H5 §2 Handel in de Oost en de West

H5 §2
Handel in de Oost en de West
Welkom!


1MH
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

H5 §2
Handel in de Oost en de West
Welkom!


1MH

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
  • Je kunt uitleggen waarom kooplieden gingen samenwerken in een compagnie, en twee bijzondere kenmerken van de VOC en WIC noemen.
  • Je kunt uitleggen waarom Europeanen op grote schaal in slaven handelden.
  • Je kunt beschrijven wat er gebeurde met mensen die tot slaaf waren gemaakt.
Planning
  • Terugblik en voorkennis
  • VOC en WIC
  • Driehoekshandel
  • Wereldeconomie
  • Slavenhandel
  • Huiswerk
  • Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik
Stapelmarkt
Handel in de Oostzee
Heel nat, weinig voedsel, toch heel rijk

Slide 3 - Tekstslide

Waar staat de afkorting VOC voor?
A
Varende Overzeese Christenen
B
Verenigde Oost-Indische Compagnie
C
Voetballende Olifanten Club
D
Verenigde Oost-Nederlandse Compagnie

Slide 4 - Quizvraag

Waar staat de afkorting WIC voor?
A
West-Nederlandse Compagnie
B
Waardevolle Investeringscompagnie
C
Wereldwijde Inktvis Club
D
West-Indische Compagnie

Slide 5 - Quizvraag

Indonesië
  • VOC - Verenigde Oost-Indische Compagnie
  • 1602
  • Aandelen
  • aandeelhouders - deel winst, extra betalen als het fout gaat

  • SUCCES!

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

  • 1621: WIC
  • West-Indische Compagnie
  • Afrika, Amerika, Europa
  • Driehoekshandel

  • Republiek: Kleren + Wapens
  • Afrika: Ruilen voor slaven
  • Amerika: Ruilen voor koffie/katoen/tabak
  • Verkocht in Amsterdam 

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Azië
Amerika
Suiker
Tabak
Specerijen
Alleenrecht

Slide 11 - Sleepvraag

Wat betekent het woord wereldeconomie?
A
Een economie waarin landen van over de hele wereld producten aan elkaar verkopen
B
Een economie waarin landen van uit heel Europa handel met elkaar drijven
C
Een wereld waarin alleen handel gedreven wordt via de VOC
D
Een wereld waarin Nederland het sterkste handelsland is

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Wat is de driehoekshandel?
A
Handel tussen Europa, Afrika en Azië
B
Handel tussen Europa, Azië en Amerika
C
Handel tussen Azië, Afrika en Amerika
D
Handel tussen Europa, Afrika en Amerika

Slide 14 - Quizvraag

Wat werd er meegenomen van Europa naar Afrika?
A
Wapens en juwelen
B
Tot slaafgemaakten
C
Koffie, tabak, suiker
D
Geld

Slide 15 - Quizvraag

Wat werd er meegenomen van Afrika naar Amerika?
A
Wapens en juwelen
B
Tot slaaf gemaakten
C
Koffie, tabak, suiker
D
Geld

Slide 16 - Quizvraag

Wat werd er meegenomen van Amerika naar Europa?
A
Wapens en juwelen
B
Tot slaafgemaakten
C
Koffie, tabak, suiker
D
Geld

Slide 17 - Quizvraag

Hoe werd je slaaf? 
  • Sommige door schulden of oorlog 
  • Toen de vraag naar slaven toenam, werden mensen ook tijdens rooftochten tot slaaf gemaakt
  • Afrikaanse slavenhandelaren brachten de slaven naar de Europese forten aan de kust 
  • Per schip naar slavenmarkten in Amerika 
  • De slavenschepen waren vaak overvol; de hygiëne en het voedsel waren slecht. Slaven werden vastgeketend. Eén op de acht stierf
  • Op de slavenmarkt werden de slaven gekocht door plantagehouders
  • De slaven hadden geen rechten, want volgens de wet waren ze 'bezit'
  • Veel slaven verzetten zich, bijvoorbeeld door de oogst te vernielen of weg te lopen. Er waren ook slavenopstanden. Die werden bijna altijd met geweld onderdrukt.

Slide 18 - Tekstslide

Huiswerk
Zelfstandig werken

§2 opdracht 1 t/m 8 (11 alleen Havo)
Schriftelijk leren (opdracht 12 §2)



HW controleren steekproef


Slide 19 - Tekstslide