Fase 3, periode 1 les 5 schrijfdoelen en tekstsoorten

Fase 3
Schrijfdoelen
Tekstsoorten 
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen, tekstslide en 1 video.

Onderdelen in deze les

Fase 3
Schrijfdoelen
Tekstsoorten 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Welk tekstdoel hoort er bij een Donald Duck?
A
informeren
B
beschouwen
C
amuseren
D
activeren

Slide 3 - Quizvraag

Welk tekstdoel hoort er bij een recept?
A
informeren
B
instrueren
C
beschouwen
D
overtuigen

Slide 4 - Quizvraag

Wat is een uiteenzetting?
A
Een tekst met als doel je ergens van te overtuigen.
B
Een tekst met als doel je te informeren.
C
Een tekst met als doel je te vermaken, amuseren.
D
Een tekst met als doel je te informeren én je iets te leren.

Slide 5 - Quizvraag

Wat is het tekstdoel van een betoog?
A
overtuigen
B
leren
C
amuseren
D
activeren

Slide 6 - Quizvraag

Hoe noem je een tekst die verschillende standpunten en meningen weergeeft?
A
een beschouwing
B
een uiteenzetting
C
een betoog
D
een column

Slide 7 - Quizvraag

Welke 3 tekstsoorten hebben als doel te amuseren?
A
column, betoog, strip
B
roman, strip, reclamebericht
C
roman, strip, cartoon
D
krantenartikel, uiteenzetting, strip

Slide 8 - Quizvraag

Welke tekstsoort is een uiteenzetting?
A
studieboek
B
column
C
strip
D
recensie

Slide 9 - Quizvraag

Wat is het tekstdoel van een reclame?
A
informeren
B
instrueren
C
uiteenzetten
D
activeren

Slide 10 - Quizvraag

Bij welke tekstsoort worden argumenten gebruikt?
A
betoog
B
amuserende tekst
C
uiteenzetting
D
instructie

Slide 11 - Quizvraag

In hoeverre schat jij jezelf nu in staat om tijdens een examen lezen, antwoord te kunnen geven op vragen over het tekstdoel en de tekstsoort?
A
Goed
B
Voldoende
C
Matig
D
Onvoldoende

Slide 12 - Quizvraag