1F_7.3 van pijlenketting naar formule

 Van pijlenketting naar formule
Reke

Reken

1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

 Van pijlenketting naar formule
Reke

Reken

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
  • Terugblik
  • Uitleg 7.3
  • Maken opgaven 7.3
  • Uitleg 7.4
  • Maken opgaven 7.4
  • Lesafsluiting 


Slide 2 - Tekstslide

7.2 pijlenketting maken
Vorige lessen geleerd:
  • Een regel in woorden maken bij een situatie 
  • Een pijlenketting maken


Slide 3 - Tekstslide



Bij 2 tafels hoort de berekening:
A
2 x 5 - 2 = 8 stoelen
B
3 x 3 - 1 = 8 stoelen
C
2 x 3 + 2 = 8 stoelen
D
20 : 4 + 3 = 8 stoelen

Slide 4 - Quizvraag



Bij 3 tafels hoort de berekening:
A
3 x 5 - 4 = 11 stoelen
B
4 x 3 - 1 = 11 stoelen
C
27 : 3 + 2 = stoelen
D
3 x 3 + 2 = 11 stoelen

Slide 5 - Quizvraag



Bij 4 tafels hoort de berekening:
A
4 x 3 + 2 = 14 stoelen
B
3 x 5 - 1 = 14 stoelen
C
7 x 4 : 2 = 14 stoelen
D
8 + 8 - 2 = 14 stoelen

Slide 6 - Quizvraag




De regel in woorden die past bij de situatie om het aantal stoelen uit te rekenen:
A
aantal tafels keer 3 plus 2 is het aantal stoelen
B
aantal stoelen keer 3 is het aantal tafels
C
aantal tafels plus 2 keer 3 is het aantal stoelen
D
aantal tafels keer 4 is het aantal stoelen

Slide 7 - Quizvraag




De pijlenketting die bij de regel in woorden past om het aantal stoelen uit te rekenen is:
A
B
C
D

Slide 8 - Quizvraag




aantal tafels keer 3 plus 2 is het aantal stoelen

Slide 9 - Tekstslide


35

25

0

3,50

20

2,50

3

Slide 10 - Sleepvraag

7.3 van Pijlenketting naar formule
7.4 Rekenen met een formule



Je leert :
  • wat een formule is
  • hoe je bij een situatie een formule maakt
  • rekenen met een formule
  • hoe je bij een formule een tabel maakt


Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Kun je het al?
Welke formule hoort bij deze pijlenketting?
A
aantal pannenkoeken x 11
B
5 x 11 = 55 gram
C
aantal pannenkoeken x 11 = het aantal gram rozijnen
D
geen idee

Slide 13 - Quizvraag

Welke formule hoort bij deze pijlenketting?
A
aantal x 15 - 15 = hoogte
B
hoogte x 2,4 - 15 = aantal
C
aantal x 2,4 - 15 = hoogte
D
aantal x 2,4 - 2,4 = hoogte

Slide 14 - Quizvraag

wat is de juiste formule bij pijlenketting hiernaast?
A
aantal - 30 x 7 = bedrag
B
aantal x 7 - 30 = bedrag
C
aantal x 7 = bedrag
D
bedrag x 7 - 30 = aantal

Slide 15 - Quizvraag

Maak van de volgende pijlenketting een formule

A
aantal kg - 2 : 2 = lengte
B
lengte - 2 : 2 = aantal kg
C
aantal kg : 2 - 2 = lengte
D
(aantal kg - 2) : 2 = lengte

Slide 16 - Quizvraag

Maak van de volgende pijlenketting een formule

A
aantal x 2,50 ... + 21 = kosten
B
aantal x 2,50 +21 = kosten
C
aantal + 21 x 2,50 = kosten
D
aantal x21 + 2,50 = kosten

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Aan de slag
Maak opgave 19 en 20 (eventueel O20)
Klaar? Maak opgave U3 (blz 21) of opgave 21 (blz 22)

Slide 20 - Tekstslide

Wiskunde - Aan de slag!
rood = Iedereen is stil
  

oranje = Je mag met elkaar fluisterend 
overleggen 


groen = Je mag tijdens het werken met elkaar praten (op een respectabel geluidsniveau...)
H7. Formules en grafieken
Lezen (bestuderen):
7.3: Van pijlenketting naar formule

Maken: 
7.3: Van pijlenketting naar formule 
Belangrijke opdrachten om goed te kunnen/begrijpen zijn Alles
Schrijf steeds je berekeningen op!! (=SUPER BELANGRIJK)

Ben je klaar? Dan maak je ook opgave U3.
Ben je dan klaar? ga je verder met 7.4: Rekenen met formules



timer
10:00

Slide 21 - Tekstslide

Afsluiting
Pijlenketting

formule maken

pijlen 'uitgummen'

Slide 22 - Tekstslide


3

25

3,50

25

+

3,50

20
aantal uren
verdiensten

x

:

-

Slide 23 - Sleepvraag

gezamenlijke uitleg

Slide 24 - Tekstslide

IN-getal is 15

A
10
B
1,5
C
15
D
150

Slide 25 - Quizvraag

IN-getal is 19
A
14
B
24
C
19
D
-5

Slide 26 - Quizvraag

IN-getal is 64
A
8
B
32
C
62
D
128

Slide 27 - Quizvraag

IN-getal is 20
A
32
B
20
C
12
D
8

Slide 28 - Quizvraag

Wat heb je nog niet begrepen?

Slide 29 - Woordweb

Klaar?
maak dan alle opgaven van 7.3

Slide 30 - Tekstslide