In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Paragraaf 1 tot en met 4
Slide 1 - Tekstslide
In deze les
-De leerling kent aan het eind van de les belangrijke begrippen uit paragraaf 1,1 tot en met 1,4.
-De leerling verwerkt de theorie doormiddel van quizvragen.
Slide 2 - Tekstslide
Basisbehoeften?
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Onder welke behoefte valt op vakantie gaan?
A
Overige behoeften
B
Basisbehoeften
C
Geen van beide
D
Luxe behoefte
Slide 5 - Quizvraag
Dienst
Een persoon of bedrijf doet iets voor de klant.
Bijvoorbeeld: Meneer Doedens heeft zijn fietsband lek, hiervoor gaat hij naar de fietsenmaker in Ommen. De fietsenmaker maakt de band en vervult hier de dienst.
Slide 6 - Tekstslide
Welk voorbeeld is een dienst?
A
Hotelovernachting
B
Telefoon reparatie
Slide 7 - Quizvraag
Consumeren
A
Het kopen van een dienst
B
Het kopen van een product
C
Het kopen van goederen en diensten
Slide 8 - Quizvraag
Consumeren zou beperkt kunnen worden door:
Gebrek aan geld
Gebrek aan tijd
Slide 9 - Tekstslide
Collectieve voorziening
Voorzieningen die grotendeels betaald wordt door belastingen.
-School
-Lantaarnpalen
Slide 10 - Tekstslide
Wie maken gebruik van de natuur?
-Bedrijven (grondstoffen)
-Consumenten (zon, zee, frisse lucht)
Slide 11 - Tekstslide
Zelfvoorziening
A
Fruit verbouwen in de tuin
B
Pizza kopen
C
eigen truien breien
Slide 12 - Quizvraag
Collectieve voorziening is:
A
fietspad
B
dijk
C
park
D
restaurant
Slide 13 - Quizvraag
Invloed
-Mensen om jou heen hebben invloed op wat jij koopt
-Vrienden
-Familie
Slide 14 - Tekstslide
Bij welke aankopen zouden vrienden invloed kunnen hebben?
A
game
B
pennen
Slide 15 - Quizvraag
Behoeften kunnen veranderen
-leeftijd
-veiligheid
-technische ontwikkeling
-milieu
Slide 16 - Tekstslide
2016 390.000 zonnepanelen 2018 730.000 zonnepanelen Hoeveel zonnepanelen zijn er bijgekomen?
A
350.000 zonnepanelen
B
340.000 zonnepanelen
C
335.000 zonnepanelen
Slide 17 - Quizvraag
Stel jullie kopen een telefoon waar let je op?
A
kleur
B
merk
C
prijs
D
grootte
Slide 18 - Quizvraag
Doelgroep
Een bepaalde groep mensen waar het bedrijf zich op richt.
-jongeren (onder de 18 jaar)
-ouderen
-18 jarigen
Slide 19 - Tekstslide
Marketing
-Betekent dat bedrijven zoveel mogelijk willen verkopen
Slide 20 - Tekstslide
E-commerce
-Het kopen van producten online (internet)
Slide 21 - Tekstslide
Marketingmix 6 P's
- Product beleid
-Plaatsbeleid
-Prijsbeleid
-Promotiebeleid
-Presentatiebeleid
-Personeelsbeleid
Slide 22 - Tekstslide
Productbeleid
-Welke producten
-Welke verpakking
Slide 23 - Tekstslide
Plaatsbeleid
-De plek of plaats waar het bedrijf zijn producten verkoopt
-winkel
-internet
Slide 24 - Tekstslide
Prijsbeleid
-Goedkopere prijs dan de concurrent (mensen verleiden)
-aanbiedingen
-meer verkopen
Slide 25 - Tekstslide
Presentatiebeleid
-Inrichting van de winkel
-Buitenkant van de winkel
Slide 26 - Tekstslide
Personeelsbeleid
-Service
-Vriendelijk zijn naar klanten (omgang)
Slide 27 - Tekstslide
Promotiebeleid
-Reclame
-sponsoring
-Gericht op een doelgroep (jongeren, ouderen)
Slide 28 - Tekstslide
Jan is 60 jaar en valt onder de doelgroep
A
jongeren
B
ouderen
C
beide
D
alle antwoorden zijn onjuist
Slide 29 - Quizvraag
Commerciële reclame
-Reclames om meer te verkopen
Slide 30 - Tekstslide
Ideële reclames
-informeren
-waarschuwen
Slide 31 - Tekstslide
Informatieve reclames
-Reclames met productinformatie
Slide 32 - Tekstslide
merkreclame
-merk bekender maken
Slide 33 - Tekstslide
Wat hebben wij gedaan in deze les
-De leerling kent aan het eind van de les belangrijke begrippen uit paragraaf 1,1 tot en met 1,4.
-De leerling verwerkt de theorie doormiddel van quizvragen.