Herhaling H5 De Koude Oorlog

herhaling H5
De Koude Oorlog
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

herhaling H5
De Koude Oorlog

Slide 1 - Tekstslide

De Verenigde Staten en de Sovjet-Unie tot 1945 
Vóór de Tweede Wereldoorlog bemoeiden de Sovjet-Unie en de VS zich bijna niet met elkaar. Dat veranderde door de Tweede Wereldoorlog. Wel twee totaal verschillende systemen.

Vanaf 1941 waren de VS en Sovjet-Unie (en de andere geallieerden) bondgenoten in de strijd tegen nazi-Duitsland.
De vijand van mijn vijand is mijn vriend.

Churchill (Groot-Brittannië), Roosevelt (VS), en Stalin (Sovjet-Unie) tijdens de conferentie in Jalta (1945).

Slide 2 - Tekstslide

De twee invloedssferen in Europa
Na 1945 ontstonden in Europa twee vijandige invloedssferen: gebieden waar landen invloed op hebben.
  • Amerikaanse invloedsfeer: landen die door VS waren bevrijd en democratisch waren (West-Europese landen en het westen van Duitsland)
  • Sovjetinvloedsfeer: landen die door de Sovjet-Unie waren bevrijd en communistisch werden (Oost-Europese landen en het oosten van Duitsland)

Europa na 1945

Slide 3 - Tekstslide

Het begin van de Koude Oorlog
Bij de vredesconferenties in Jalta en Potsdam (1945) heerste wantrouwen tussen de leiders van de VS en de Sovjet-Unie.
Hiermee begon de Koude Oorlog: vijandschap tussen de Sovjet-Unie en haar bondgenoten en de VS en hun bondgenoten.
Dwars door Europa kwam een IJzeren Gordijn: ondoordringbare grens tussen Oost- en West-Europa tijdens de Koude Oorlog.

Oost-Europa bleef na 1945 bezet door het leger van de Sovjet-Unie.
De Sovjet-Unie zorgde ervoor dat Oost-Europese landen een communistische regering kregen. Tegenstanders werden uit de weg geruimd.

Slide 4 - Tekstslide

De Amerikaanse containmentpolitiek
Vanaf 1946 kreeg de Sovjet-Unie te maken met een politiek van containment: Amerikaanse politiek in de Koude Oorlog om verspreiding van het communisme te voorkomen -> VS hielpen landen die door communisme werden bedreigd.

Achtergrond van deze politiek: angst dat de Sovjet-Unie streefde naar wereldheerschappij en het democratische westen wilde vernietigen.

Slide 5 - Tekstslide

Twee militaire bondgenootschappen
In 1949 oprichting van de NAVO: Noord-Atlantische Verdragsorganisatie, militair bondgenootschap van de VS, Canada, Turkije en Europese landen.
In 1955 oprichting van het Warschaupact: militair bondgenootschap onder leiding van de Sovjet-Unie.
Tussen de VS en de Sovjet-Unie bestonden tijdens de Koude Oorlog grote ideologische tegenstellingen: botsende ideeën over hoe de maatschappij moet worden georganiseerd.

Slide 6 - Tekstslide

De VS en West-Europa 
Kenmerkend voor het Amerikaanse systeem:
  • Democratie
  • Vrijheid (van meningsuiting en godsdienst)
  • Kapitalisme (met vrije ondernemers)
  • Vrijemarkteconomie: economisch systeem waarin productie, lonen en prijzen worden bepaald door vraag en aanbod
  • Het geloof was erg belangrijk

Slide 7 - Tekstslide

De Sovjet-Unie en Oost-Europa 
Kenmerkend voor het Sovjetsysteem:
Communisme
Totalitaire dictatuur: land waarin afwijkende meningen niet zijn toegestaan en de burgers altijd in de gaten worden gehouden
Planeconomie: economie waarin de staat vooraf bepaalt wat er geproduceerd moet worden
Atheïsme (niet geloven in een god)

Oost-Europese landen moesten de slecht 
werkende planeconomie overnemen.

Slide 8 - Tekstslide

Oost-Europeanen hadden vaak te maken met lange rijen voor winkels met halflege schappen.

Slide 9 - Tekstslide

De populariteit van het communisme
Direct na 1945 was het communisme heel populair in West-Europa.

Oorzaken:
  • Bewondering voor de strijd van de Sovjet-Unie tegen nazi-Duitsland
  • Door de crisisjaren én de armoede na de oorlog weinig vertrouwen in het kapitalisme

Slide 10 - Tekstslide

De Marshallhulp
In 1947 startten de VS met de Marshallhulp, een economisch hulpprogramma van de VS aan West-Europa.

Reden: welvaart brengen en op die manier het communisme bestrijden.
Gevolgen:
  • Welvaart steeg spectaculair in West-Europa
  • Populariteit van het communisme verdween

Slide 11 - Tekstslide

Twee Duitslanden
Duitsland werd na 1945 in tweeën gedeeld:
  • In de invloedssfeer van Amerika: BRD (Bondsrepubliek Duitsland, West-Duitsland)
  • In de invloedssfeer van de Sovjet-Unie: DDR (Oost-Duitsland)

Berlijn werd ook in tweeën gedeeld door de Berlijnse muur: betonnen muur die van 1961 tot 1989 Oost-Berlijn (DDR) van West-Berlijn (BRD) scheidde.

De deling van Duitsland en Berlijn

Slide 12 - Tekstslide

Bijna een atoomoorlog
De twee atoombommen die de VS op Japanse steden gooiden, leidden tot enorme aantallen slachtoffers: direct getroffenen en doden als gevolg van radioactieve straling.
Met deze bommen begon het nucleaire tijdperk: tijd na de uitvinding van de atoombom.

Vanaf 1949 kon ook de Sovjet-Unie atoombommen maken.
Tussen de VS en de Sovjet-Unie begon een wapenwedloop: strijd om het bezit van de meeste en krachtigste wapens.
De supermachten konden elkaar vernietigen met hun kernwapens: verzamelnaam voor atoombommen en waterstofbommen.

Slide 13 - Tekstslide

Fat Man en Little Boy, de bijnamen die de Amerikanen gaven aan de bommen die ze in 1945 op Nagasaki en Hiroshima gooiden.

Test met een Amerikaanse atoombom in de Stille Oceaan in 1945.
Enkele minuten na de explosie ontstond een wolk in de vorm van een paddenstoel.

Slide 14 - Tekstslide

De wederzijdse afschrikking
Tussen de VS en de Sovjet-Unie ontstond wederzijdse afschrikking: situatie waarin vijandige partijen geen oorlog durven te beginnen uit angst zelf ook vernietigd te worden.

Gevolg van de wederzijdse afschrikking: de Koude Oorlog werd geen directe oorlog tussen de kernmachten: landen met kernwapens.

Slide 15 - Tekstslide

Crisis en ontspanning
In 1962 brak de Cubacrisis uit: bijna een kernoorlog omdat de Sovjet-Unie kernwapens had geplaatst op Cuba (communistisch) -> De VS dreigden met een oorlog -> De Sovjet-Unie gaf toe: ze haalde de kernwapens weg.

Na de Cubacrisis begon een periode van ontspanning: periode van verminderde spanning in de Koude Oorlog. De VS en de Sovjet-Unie onderhandelden over ontwapening.

Slide 16 - Tekstslide

Meer kernmachten
Rond 1980 begon de Sovjet-Unie met plaatsing van middellangeafstandsrakketten (gericht op Europa) -> De VS plaatsten ook kernwapens in West-Europa -> nieuwe spanningen.

Er kwamen nieuwe kernmachten bij: Groot-Brittannië en Frankrijk, China, India en Pakistan, Noord-Korea (communistisch).


Slide 17 - Tekstslide

De Koude Oorlog buiten Europa
De Koude Oorlog werd ook buiten Europa gevoerd.

In bijna alle conflicten die in Azië, Afrika of Zuid-Amerika ontstonden, werden de partijen gesteund en bewapend door de VS of de Sovjet-Unie.

Nergens kwam het tot een directe confrontatie van de legers van de Sovjet-Unie (en China) en de VS.

Vietnamese kinderen zijn geraakt door een bombardement met napalm. Door dit soort beelden ontstond kritiek op de Vietnam-oorlog.

Slide 18 - Tekstslide

Hete momenten in de Koude Oorlog
In 1949 werd China na een bloedige burgeroorlog communistisch onder leiding van Mao Zedong.
In 1950 startte de Korea-oorlog: oorlog tussen het communistische Noord-Korea en het kapitalistische Zuid-Korea (1950-1953); de Sovjet-Unie en China steunden Noord-Korea, de VS vochten mee aan de kant van Zuid-Korea.
Vanaf 1965 de Vietnamoorlog: oorlog tussen het communistische Noord-Vietnam en het kapitalistische Zuid-Vietnam (1965-1975); de Sovjet-Unie en China steunden Noord-Vietnam, de VS vochten mee aan de kant van Zuid-Vietnam.
Achtergrond van deelname aan deze oorlogen was de dominotheorie: Amerikaans idee dat als één land communistisch werd, de buurlanden als een rij omvallende dominostenen zouden volgen.

Slide 19 - Tekstslide

Zuidoost-Azië rond 1970. Vietnam en Korea waren beide verdeeld geraakt in een communistisch noorden en een kapitalistisch zuiden.

Slide 20 - Tekstslide

Nederland in de Koude Oorlog
  • In 1946 was het communisme populair in Nederland (vanwege verzet tegen Duitsers en strijd van Sovjet Unie tegen Duitsland).
  • Daarna kreeg Nederland Marshallhulp en werd het lid van de NAVO.
  • In de jaren 1950 heerste er een anti-communistische stemming in Nederland: veel Nederlanders bang voor het communisme en communisten als landverraders gezien.
  • In de jaren 1960 steunde de Nederlandse regering de VS. Onder de bevolking ontstond ook kritiek op de VS.
  • Tussen 1967 en 1973 vonden er demonstraties plaats tegen de Vietnamoorlog.
  • In 1981 en 1983 waren er grote demonstraties tegen plaatsing van Amerikaanse kernwapens in Nederland.

Slide 21 - Tekstslide

De problemen in de Sovjet-Unie
In 1985 kwam in de Sovjet-Unie Gorbatsjov aan de macht.

Hij werd geconfronteerd met grote problemen:
  • Wapenwedloop -> economische uitputting van de Sovjet-Unie -> armoede -> communistisch systeem dreigde in te storten
  • Corruptie
  • Onvrijheid

Slide 22 - Tekstslide

De oplossingen van Gorbatsjov
Politiek van Gorbatsjov bestond uit:
Ontwapeningsakkoorden met de VS
Perestrojka: Russisch voor ombouwen; economische hervormingspolitiek van Gorbatsjov om het communistische systeem weer gezond te maken
Glasnost: Russisch voor openheid, politiek van Gorbatsjov om vrijheid van meningsuiting toe te staan

Slide 23 - Tekstslide

De gevolgen voor Oost-Europa
In heel Oost-Europa ontstonden bewegingen die streefden naar vrijheid.

1989: vreedzame revoluties in alle Oost-Europese landen, waarbij communistische leiders werden afgezet (val Berlijnse Muur) -> einde van de Koude Oorlog.

1990: DDR werd opgeheven, Oost-Duitsland ging op in de Bondsrepubliek Duitsland.

Slide 24 - Tekstslide

De Sovjet-Unie na 1991
In 1991 pleegden communisten in de Sovjet-Unie een staatsgreep: met geweld de macht in een land overnemen.

Jeltsin maakte de staatsgreep ongedaan. Hij hief in 1991 de Sovjet-Unie op en werd president van het nieuwe Rusland.

Onder Poetin, die in 1999 aan de macht kwam, ging Rusland zich weer als supermacht gedragen.

Uit de Sovjet-Unie ontstonden in 1991 vijftien landen. Daarvan was Rusland de grootste.

Slide 25 - Tekstslide

De wereld na de Koude Oorlog
Na de Koude Oorlog was de VS de enige supermacht.

Op 11 september 2001: grote terroristische aanslagen op de VS door Al-Qaida: islamitisch terreurnetwerk van Osama bin Laden.

Daarmee kreeg het Westen een nieuwe vijand: internationaal moslimterrorisme.

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Slide 28 - Video

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 29 - Open vraag

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 30 - Open vraag