19/01/2021: H2 Grammaire H (tweede les)

Bonjour! 
Aujourd'hui c'est mardi 
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Bonjour! 
Aujourd'hui c'est mardi 

Slide 1 - Tekstslide

Aujourd'hui, c'est mardi.
Welke dag was het gisteren?
timer
0:10
A
jeudi
B
dimanche
C
mercredi
D
lundi

Slide 2 - Quizvraag

C'est quelle date aujourd'hui ?
timer
0:10
A
le treize janvier
B
le seize janvier
C
le dix-neuf janvier
D
le dix-huit janvier

Slide 3 - Quizvraag

Annonce (toetsinhalers) : 

Lis l'e-mail et réponds s'il vous plaît !

Slide 4 - Tekstslide

De vorige les (jeudi) hebben we grammatica behandeld. Waar ging het ook alweer over?
timer
0:15

Slide 5 - Open vraag

De vorige les behandeld:
  • H2 - grammaire H: la négation 

Slide 6 - Tekstslide

Twee stappen:
  1. Zoek de persoonsvorm in de zin (vaak het enige ww) 
  2. Zet ne ervoor en pas erachter. Dus altijd twee delen!

  • Tu fais les exercices >         Tu ne fais pas les exercices. 
  • Je mange une crêpe >        ?
  • = Je ne mange pas une crêpe
     



Slide 7 - Tekstslide

Welke van deze zinnen is ontkennend?
A
Je ne parle pas français
B
J'habite à Bordeaux
C
Mon frère a 22 ans
D
Comment tu t'appelles?

Slide 8 - Quizvraag

Maak de zin ontkennend :
Je mange un pizza

Slide 9 - Open vraag

Aujourd'hui

  • Grammaire H : la négation 
    exercice 32 
Les buts / de doelen

  • Ik kan de ontkenning herkennen en gebruiken. 

Slide 10 - Tekstslide

Faire (H : Grammaire)
  • Fais les exercices 32 a+b

Slide 11 - Tekstslide

Les devoirs 
Faire : exercice 32 
Apprendre : Grammaire H (p.93) / Slim Stampen 

Vragen? Stel ze via de chat / mic. 
We sluiten gezamenlijk af.

Slide 12 - Tekstslide

Le but / het doel van de les... 
Was dat je de ontkenning kunt herkennen en gebruiken. 
Even checken of dat is gelukt!
>>>

Slide 13 - Tekstslide

Maak de zin ontkennend :
Je mange une pizza

Slide 14 - Open vraag

Hoe maak je deze zin ontkennend:
'J'habite à Marseille'
A
Je ne habite pas à Marseille
B
Je n'habite pas à Marseille

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Tekstslide