1 vmbo-bk thema 3.1 Ordenen: Je dagelijkse leven ordenen

bij biologie en verzorging!
1 / 49
volgende
Slide 1: Tekstslide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 49 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

bij biologie en verzorging!

Slide 1 - Tekstslide

Een heel gelukkig 2023!

Slide 2 - Tekstslide

Thema 3 Ordening

Slide 3 - Tekstslide

3.1 Je dagelijkse leven ordenen

Slide 4 - Tekstslide

wat gaan we vandaag doen?
introductie nieuw thema: thema 3 Ordenen
leerdoelen
nieuwe theorie: 3.1 Je dagelijkse leven ordenen
zelf aan de slag

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

leerdoelen
Deze les leer je:
- wat ordenen betekent
- welke manieren van ordenen er zijn
-  wat plannen betekent
- wat wordt bedoeld met bezigheden en vrije tijd

Slide 7 - Tekstslide

Ordenen
Ordening is het indelen van een verzameling in groepen.

Een ander woord voor ordenen is sorteren

Bij ordenen kijk je naar eigenschappen die overeenkomen. 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

wat wordt er gesorteerd in het vorige filmpje?
op welke eigenschappen letten ze bij het sorteren?

Slide 11 - Tekstslide

Orde op school
Op school ben je ingedeeld in klassen.
Je tijd op school is geordend in je rooster. 

Hierdoor weet je precies waar je wanneer moet zijn. 

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

3.1 Je dagelijkse leven ordenen
Een dag heeft 24 uur. Op een dag
moet je verschillende dingen doen.

Het is goed om de tijd die je daarvoor
nodig hebt, te ordenen. Dit ordenen
noem je plannen.

Slide 14 - Tekstslide

3.1 Je dagelijkse leven ordenen
Alle dingen die je doet, noem je bezigheden. Enkele bezigheden zijn:
- slapen
- wassen en aan- en uitkleden
- naar school
- huiswerk maken
- eten, drinken en tafel afruimen
- je kamer opruimen
- op bezoek gaan
- sporten

Slide 15 - Tekstslide

Orde op het werk

Je werkplek ordelijk achterlaten is veilig en zorgt er voor dat je altijd alles kunt vinden. 

Slide 16 - Tekstslide

3.1 Je dagelijkse leven ordenen
Vrije tijd is de tijd die overblijft na je slaap, je school en alle andere dingen die je moet doen.


Wat doen jullie in je vrije tijd?

Slide 17 - Tekstslide

VRAGEN??

Slide 18 - Tekstslide

zelf aan de slag
3.1 Je dagelijkse leven ordenen: lees de tekst en maak de opdrachten:

opdracht 1 t/m 5 maken

Slide 19 - Tekstslide

3.2 Organismen ordenen
We kennen 4 rijken

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

leerdoelen
Deze les leer je:

-de kenmerken noemen van dieren, planten, schimmels en bacteriën;
- wanneer organismen tot dezelfde soort behoren.

Slide 22 - Tekstslide

Kenmerken van ordenen
  • Wanneer organismen dezelfde celonderdelen hebben dan vallen ze in dezelfde groep Ook wel een Rijk

  • Een kenmerk is een eigenschap waaraan je een organisme kunt onderscheiden van andere organismen

Slide 23 - Tekstslide

Organismen ordenen

Een organisme is iets wat leeft. 

Als je organismen gaat ordenen kijk je eerst naar de cellen. 

Slide 24 - Tekstslide

Ordenen van organismen
Door te kijken naar de volgende eigenschappen:

- celkern (bacteriën hebben geen celkern)

- celwand (dieren hebben geen celwand)

- bladgroenkorrels (alleen planten hebben bladgroenkorrels)

Slide 25 - Tekstslide

Organismen ordenen waarop letten
Geen celkern
Geen celwand
Alleen bladgroenkorrels

Slide 26 - Tekstslide

Een vertakkingsschema
Eerste verdeling 

Organismen
- planten
- dieren
- schimmels
- bacteriën

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Wanneer zelfde soort?

Organismen zijn van dezelfde soort als ze samen vruchtbare nakomelingen kunnen krijgen

Slide 29 - Tekstslide

Soorten en rassen
Dieren en planten behoren tot 
dezelfde soort als ze samen voor
 nakomelingen kunnen zorgen. 

Slide 30 - Tekstslide

Groep dieren
De groep dieren kun je verder indelen in kleinere groepen. De kleinste groep heet een soort.


Slide 31 - Tekstslide

Groep dieren
Organismen die erg op elkaar lijken, hoeven niet tot dezelfde soort te behoren
Afrikaanse olifant
Indische olifant

Slide 32 - Tekstslide

Afspraak
Dieren horen tot dezelfde soort wanneer ze zich samen kunnen voortplanten en hun jongen zich ook weer kunnen voortplanten.


Slide 33 - Tekstslide

Wat is de beste omschrijving van ordenen?
A
Sorteren
B
Rust
C
Verdelen
D
Groepen maken

Slide 34 - Quizvraag

Organismen kunnen we indelen in 4 rijken. Wat is géén rijk?
A
dieren
B
mensen
C
planten
D
schimmels

Slide 35 - Quizvraag

bij de indeling in de verschillende rijken kijk je naar...
A
de manier van voortplanten
B
de kenmerken van de cel

Slide 36 - Quizvraag

We kunnen organismen indelen in 4 rijken, namelijk bacteriën, schimmels, planten en dieren. Dit doen we door te kijken naar kenmerken. Door welk kenmerk kunnen we organismen indelen tot het rijk van de dieren?
A
Bladgroenkorrels
B
Geen celwand
C
Geen kern

Slide 37 - Quizvraag

Uit welk rijk komt deze cel?
A
Dierenrijk
B
Plantenrijk
C
Schimmelrijk
D
Bacterierijk

Slide 38 - Quizvraag

Welk rijk kun je alleen zien met de microscoop?
A
Dierenrijk
B
Schimmelrijk
C
Plantenrijk
D
Bacterierijk

Slide 39 - Quizvraag

Je kijkt weer door de microscoop naar een cel. Je ziet nu een cel zonder celkern. Bij welk rijk hoort dit organisme?
A
bacteriën
B
planten
C
schimmels
D
dieren

Slide 40 - Quizvraag

Wat ga je nu doen?

Maken basisstof 3.1 en 3.2 van thema 3, ordenen.
Maak ook de test je zelf.

Klaar? 
--> Lees 3.3 alvast door en kijk welke opdrachten je al kan maken.

Slide 41 - Tekstslide

nieuwe theorie: 3.4 schimmels

Slide 42 - Tekstslide

cel van een schimmel

Slide 43 - Tekstslide

schimmels
nuttige schimmels:
- opruimen dode resten in de natuur (net als bacteriën)
- productie voedingsmiddelen: brood, bier, wijn, schimmelkaas
- sommige paddenstoelen zijn eetbaar

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Tekstslide

schimmels
schadelijke schimmels:
- voedselbederf
- veroorzaken ziektes bij planten en dieren: bijv. zwemmerseczeem (voetschimmel) bij de mens

Slide 46 - Tekstslide

Slide 47 - Tekstslide

Wat ga je nu doen?

Maken basisstof 3.1 en 3.2 van thema 3, ordenen.
Maak ook de test je zelf.

Klaar? 
--> Lees 3.3 alvast door en kijk welke opdrachten je al kan maken.

Slide 48 - Tekstslide

Huiswerk volgende keer
Maken basisstof 3.1 en 3.2 van thema 3, ordenen.
Maak ook de test je zelf.

Klaar? 
Plenda --> 30 januari toets thema 3

Slide 49 - Tekstslide