In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Marketing les 5
Slide 1 - Tekstslide
Marketing
Producten aanbieden op basis van behoeften van je (potentiële) afnemers.
Wie zijn je afnemers?
Bedrijven of consumenten
Slide 2 - Tekstslide
Wat is de afkorting voor een markt waarbij een bedrijf levert aan zakelijke klanten?
Slide 3 - Open vraag
Wat is de afkorting voor een markt waarbij een bedrijf levert aan zakelijke klanten?
Zakelijke klanten = B2B
Als je levert aan consumenten = B2C
Slide 4 - Tekstslide
Vormen van B2C marketing
Uitgaan van marketingconcept
Consumentenmarkting = Importeurs en fabrikanten richten zich met hun marketingactiviteiten op de consument
Detailhandelsmarketing (retailmarketing) = detaillisten die hun marketing richten op de consument
Slide 5 - Tekstslide
Vormen van B2B Marketing
uitgaan van marketingconcept
Detaillistenmarketing = producent richt zich specifiek op detailhandel
Trade Marketing (handelsmarketing) = marketingactiviteiten van een producent gericht op (potentiële) distribuanten
Slide 6 - Tekstslide
Vormen van Marketing
uitgaan van marketingconcept
Non-profitmarketing = marketing uitgevoerd door instellingen die geen winstoogmerk hebben
Slide 7 - Tekstslide
Vormen van Marketing
Dienstenmarketing = marketingactiviteiten voor een organisatie die diensten levert.
Belangrijk is de dienst zo “tastbaar” mogelijk te maken
Problemen bij marketing van diensten
Je kunt geen voorbeeld laten zien/ proef meegeven
Geen dienst is hetzelfde
Je kunt geen voorraad aanleggen
Slide 8 - Tekstslide
Vormen van marketing
Experience marketing = je wilt de klant het onderscheidend vermogen van een product laten beleven, waardoor een bepaald de relatie met het artikel/dienst tot stand komt
Slide 9 - Tekstslide
Vormen van marketing
uitgaan van marketingconcept
Relatiemarketing = richt zich niet direct op product of soort klant maar op de relatie met de klant. Klantgerichte werkwijze waarbij lange termijnrelaties tot stand komen
Transactiemarketing = nadruk ligt niet op relatie maar op vinden van nieuwe afnemers
Slide 10 - Tekstslide
Vormen van Marketing
Eventmarketing = populaire manier waarbij het organiseren van een evenement wordt gebruikt om de doelgroep te bereiken. Het evenement is de marketingtool
Slide 11 - Tekstslide
Vormen van marketing
Actiemarketing = verzamelnaam van alle acties die als doel hebben het koopgedrag direct te stimuleren, waardoor de omzet op korte termijn toeneemt.
Slide 12 - Tekstslide
Vormen van Marketing
Themamarketing (themacommunicatie) =
Hierbij gaat het om het beïnvloeden van kennis en houding van de afnemers ten aanzien van een merk of product (lange termijn)
Slide 13 - Tekstslide
Vormen van Marketing
Direct Marketing = vorm van actiemarketing; er vindt directe benadering van de potentiële klant plaats, waarbij gezocht wordt naar een directe reactie van de klant.
Telemarketing = vorm van Direct marketing; is het verkopen of aanprijzen van goederen/diensten door direct contact te maken via een telefonisch gesprek
Slide 14 - Tekstslide
Welke 6 p's ken je?
Slide 15 - Open vraag
Slide 16 - Tekstslide
6 p's
Slide 17 - Tekstslide
Marketingmix
= ideale combinatie van 6 P’s voor jouw doelgroep.
De marketingmix is samenhangend/consistent zodat ze elkaar onderling versterken
Slide 18 - Tekstslide
P van Product
Slide 19 - Tekstslide
Wat is een product =
geheel van materiële en immateriële eigenschappen van een goed of dienst waarmee je in een specifieke behoeft kan voorzien
Slide 20 - Tekstslide
Wensen & behoeften
Met jouw product/merk wil je tegemoet komen
aan de wensen en behoeften van de markt
= Marketing
Slide 21 - Tekstslide
Dienstencontinuüm
Slide 22 - Tekstslide
Kenmerken van producten
Combinatie van fysieke en Symbolische eigenschappen --> Koffie is niet alleen warme bruine drank, maar geeft ook gezelligheid
12. Een autofab rikant heeft bij haar fab riek een soo rt pretpark ontwikkeld waa rin je kennis kunt maken met het merk. Bezoekers k ijgen een rondleiding door de fab riek, info rmatie over de histo rie van het merk en kunnen racen in een simulator.
Van welke verschijningsvo rm van marketing is hier sprake?
A
Actiemarketing
B
Direct marketing
C
Event marketing
D
Experience marketing
Slide 26 - Quizvraag
Themacommunicatie is gericht op de langere termijn.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 27 - Quizvraag
Hoe worden de 6 P's ook wel genoemd?
A
Marketingmix of marketingdoelen
B
Marketingmix of marketinginstrumenten
C
Marketingdoelen of marketinginstrumenten
D
Marketinginstrumenten of marketingbestek
Slide 28 - Quizvraag
Wat is de juiste omschrijving van de marketingsoort consumentenmarketing?
A
Een frikandellen fabrikant zendt een tv-reclame uit om een nieuwe frikandel te promoten.
B
Een groothandelaar in voetballen stuurt een nieuwsbrief aan sportwinkels.
C
Een producent van televisies biedt product demonstraties aan voor elektronicawinkels
Slide 29 - Quizvraag
Peugeot werkt met incentives. De dealers die de meeste nieuwe Peugeots in een jaar verkopen winnen een geheel verzorgde personeelsreis. Dit is een voorbeeld van:
A
Retail marketing
B
Trade marketing
C
Actiemarketing
D
Duale marketing
Slide 30 - Quizvraag
‘Verschillende marketinginstrumenten worden op elkaar afgestemd en tegelijkertijd gebruikt binnen een bedrijf’.
Welk begrip hoort bij deze omschrijving? Kies het juiste antwoord.
A
dienstenmarketing
B
businessmarketing
C
marketingonderzoek
D
marketingmix
Slide 31 - Quizvraag
Bij deze vorm van marketing richt de detaillist zich op de klant.