ontwikkelen van een volwassenen motoriek

Kijk naar de volgende verschijnselen:
groeispurt-natte droom-menstruatie-balzak-schaamlippen-penis-vagina
Welke verschijnselen zijn echt kenmerkend voor de puberteit?

1. natte droom - balzak - vagina
2. natte droom - menstruatie - groeispurt
3. balzak - vagina - groeispurt
4. schaamlippen - groeispurt - balzak

Wat is NIET waar?
In de puberteit

1. krijg je meer een eigen mening
2. wil je vaak graag ergens bijhoren
3. ga je anders om met vrienden dan vroeger
4. ben je super zeker van jezelf op alle gebieden

Wat is een verandering in denken (mentale verandering) in de puberteit?

1. pubers zijn volgzaam
2. pubers gaan meer discussiëren
3. pubers bekijken alles vanuit zichzelf
4. pubers verliezen het overzicht

Wat is een sociaal kenmerk van een puber

1. een puber heeft zelden een conflict met zijn ouders
2. De puber denkt eerst verstandig na voordat hij iets gaat doen.
3. Een puber wil graag bij een bepaalde groep horen
4. Tijdens de puberteit worden de opvattingen van de ouders belangrijker

Lichamelijke (fysieke) veranderingen

• Het lichaam groeit vaak ineens heel hard in de lengte.
  
• De geslachtsdelen gaan groeien.
  
• Meisjes gaan menstrueren, jongens kunnen zaadlozingen krijgen.
  
• Het schaamhaar en okselhaar gaan groeien.
  
• Jongens krijgen een lagere stem.

Mentale (geestelijke) veranderingen

• Ze leren verbanden leggen.
• Ze krijgen meer inzicht en overzicht.
  
• Ze gaan meer discussiëren.
  
• Niets spreekt meer vanzelf.
  
• Ze bekijken alles vanuit zichzelf

Sociale kenmerken/ veranderingen

• Pubers worden kritischer tegenover anderen, vooralouders/opvoeders.
• Ze richten zich meer op jongeren van eigen leeftijd en geslacht.
• Hun vriendengroep is erg belangrijk

Als je in de jongerenopvang werkt, krijg je te maken met problemen die jongeren kunnen hebben. Bedenk een aantal voorbeelden van die problemen

www.accare.nl

Welke instanties hulpverleners/ instanties ken je die jongeren kunnen helpen met hun problemen

www.jeugdzorgnederland.nl

Welke leer- en gedragsstoornissen ken je?

Als jongeren zich zoveel mogelijk op eigen kracht kunnen redden, noemen we dat....

1. zelfstandigheid
2. zelfredzaamheid
3. zelfrealisatie
4. zelfregulatie

Welke van de volgende voorbeelden is een leerstoornis?

1. ADD
2. PDD-NOS
3. ADHD
4. dyscalculie

Moeite hebben met aandacht en concentratie/ hyperactief/ impulsief

1. Deze beschrijving hoort bij dyslexie
2. Deze beschrijving hoort bij ADHD
3. Deze beschrijving hoort bij ADD
4. Deze beschrijving hoort bij PDD-NOS

sociale en communicatieve problemen/ moeite met non-verbale signalen en veranderingen

1. Deze beschrijving hoort bij dyslexie
2. Deze beschrijving hoort bij PDD-NOS
3. Deze beschrijving hoort bij ADD
4. Deze beschrijving hoort bij dyscalculie

Agressie

Hoe ga je om met agressief gedrag van cliënten en hoe voorkom je dat het uit de hand loopt?

Wat is agressie?

Al het gedrag dat een ander pijn doet, zowel lichamelijk als mentaal (geestelijk) ( slaan, duwen, schelden, dreigen, met spullen, gooien, pesten, spugen, seksuele intimidatie of verkrachting en discriminatie.)

Voorkomen

Voorkomen is beter dan genezen. Probeer erachter te komen wanneer en waarom iemand agressief reageert.

Escalatie voorkomen

Probeer altijd rustig te blijven, blijf respectvol, ga niet terugschelden en leef je in in de cliënt. 

Neem de cliënt altijd serieus.

Maar zorg ook dat de cliënt uiteindelijk luistert naar de regels van je organisatie.

Escalatie? 

Zorg dat je op tijd hulp krijg van collega’s, beveiliging of politie. Praat er naderhand over met collega’s en met professionals. Dat helpt om het te verwerken. 

Registreren

Geef elke vorm van agressief gedrag door aan je leidinggevende en registreer wat er is gebeurd.

lesdoelen

• Je kunt voorbeelden geven van de lichamelijke, geestelijke en sociale ontwikkeling van jongeren in de puberteit
• Je kunt voorbeelden geven van problemen van jongeren
• Je kunt voorbeelden geven van hulpverleners/ instanties  die jongeren kunnen helpen met hun problemen
• Je kunt uiteggen wat leerstoornissen zijn en voorbeelden geven
  
• Je kunt uiteggen wat gedragsstoornissen zijn en voorbeelden geven