7.5 Veilig eten (1 les)

Hoofdstuk 7 Eten
7.5. Veilig eten


Pak je boek.
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 7 Eten
7.5. Veilig eten


Pak je boek.

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?

1. Bespreking SO
2. Uitleg paragraaf 7.5
3. Start met huiswerk
4. Terug blik
Leerdoelen
- Je kunt drie groepen ziekmakers benoemen en uitleggen hoe deze groepen ziekte kunnen veroorzaken.
- Je kunt het verschil uitleggen tussen een voedselinfectie en een voedselvergiftiging.
- Je kunt uitleggen wat een productieketen is.
- Je kunt uitleggen wat de dosis van een stof betekent.
- Je kunt aan de hand van drie stappen bepalen welke hoeveelheid je van een schadelijke stof binnen mag krijgen. Je kunt hierbij de volgende begrippen gebruiken en uitleggen: dosis-effect diagram, no-effect-level, aanvaardbare dagelijkse inname, LD50.

Slide 2 - Tekstslide

Wat zijn
ziekteverwekkers?

Slide 3 - Woordweb

- Je kunt drie groepen ziekmakers benoemen en uitleggen hoe deze groepen ziekte kunnen veroorzaken.
- Je kunt het verschil uitleggen tussen een voedselinfectie en een voedselvergiftiging.
Onbedoeld kunnen er schadelijke stoffen of ziekteverwekkers in/op voedsel komen.

Drie groepen ziekmakers:
1. bacteriën, schimmels en parasieten
2. schadelijke stoffen in het milieu
3. resten van bestrijdingsmiddelen en medicijnen


Slide 4 - Tekstslide

1. bacteriën, schimmels en parasieten
Bacteriën:
- Voedsel met teveel ziekmakende bacteriën (=voedselinfectie)
- Voedsel gegeten met bacteriën die toxinen (= giftige stoffen) produceren (=voedselvergiftiging)
Schimmels: sommige maken ook toxinen.
Parasieten: organismen die alleen kunnen overleven in of op een ander organisme. 

Slide 5 - Tekstslide

2. schadelijke stoffen in het milieu
  • Via industrie en verkeer in de lucht, op de grond en in het water.
  • Via planten in vee en via water in vis, schaal- en schelpdieren.
Zware metalen (lood, cadmium, kwik) veroorzaken schade aan nieren en zenuwstelsel.
Dioxine en pcb's kunnen kanker veroorzaken.

Slide 6 - Tekstslide

3. resten van bestrijdingsmiddelen en medicijnen
Groente en fruit kunnen bespoten zijn met bestrijdingsmiddelen.

Vee krijgt medicijnen. 

Vee eet voer met resten bestrijdingsmiddelen.

Slide 7 - Tekstslide

- Je kunt uitleggen wat een productieketen is.
Productieketen: Wat er met voedingsmiddelen
gebeurt voordat het op het bord ligt. 

-> in elke stap kunnen er ziekteverwekkers
of schadelijke stoffen in het product komen.

Slide 8 - Tekstslide

Een ... krijg je van gif in je eten dat is aangemaakt door bacteriën of schimmels:
A
Voedselvergiftiging
B
Voedselinfectie

Slide 9 - Quizvraag

Hoe worden de giftige stoffen genoemd die bacteriën en schimmels maken?

Slide 10 - Open vraag

- Je kunt uitleggen wat de dosis van een stof betekend. 
- Je kunt aan de hand van drie stappen bepalen welke hoeveelheid je van een schadelijke stof binnen mag krijgen. Je kunt hierbij de volgende begrippen gebruiken en uitleggen: dosis-effect diagram, no-effect-level, aanvaardbare dagelijkse inname, LD50.
De hoeveelheid van een stof die je binnenkrijgt uitgedrukt in milligram of microgram van een stof per kilogram lichaamsgewicht = dosis.

No-effect-level = maximale hoeveelheid van de stof waaraan organismen langdurig kunnen worden blootgesteld zonder dat er schade optreedt.
ADI = aanvaardbare dagelijkse inname: de hoeveelheid van een stof per kg lichaamsgewicht die je elke dag mag binnenkrijgen zonder dat je er ziek van wordt (berekenen: no-effect-level/100).

Slide 11 - Tekstslide

Je kunt een dosis-effectdiagram ook gebruiken
om te bepalen hoe giftig een stof is. 

LD50, de letale dosis 50 (dosis waarbij 50% van de
 organismen sterft als ze aan de stof worden blootgesteld). 
-> Hoe lager LD50, hoe giftiger de stof



Slide 12 - Tekstslide

Aan de slag... :)
Lees de stof eerst goed door!

Maken 7.5 opdrachten 2, 3, 5, 8 en 9

Slide 13 - Tekstslide