Historische contexten - Özge

Historische contexten
Het Britse Rijk
Duitsland
Nederland
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Historische contexten
Het Britse Rijk
Duitsland
Nederland

Slide 1 - Tekstslide

Het Britse Rijk hulpmiddelen
1620-1900
Websites
Geschiedenisexamens.nl
Examenoverzicht.nl
Examenblad.nl (voor alle eindexamens van de afgelopen jaren). Voor geschiedenis veranderen de onderwerpen van de historische contexten, maar de basis blijft hetzelfde. Ook zijn (zelfs de contexten) van de oude examens goed om nóg beter te oefenen met de informatie.

Slide 2 - Tekstslide

Pilgrim Fathers & King Philips War
Jacobus I
Pilgrim Fathers
Tijdens Jacobus I (1566-1625): religieuze onverdraagzaamheid.
Jacobus=anglicaans, Pilgrim Fathers: Calvinistisch.
1608: gingen de Fathers naar Republiek der 7 Verenigde Nederlanden. NL was niet 'van de kerk' genoeg. Dus ze gaan in VS een kolonie stichten.
Met 'Indianen'=inheemsen eerst redelijk vredig. Meer mensen=minder vriendelijk. Gevolg ->
King Philips War (1675-1678. Indianen met verzet -> vermoord of nu slaaf.

Slide 3 - Tekstslide

Kolonisatie van Amerika
Steeds meer mensen naar Amerika.
Noordelijke koloniën: vestigingskolonie -> landbouw, visserij, handel, nijverheid. Vooral Calvinistisch. 

Zuidelijke koloniën: plantage-economieën -> tabak, rijst, katoen. 
Caraïbisch gebied: plantage-economieën -> suiker, tabak, rum, koffie.
Botsing met Fransen: stijd om Noord-Amerika in 18e eeuw. Zevenjarige Oorlog. Engeland won de oorlog.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Gevolgen inheemse bevolking: Indianen
Ziekten:
Europeanen nemen ziekten mee die nieuw zijn voor deze bevolking: malaria, pokken, mazelen, etc. Zeer dodelijk voor Indianen.
Tijdens Pontiac Oorlog voor het eerst ooit: ziekte (pokken) ingezet als wapen.
Pontiac Oorlog:
Aanleiding voor Onafhankelijkheidsoorlog. Het werd duidelijk dat samenleven niet werkt. Royal Proclamation, 1763: Indianen in sommige gebieden rechten, Engelsen laten ze daar met rust. De kolonisten waren hier niet blij mee. Ze zijn het niet eens met de regels vanuit Engeland.
Pontiac Oorlog
Video (niet alleen over de oorlog, maar wordt wel vermeld). Dit hele Youtube account heeft handige video's.
Oorlogen:
1e kolonie (Virginia) lukte niet om samen te leven met Indianen. 'Verzoening' puur om meer macht en land te krijgen. Engelsen proberen ze ook te bekeren tot Christendom. Gevolg= veel oorlogen.
Pocahontas
Video.
Eerst probeerden Indianen en Engelse kolonisten te 'versmelten'. Het opperhoofd van Powhatan heeft in 1614 als eerste toegestaan dat zijn dochter mag trouwen met een Engelse man. Al snel werd het duidelijk dat de Engelsen deze huwelijken gebruikten voor het verkrijgen van meer grondgebied.

Slide 6 - Tekstslide

Onafhankelijkheidsoorlog
Oorzaken:
- Engelsen in 1773: alleen East India Company mag thee verkopen in koloniën. Dan volgt Boston Tea Party. 
- Verlichtingsidealen. Ideeën van vrijheid en gelijkheid. Geven stimulans om onafhankelijk te worden.
- ''No taxation without representation''. Engelse regering laat kolonisten belasting betalen, maar hebben niets te zeggen in de overheid. Ze boycotten Britse producten.

Ontstaan Verenigde Staten v. Amerika:
Oorlog duurt van 1775-1783. 1776: ''We the people'' onafhankelijkheidsverklaring. Bevat:
  • Uitleg van menselijke rechten (Verlichting).
  • Waarom de koning en het bestuur het fout doen.
  • Besluit om onafhankelijk te worden.
De oorlog wordt ook Vrijheidsoorlog of Amerikaanse Revolutie genoemd.
Boston Tea Party
Engelstalige video (kan worden vertaald via YouTube)

Slide 7 - Tekstslide

Grondwet Verenigde Staten
- Trias Politica: scheiding der machten.
  • Uitvoerende macht. 
  • Wetgevende macht. 
  • Rechtsprekende macht.
Op de volgende dia meer informatie over de Amerikaanse staatsinrichting.
Want ze moeten na de Oorlog wel regels hebben. Samengesteld in 1787.
- Unie-> Federale staat: ze doen het samen, maar Staten mogen keuzes maken: onderwijs, rechtspraak, etc.
- Gelijke rechten voor alle burgers: 
  • Godsdienstvrijheid.
  • Vrijheid van meningsuiting.
  • Bezit van wapens.
  • Nog veel meer...

Wettelijke rassenscheiding
Uitleg bij afbeelding: iedereen kan water drinken = gelijk. Maar het is duidelijk dat er voor de blanke mensen een betere oplossing is = ongelijk. Maar omdat iedereen water kan drinken, mocht dit volgens de wet gebeuren...
Gelijk?! 'Separate but equal'.

Slide 8 - Tekstslide

Amerikaanse staatsinrichting

Slide 9 - Tekstslide

Slavernij Brits-Amerika
Noord-Amerika:
Veel slaven komen vanuit Caraïbisch gebied. Ook slaven vanuit Afrika. Eerst als contractarbeider (aantal jaar werken, daarna vrij). In de loop van 17e eeuw wordt het steeds slechter voor slaven. Maar dus wel verschil: sommigen zijn vrij, anderen niet. 17e eeuw: veel verschillende soorten taken/beroepen voor slaven. 18e en 19e eeuw vooral katoenplantages. Na onafhankelijkheidsoorlog gaan slaven via juridische weg meer rechten krijgen.
Zuid-Amerika en Caraïbisch gebied:
Hier leven veel meer slaven dan kolonisten. Na het verbod op slavenhandel is hier economische neergang. Omdat er zoveel slaven waren, bleven de kolonisten tijdens de Onafhankelijkheidsoorlog achter Engeland staan. Ze konden niet zonder Engeland. Er was angst voor slavenopstanden en dit gebeurde ook. 
Op sommigen eilanden konden slaven weglopen en samen wonen Marrons.

Slide 10 - Tekstslide

Macht in India
East India Company:
Concurrentie in India: iedereen wilde daar handelen. Uiteindelijk verslaat Engeland het laatste land (Frankrijk, 1761). De East India Company had nu het monopolie op handel in het Oosten.
Eerst alleen factorijen/handelsposten. Veel handel met Islamitische Mogolvorsten. 
Engelsen krijgen steeds meer macht in India.
Verdrag van Allahabad, 1765:
Strijd om macht in Bengalen. Mir Jafar (Indiase vorst) wint met steun van EIC. Maar dan moet hij wel de grootste macht afstaan aan EIC.
Dit wilt hij niet dus spreekt met Mogolkeizer af om Engeland terug te pakken.
Engeland wint en komt met het Verdrag van Allahabad. 
Verdrag van Allahabad
Historiek.
Afbeelding: Bengalen.

Slide 11 - Tekstslide

Uitbreiding Britse macht in India
Bestuur:
Britten lieten het bestuur wat er was bestaan, maar stonden zelf wel aan de top. 

Er waren weinig kolonisten en er kwamen weinig bij vanuit Engeland. Dus ze gebruikten andere middelen om de Indiase bevolking onder controle te houden.
  • Royal Navy: beschermde handel op zee. 
  • Brits-Indisch leger: Indiase soldaten (sepoys), Britse officieren. 

Betere verbindingen:
Betere verbindingen, zorgen voor meer macht en machtscontrole.
  • Stoomschepen, sneller en beter.
  • Suezkanaal, 1869: makkelijker naar India.
  • Meer spoorwegen, kanalen en wegen in India.

Bestuur Brits-India
Video jort.
Video
Afbeelding: Suezkanaal

Slide 12 - Tekstslide

Gevolgen Britse overheersing
Gevolgen India:
  • Door Britse producten levert eigen huisnijverheid niet veel op (minder geld en werk).
  • Meeste Indiërs kunnen de belasting moeilijk betalen.
  • Vanuit Brits superioriteitsgevoel wordt eigen identiteit afgepakt. Er wordt Engels gesproken, Indiërs moeten onderdanig zijn, etc. 
Gevolgen Groot-Brittannië:
  • Belasting laten innen door zamindars (Indiase grootgrondbezitters). Geen belasting betaald? Je land wordt verkocht. Hiermee proberen Britten grootgrondbezit en meer productie te stimuleren.
  • Handel levert heel veel op.
  • India belangrijk afzetgebied. De grondstoffen worden verwerkt in Engeland en deze worden in India verkocht. 
  • Indiase heerschappij zorgt voor aanzien.

Slide 13 - Tekstslide

Grote Opstand
Verloop:
Jaren '50 v/d 19e eeuw: nieuw soort geweer. Om dit te gebruiken heb je vet nodig van dieren. Dit ging tegen het geloof van Hindoes en Moslims in. Dus ze kwamen in verzet op 29 mrt 1857. Deze opstand mislukt. 
10 mei 1857: nieuwe Opstand. Deze werd hard door Britten neergeslagen. 
Oorzaken:
  • Afwijzing Britten tegenover inheemse gebruiken. 'White man's burden'. Ze moesten maar christelijk worden en hun eigen religie vergeten.
  • Frustratie tegenover het Brits bewind. Hiervoor hadden ze het zelf geregeld, nu wordt dit van ze afgepakt.
  • Economische uitbuiting. Britten alleen voor eigen belang. Niet voor Indianen.
  • Onvrede bij sepoys. Worden ongelijk behandeld.
White man's burden
Europeanen hadden het idee dat zij échte beschaving kennen. Ze hebben het geloof, onderwijs, etc. Zij vonden zichzelf zo goed dat ze het idee hadden dat ze deze zaken moesten bijbrengen aan inheemse volken. 

Slide 14 - Tekstslide

Grote Opstand
Waarom mislukt?
  • Britten meer militaire macht: betere wapens, goed getrainde officieren. Ook was de opstandige Indiase bevolking verdeeld (allemaal andere leider).
  • Verdeeldheid Indiase bevolking: sommige Indiase wel trouw aan Britten. Sommigen zijn bang dat ze het niet zonder de Britten kunnen redden. Sommige blijven trouw aan Indiase vorsten, die weer trouw zijn aan Britten.
Gevolgen:
  • India onder direct gezag Britse regering: Queen Victoria nu keizerin van India. East India Company wordt opgeheven.
     - Britten besturen provincies.
     - Indiase vorsten besturen staten. 
  • Leger goed georganiseerd.
  • Meer overleg met Indiase bevolking.
Grote Opstand
Video geschiedenis in beweging.

Slide 15 - Tekstslide

Groeiend nationalisme
Nationalisme = joepie mijn eigen land. 
Wij zijn zo leuk en goed. 

Na Opstand meer vertrouwen bij Indiase volk onderling, maar duidelijk dat ze sterker moeten worden om te kunnen winnen. 

Enkele Indiërs konden een opleiding volgen in Engeland en waren dus goed geschoold. Zij gaan een poging wagen om iets te doen tegen de Britten.
Indian National Congress, 1885: willen eerst gelijke kansen voor Indiërs en Britten in het bestuur. Ze willen dus gelijkheid (Verlichting, geleerd dus in Engeland). 
Britten gaan hier niet mee in. White man's burden, ze hebben de taak om beschaving bij te brengen en alleen zij kunnen dat. Tenminste dat denken ze.
Nationalisme India

Slide 16 - Tekstslide

Rol van koloniën in Groot-Brittannië
Beïnvloedt de industriële revolutie:
Nieuwe machines. Om alle grondstoffen te verwerken, moeten er makkelijke machines worden gemaakt.
  • Spinning Jenny, 1764: spinnen kan nu veel sneller.
  • Stoommachine, 1790: voor boot, trein, om machines aan te sturen. Hierdoor komen er ook fabrieken. 
Economische voorsprong:
Engeland=heel groot rijk (met de kolonies erbij). Komt vooral door de grote vloot. Voorsprong vergeleken met andere Europese landen. Voorsprong in:
  • Verbindingswegen (spoorwegen, kanalen, etc.).
  • Grondstoffen (vanuit de kolonies).
  • India wordt afzetmarkt van katoenindustrie (wereldlijk).
Britten: nieuwe machines en hoge invoerbelastingen -> grote rijkdom.
Industriële revolutie
Afbeelding: spinning Jenny

Slide 17 - Tekstslide

Gevolg van kolonialisme
Bevolkingsgroei door goedkope arbeid:
  • Landbouwverbeteringen door mechanisering, kunstmest en nieuwe gewassen. Meer gevarieerd voedsel=beter voor de mensen, dus meer mensen.
  • Ziektebestrijding. Ze kwamen met inentingen en betere medicijnen. Mensen gezonder = meer mensen.
  • Herverkaveling. De grond wordt verdeeld, minder ruimte voor kleine boeren. Zij gingen de industrie in.
Nieuwe sociale klassen:
Standen -> klassen. Eerst werd je in een stand geboren en je kon hier niets aan doen of deze veranderen. Je stand was altijd je stand.
Nu wordt er gedacht ik klassen. Je kunt in een lage klasse geboren worden, maar hard werken en veel geld verdienen en je klasse verbeteren.  Afkomst is niet meer het belangrijkste.

Slide 18 - Tekstslide

Gevolg van kolonialisme
Protesten vanuit arbeiders:
In fabrieken slechte omstandigheden. 
Combination Acts, 1799-1800: geen vakbonden vormen.
1825 opgeheven -> veel stakingen. Snel dus weer beperkende wetten.
Overheid komt met Factory Acts: regels over veiligheid. Kortere werktijden voor vrouwen en kinderen. 

Langzaam via vakbonden steeds meer rechten.
Handelskapitalisme -> Industrieel kapitalisme:
In middeleeuwen nijverheid en handel belangrijk ->handelskapitalisme. 
Industrieel kapitalisme:
  • Fabrieken en mijnen belangrijk. Leveren grondstoffen voor industrie.
  • Productie in fabrieken. Eigenaren de belangrijkste werkgevers.
  • Vanaf 1870: ondernemingen naamloze vennootschap (NV). Samen bedrijf bezitten. Middels aandelen.

Slide 19 - Tekstslide

Gevolg van kolonialisme
Ondernemers vergroten macht:
Ze willen een liberale markteconomie:
  • Vrijheid van handel, productie en arbeid.
  • Kleine rol overheid.
Grotere politieke invloed door Reform Bill, 1832 en afschaffing Corn Laws, 1846.

Reform Bill: aanpassing van de kiesdistricten. Kleine districten worden opgeheven. 
Afschaffing Corn Laws:
Ondernemers willen, net zoals de arbeiders, vrije handel op graan. Dan is er goedkoper brood, ondernemers kunnen dan minder loon betalen. 

Ondernemers grote invloed wereldrijk:
  • Om de vrijhandel te beschermen, zette Engeland de marine in.
  • Ondernemers investeerden in winstgevende projecten in kolonies.

Slide 20 - Tekstslide

Gevolg van kolonialisme
Londen financieel hart:
Londen was in de 19e eeuw de grootste stad in het Britse rijk. Londen werd het financiële hart door het volgende:
  • In de 18e eeuw nam Londen de leidende functie over van Amsterdam in banken en verzekeringen.
  • Royal Navy beschermde politieke- en economische betrekkingen.
  • In Engeland verbonden veel spoorwegen Londen met de rest van het land.
Verdere uitbreiding wereldrijk:
Vanaf 1870 heeft Britse industrie meer concurrentie van de VS en Duitsland.

Engeland gaat op zoek naar nieuwe markten. Op die manier breidden ze het wereldrijk uit tot aan het einde van de 19e eeuw.

Rond 1900 heerste Groot-Brittannië over een kwart van de wereldbevolking. 

Slide 21 - Tekstslide

Oefenvragen

Slide 22 - Tekstslide

Waarom vertrekken de Pilgrim Fathers naar Amerika?

Slide 23 - Open vraag

Leg uit hoe de Verlichting heeft bijgedragen aan de Onafhankelijkheidsoorlog in Amerika.
Tip
Leg uit wat de Verlichtingsidealen waren (1 punt).
Leg uit hoe deze hebben bijgedragen aan de Onafhankelijkheidsoorlog (1 punt).

Slide 24 - Open vraag

Leg uit wat de White man's burden is

Slide 25 - Open vraag

Leg uit hoe het kolonialisme heeft bijgedragen aan de industrialisatie in Engeland

Slide 26 - Open vraag

Noem een economisch gevolg voor de Indiërs van de Britse kolonisatie

Slide 27 - Open vraag


Slide 28 - Open vraag