h3
Sleep het vinkje naar het tijdvak van de Eerste Wereldoorlog
1 / 36
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Sleep het vinkje naar het tijdvak van de Eerste Wereldoorlog
Slide 1 - Sleepvraag
Met het interactieve onderdeel Sleepvraag geven de leerlingen aan over welk tijdvak dit onderwerp gaat.
Met devices
De leerlingen kunnen met hun device het vinkje verplaatsen naar het juiste tijdvak, Wereldoorlogen.
Zonder devices
De docent versleept het vinkje op het centrale scherm, op aanwijzing van de leerlingen.
WO1 duurt van ... tot ...
A
1870 - 1875
B
1895 - 1900
C
1914 - 1918
D
1920 - 1924
Slide 2 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Welke oorzaak voor WO1 past bij deze afbeelding?
A
Nationalisme
B
Militarisme
C
Modern Imperialisme
D
Wapenwedloop
Slide 3 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Waar werd het vredesverdrag van WO1 ondertekend?
A
Versailles
B
Berlijn
C
München
D
Parijs
Slide 4 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Eerste Wereldoorlog
Interbellum
Slide 5 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Waren deze gebeurtenissen voor, tijdens of na de Eerste Wereldoorlog?
voor de Eerste Wereldoorlog
na de Eerste Wereldoorlog
tijdens de Eerste Wereldoorlog
Het Verdrag van Versailles.
De Verenigde Staten zijn niet langer neutraal.
De Russische Revolutie.
De Verenigde Staten lenen geld aan Duitsland.
De economische wereldcrisis begint.
De moord op de kroonprins van Oostenrijk-Hongarije.
Slide 6 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Sleep de punaise naar het kaartje over de
Eerste Wereldoorlog.
Slide 7 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Interbellum.
A
Periode tussen de 1e en 2e Wereldoorlog.
B
Periode vanaf het begin van de 1e Wereldoorlog.
C
Periode vanaf de 2e Wereldoorlog.
D
Periode van de 1e en 2e Wereldoorlog samen.
Slide 8 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wie hoorde niet bij de Centralen?
A
Duitsland
B
Rusland
C
Oostenrijk-Hongarije
D
Italië
Slide 9 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat was geen oorzaak voor dat Duitsland WO1 uiteindelijk verloor?
A
Amerika sloot zich aan bij de Geallieerden
B
Spaanse griep raakte Du hard
C
Een groep Duitsers was klaar met de oorlog
D
Het Verdrag van Brest Litovsk
Slide 10 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat waren de oorzaken van het uitbreken van WO1?
A
Nationalisme, modern imperialisme, socialisme
B
Modern imperialisme, nationalisme, vaderlandsliefde
C
Modern imperialisme, nationalisme, wapenwedloop
D
Bondgenootschappen, liberalisme, nationalisme
Slide 11 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Welke zinnen over de aanslag in Sarajevo zijn waar?
Juiste antwoord
De aanslag was een indirecte oorzaak van de Eerste Wereldoorlog
De aanslag was de aanleiding van de Eerste Wereldoorlog
De aanslag was de directe oorzaak van de Eerste Wereldoorlog
De aanslag was het gevolg van de Eerste Wereldoorlog
Slide 12 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Interbellum
A
1918-1939
B
1939-1945
C
1914-1918
D
1919-1940
Slide 13 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Welk nieuw wapen werd niet voor het eerst tijdens WO1 gebruikt?
A
tanks
B
machinegeweer
C
gifgas
D
atoombom
Slide 14 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Oorzaken beurskrach
Gevolgen beurskrach
Massale werkeloosheid
overproductie in de landbouw
boeren lenen veel geld
Importbelastingen stijgen
consumenten lenen teveel geld
wereldhandel wordt minder
Slide 15 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Koppel het begrip aan de juiste afbeelding
Stempelen
Beurskrach
Werkverschaffing
Aanpassings-
politiek
Slide 16 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Beurskrach
Rijksdagbrand
Hitler rijkskanselier
Neurenberger Wetten
Verdrag van Versailles
Slide 17 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is waterstress?
A
De hoeveelheid zoet water je verbruikt om je spullen te produceren
B
Alle problemen die ontstaan door een tekort aan drinkwater
C
Een tekort aan regenwater
D
Een tekort aan voedsel
Slide 18 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat stond niet in het Verdrag van Versailles
A
omvang Duitse leger
B
Hoogte herstelbetaling
C
grenzen van Duitsland
D
straf Duitse generaals
Slide 19 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is ontzilting?
A
het zout maken van zoet water
B
water uit de lucht opvangen
C
water uit de grond oppompen
D
het zoet maken van zout water
Slide 20 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is dit? (enkelvoud)
Slide 21 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe noemen we deze zee afsluiting in Zeeland?
A
Zuiderzeewerken
B
Deltawerken
C
Afsluitdijk
D
Kinderdijken
Slide 22 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Droogmakerij
Terp
Zeepolder
Molens
Heuvel van klei en afval
Dijken
Slide 23 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Welke oplossing zie je hier voor hoog water?
A
Stuwdam
B
Klei
C
Dam
D
Dijk
Slide 24 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
waar is een stuwdam voor?
A
water tegen te houden en langzaam doorlaten
B
water versnellen
C
water opvangen
D
water filteren
Slide 25 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Uit wat voor water bestaat een gletsjerrivier?
Slide 26 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Met welke schaal wordt windkracht gemeten?
A
Schaal van Deao
B
Schaal van Richter
C
Schaal van Beaufort
D
Schaal van vijf
Slide 27 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
wat voor natuurverschijnsel zie je hier?
Slide 28 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe heet de vruchtbare grond
die achterblijft door de overstroming van de Nijl?
A
Modder
B
Vruchtbare grond
C
Slib
D
Mest
Slide 29 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
erosie
verwering
Slide 30 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
1
2
3
4
5
Verdamping uit de zee
Er ontstaan wolken
Er komt neerslag uit de wolken
De wolken worden door de wind naar het land gedreven
Rivieren voeren het water vanuit de bergen terug naar ze zee
Slide 31 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Korte waterkringloop
Lange waterkringloop
Gemengde rivier
Regenrivier
Gletsjerrivier
Slide 32 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat betekent sedimentatie?
A
Het neerleggen van materiaal als de stroomsnelheid van de rivier afneemt.
B
Materiaal dat is neergelegd door water, wind of ijs.
C
Sedimenten die door verwering los zijn gekomen.
D
IJsmassa in het hooggebergte die langzaam naar beneden schuift.
Slide 33 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Bekijk bron 2 en 3.
Bij welke bron vindt de minste sedimentatie plaats?
Bij welke bron vindt de minste sedimentatie plaats?
A
Bron 2
B
Bron 3
Slide 34 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Hier vind het meeste sedimentatie plaats
Slide 35 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Sleept het begrip naar de juiste uitleg.
Het neerleggen van materiaal als de stroomsnelheid van de rivier afneemt.
Sedimenten die door verwering los zijn gekomen.
Materiaal dat is neergelegd door water, wind of ijs.
Sedimentatie
Verweringsmateriaal
Sediment
Slide 36 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
