5H Beco H35

34.12a
Welke berekening leidt niet tot het goede antwoord?
A
300.000 / VV x 100 = 166,67
B
VV = 300.000 x 1,6667
C
VV = 300.000 / 1,6667
D
300.000 / VV = 1,6667
1 / 35
volgende
Slide 1: Quizvraag
BedrijfseconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

34.12a
Welke berekening leidt niet tot het goede antwoord?
A
300.000 / VV x 100 = 166,67
B
VV = 300.000 x 1,6667
C
VV = 300.000 / 1,6667
D
300.000 / VV = 1,6667

Slide 1 - Quizvraag

34.12c
Debt ratio?
A
120.000 / 180.000
B
120.000 / 300.000
C
180.000 / 120.000
D
180.000 / 300.000

Slide 2 - Quizvraag

5H Beco H35

Slide 3 - Tekstslide

Kengetallen
Banken letten op solvabiliteit en liquiditeit bij beslissing om geld uit te lenen

Eigenaren , ( potentiele ) aandeelhouders letten op winst, 
( dividend, koerswinst )

Slide 4 - Tekstslide

ING Bank heeft een winst geboekt over 2023 van € 1,2 miljard. ASN Bank heeft in datzelfde jaar een winst geboekt van € 0,8 miljard.
Van welke bank zou jij een aandeel kopen?
A
ING
B
ASN

Slide 5 - Quizvraag

Kengetallen
Verschaffers van vermogen willen een beloning:

- EV verschaffers: winst
- VV verschaffers: interest

Beloning bekijken in verhouding tot het ingebrachte vermogen

Slide 6 - Tekstslide

Kengetallen
Probleem:
Vermogen = voorraadgrootheid = op 1 datum
Winst = stroomgrootheid = over een periode, bijv. 1 jaar

Oplossing:
Gemiddeld vermogen = ( Vermogen 1/1 + Vermogen 31/12 ) / 2

Slide 7 - Tekstslide

Kengetallen
Rentabiliteit Eigen Vermogen

Nettowinst
REV = ----------------------- x 100%
Gemiddeld EV


Slide 8 - Tekstslide

Bereken het gemiddeld EV
(alleen getal invoeren)

Slide 9 - Open vraag

Bereken REV
nettowinst na belasting/ GEV x 100%
(alleen getal invoeren, 1 decimaal)

Slide 10 - Open vraag

Antwoord
GEV = (120+170)/2 = 145
REV = 35/145 x 100% = 24,1% 

Slide 11 - Tekstslide

Welke uitspraak klopt?
A
REVvb > REVnb
B
REVvb < REVnb

Slide 12 - Quizvraag

Kengetallen
De REV geeft eigenlijk aan hoeveel rendement een aandeelhouder op zijn belegging kan maken.
Een REV van 10% betekent dat je voor elke euro die je in de onderneming stopt 10 cent verdiend.
Dit percentage kun je goed vergelijken met bijv. rente op spaarrekening of obligatie.
Rendementseis is vaak hoger, omdat risico groter is als je geld stopt in een onderneming ipv in bijv. een staatsobligatie

Slide 13 - Tekstslide

Kengetallen
Interestvergoeding Vreemd Vermogen

Interestkosten
IVV = ----------------------- x 100%
Gemiddeld VV


Slide 14 - Tekstslide

Kengetallen
Rentabiliteit Totaal Vermogen

Resultaat voor belasting + Interestkosten
RTV = --------------------------------------- x 100%
Gemiddeld TV


Slide 15 - Tekstslide

Gemiddeld vermogen
Opmerkingen bij bepalen gemiddelde vermogen:

  • vermogen beginbalans + vermogen eindbalans/ 2
  • Voor het VV gaan er dan vanuit dat aflossingen op 1 juli plaatsvinden, maar dit kan ook op elk ander moment zijn, bijvoorbeeld op 1 oktober: ¾ x bedrag voor aflossing + ¼ bedrag na afl.
  • Winst is aan begin van het jaar 0, dus voor gemiddelde EV moet je de winst delen door 2. (let op: alleen in de noemer)



Slide 16 - Tekstslide

Rentabiliteit meten

Slide 17 - Tekstslide

Rentabiliteit meten
                                60
------------------------------------------- x 100 = 19,9%
((180+130+50+25+90+68+60)/2)

Slide 18 - Tekstslide

Wat is het REV? (2 dec)


Slide 19 - Open vraag

Interest vreemd vermogen
Aanvullende informatie:
- Aflossing hypothecaire lening op 1-7-2018
- De kosten van het leverancierskrediet zijn € 1500

Slide 20 - Tekstslide

Hoeveel bedraagt de interest
op vreemd vermogen?

Slide 21 - Open vraag

Interest berekenen
gegeven aflossing heeft plaatsgevonden op 1 juli; bepaald gemiddeld hypotheekbedrag! rente = 0,05 x ((270 + 260)/2) = € 13.250
Totale interest = € 13.250 + € 1.500 (uit tekst) = € 14.750

Slide 22 - Tekstslide

IVV: Interest vreemd vermogen als %

Slide 23 - Tekstslide

Hoeveel bedraagt het interest
als percentage van het
vreemd vermogen (IVV)?
(2 dec)

Slide 24 - Open vraag

IVV: Interest vreemd vermogen als %

Slide 25 - Tekstslide

Gemiddeld vermogen bepalen

Slide 26 - Tekstslide

Wat is het gemiddeld
totaal vermogen?

Slide 27 - Open vraag

Gemiddeld vermogen bepalen
gemiddeld vermogen = (saldo 1-1 + saldo 31-12)/2
gemiddeld totaal vermogen voorbeeld = (533 + 691)/ 2 = € 612.000

Slide 28 - Tekstslide

Resultaat voor belasting 

Slide 29 - Tekstslide

Wat is het resultaat
voor belasting?

Slide 30 - Open vraag

Resultaat voor belasting 
resultaat voor belasting = € 60.000 + € 16.000 = € 76.000

Slide 31 - Tekstslide

Wat is het RTV? (2 dec)
Gem TV: 612.000
Interestkosten: 14.750
Winst VB: 76

Slide 32 - Open vraag

RTV berekenen

Slide 33 - Tekstslide

Rentabiliteit meten
AKA economische rentabiliteit

Slide 34 - Tekstslide

Hw.
Opgave 35.4

Slide 35 - Tekstslide