Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
meewerkend voorwerp
Het meewerkend voorwerp
1 / 13
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 2-4
In deze les zitten
13 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
30 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Het meewerkend voorwerp
Slide 1 - Tekstslide
Lesdoelen
Na deze les:
- weet je wat het meewerkend voorwerp is
- kun je het meewerkend voorwerp van de zin benoemen.
Slide 2 - Tekstslide
Meewerkend voorwerp
In zinnen met een lijdend voorwerp kan ook een meewerkend voorwerp staan.
Het meewerkend voorwerp geeft aan
aan of voor wie
iets is.
Slide 3 - Tekstslide
Meewerkend voorwerp
Een meewerkend voorwerp is iemand die
meewerkt
met het onderwerp. Het meewerkend voorwerp
ontvangt
iets.
Leon geeft een cadeau aan Emma.
Let op! Niet iedere zin heeft een meewerkend voorwerp.
Slide 4 - Tekstslide
Meewerkend voorwerp met 'aan'
Een meewerkend voorwerp kan beginnen met 'aan' of 'voor', maar dat hoeft niet altijd.
Als 'aan' of 'voor'
niet
aan het meewerkend voorwerp voorafgaat, kan het vaak worden toegevoegd.
Slide 5 - Tekstslide
Meewerkend voorwerp
Stappenplan meewerkend voorwerp
1
Persoonsvorm
Zin in een andere tijd zetten
2
Onderwerp
Wie of wat + persoonsvorm
3
Gezegde
Alle werkwoorden in de zin
4
Lijdend voorwerp
Wie + gezegde + onderwerp
5
Meewerkend voorwerp
Aan wie + gezegde + onderwerp + lijdend voorwerp
Slide 6 - Tekstslide
Is dit een meewerkend voorwerp?
'We willen een cadeaubon kopen
voor de trainer
.'
A
Wel een meewerkend voorwerp
B
Geen meewerkend voorwerp
Slide 7 - Quizvraag
Is dit een meewerkend voorwerp?
Hij geeft al zijn geld
aan arme mensen
.
A
Wel een meewerkend voorwerp
B
Geen meewerkend voorwerp
Slide 8 - Quizvraag
Is dit een meewerkend voorwerp?
'Heeft de docent
jou
een voldoende gegeven?'
A
Wel een meewerkend voorwerp
B
Geen meewerkend voorwerp
Slide 9 - Quizvraag
Benoem het meewerkend voorwerp. Geen meewerkend voorwerp? Noteer dan een streepje.
Zij heeft het mij toch verteld.
Slide 10 - Open vraag
Benoem het meewerkend voorwerp. Geen meewerkend voorwerp? Noteer dan een streepje
Zij heeft hem het nieuwtje al verteld.
Slide 11 - Open vraag
Benoem het meewerkend voorwerp. Geen meewerkend voorwerp? Noteer dan een streepje
Heb je voor mij ook een blikje meegebracht?
Slide 12 - Open vraag
Benoem het meewerkend voorwerp. Geen meewerkend voorwerp? Noteer dan een streepje
Ik hang mijn schilderij aan de muur.
Slide 13 - Open vraag
Meer lessen zoals deze
meewerkend voorwerp
September 2024
- Les met
13 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 2-4
meewerkend voorwerp
Maart 2024
- Les met
13 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 2-4
meewerkend voorwerp
Maart 2024
- Les met
13 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 2-4
meewerkend voorwerp
Maart 2024
- Les met
13 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 2-4
meewerkend voorwerp
Maart 2024
- Les met
13 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 2-4
meewerkend voorwerp
Maart 2024
- Les met
13 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 2-4
meewerkend voorwerp
Maart 2024
- Les met
13 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 2-4
meewerkend voorwerp
Mei 2024
- Les met
13 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo
Leerjaar 2-4