Passé composé

Bonjour
In deze LessonUp kan je de passé composé oefenen!
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Bonjour
In deze LessonUp kan je de passé composé oefenen!

Slide 1 - Tekstslide

Welke antwoorden tonen een Passé Composé?
A
Je fais la cuisine.
B
Il a mangé une baguette.
C
Nous avons étudié les apprendres.
D
Elles ont fait les devoirs.

Slide 2 - Quizvraag

Een Passé Composé bestaat ALTIJD uit ... delen?
A
1
B
2
C
3
D
oneindig veel

Slide 3 - Quizvraag

Typ de voltooide deelwoorden van:
aimer chanter chercher trouver

Slide 4 - Open vraag

Mettez au Passé Composé:
Tu (surfer) sur internet.
(typ alleen de vervoeging van avoir + voltooid deelwoord)

Slide 5 - Open vraag

Mettez au Passé Composé:
Je (aimer) mon chien.
(typ alleen de vervoeging van avoir + voltooid deelwoord)

Slide 6 - Open vraag

Mettez au Passé Composé:
Il parle le français.
(typ de hele zin over)

Slide 7 - Open vraag

Mettez au Passé Composé:
Nous chantons une chanson.
(typ de hele zin over)

Slide 8 - Open vraag

Mettez au Passé Composé:
Vous gagnez un prix.
(typ de hele zin over)

Slide 9 - Open vraag

Mettez au Passé Composé:
Elles jouent dans le jardin.
(typ de hele zin over)

Slide 10 - Open vraag

Geef de voltooid deelwoorden van:
être avoir faire

Slide 11 - Open vraag

Kies de antwoorden met een passé composé
A
Nous avons été en Espagne.
B
Vous faites le jardin en été?
C
Tu as eu un teste de maths aujourd'hui.
D
Ta mère a un cadeau pour toi.

Slide 12 - Quizvraag

Mettez au passé composé:
Je suis à l'école.
(Schrijf de hele zin over)

Slide 13 - Open vraag

Mettez au passé composé:
Mais, qu'est-ce que tu fais?
(Schrijf de hele zin over)

Slide 14 - Open vraag

Mettez au passé composé:
Paul a les devoirs pour le français
(Schrijf de hele zin over)

Slide 15 - Open vraag

Mettez au passé composé:
Mes parents sont en Italie.
(Schrijf de hele zin over)

Slide 16 - Open vraag

Mettez au passé composé:
Nous faisons du camping.
(Schrijf de hele zin over)

Slide 17 - Open vraag

Mettez au passé composé:
Vous avez un camping-car.
(Schrijf de hele zin over)

Slide 18 - Open vraag