spc en blaasspoeling

Suprapubische katheter + Blaasspoelen
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Suprapubische katheter + Blaasspoelen

Slide 1 - Tekstslide

Verschil suprapubische en transurethrale katheter
Transurethraal: via de urethra (plasbuis)
Suprapubische katheter: via de buikwand

Slide 2 - Tekstslide

Indicaties suprapubische katheter
  • Prostaatvergroting (als urethrale katheter niet mogelijk is)
  • Langdurige katheterisatie
  • Definitieve katheterisatie
  • Recidiverende urineweginfecties bij uretrale katheter.

Slide 3 - Tekstslide

Voordelen suprapubische katheter
  • Minder kans op urineweginfecties
  • Geen irritatie/beschadiging van de urethra
  • Minder kans op blaaskramp
  • Minder hinderlijk bij seksuele activiteit 
  • Overstap naar zelfstandig urineren is makkelijker.

Slide 4 - Tekstslide

Inbrengen suprapubische katheter
  • Eerste keer: door uroloog in ziekehuis 
  • Volle blaas, echografie
  • Naald en daarna holle buis
  • Katheter met ballon.

Slide 5 - Tekstslide

Verzorgen suprapubische katheter
  • Eerste 5 dagen splitgaas


  • Inspectie fistel: rood, ontstekingsverschijnselen?
  • Zit de katheter nog goed vast?
  • Schoonmaken met water van binnen naar buiten
  • Katheter fixeren op het bovenbeen.

Slide 6 - Tekstslide

Vilans protocol

suprapubische verblijfskatheter verzorgen

Blaasspoelen

Slide 7 - Tekstslide

Blaasspoelen

Slide 8 - Tekstslide

Verschil tussen het spoelen van een katheter en blaasspoelen
Het spoelen van een katheter en blaasspoelen worden vaak in één adem genoemd. 

Katheter spoelen:
Om de katheter doorgankelijk te houden en aanslag te voorkomen en/of verwijderen.
Spoelen gebeurt met een kleine hoeveelheid spoelvloeistof.


Slide 9 - Tekstslide

Het doel van een blaasspoeling is het reinigen of behandelen van de blaas.
Blaasspoelen:
Om medicatie in te brengen in de blaas of stolsels en bezinksel uit de blaas te verwijderen.
Spoelen gebeurt met een ruime hoeveelheid spoelvloeistof.

Spoelvloeistof moet een periode inwerken in de blaas. Dit kan per zorgvrager verschillen


Slide 10 - Tekstslide

Indicaties voor blaasspoeling
  • om vlokken, gruis en/of stolsels te verwijderen

  • om met antibiotica ontstekingen te bestrijden (medicinale spoeling)

  • bij blaaskanker, om kankercellen te vernietigen of om de afweer te stimuleren (dit vindt plaats in het ziekenhuis)

Het is niet zinvol om zorgvragers met een katheter standaard te spoelen om urineweginfecties te voorkomen!



Slide 11 - Tekstslide

Voor - en nadelen
Het inbrengen van vloeistof of medicijnen direct in de blaas kan voordelen hebben. 
Hoge concentraties van het werkzame bestanddeel kunnen op de aangedane plek lokaal inwerken. 
Daarnaast zijn er minder systemische bijwerkingen. 

Het nadeel is dat je moet katheteriseren. 

Slide 12 - Tekstslide

Open versus gesloten systeem
Er zijn twee manieren om een blaasspoeling te geven:

  • Open blaasspoeling. Een blaasspoelzakje of een blaasspuit wordt op de katheter aangesloten. De katheterzak wordt hierbij losgekoppeld.

  • Gesloten blaasspoeling. De blaasspoeling vindt plaats via de derde ingang van de blaaskatheter. De katheterzak wordt hierbij niet losgekoppeld.




Slide 13 - Tekstslide

Actieve versus passieve blaasspoeling
Actieve blaasspoeling:

Bij een actieve spoeling wordt de vloeistof onder druk ingebracht in de blaas. 

De vloeistof wordt met enige kracht in de blaas gespoten.

Slide 14 - Tekstslide

Actieve versus passieve blaasspoeling
Passieve blaasspoeling:

Bij een passieve blaasspoeling wordt de vloeistof aangesloten op het kathetersysteem en opgehangen aan bijvoorbeeld een infuuspaal. 
De vloeistof loopt onder invloed van de zwaartekracht de blaas in.

Slide 15 - Tekstslide

Problemen bij en na blaasspoelen

  • De spoelvloeistof loopt moeilijk in. Dit kan een gevolg zijn van een verstopte katheter.
  • Blaaskrampen. Vaak komt dit doordat de spoelvloeistof te koud is of te snel inloopt.



Slide 16 - Tekstslide

  • Beschadiging van de blaaswand. Dit kan optreden als de spoelvloeistof met te veel kracht wordt ingebracht of als de spoelvloeistof prikkelt.
  • Infectie. Als je niet steriel genoeg hebt gewerkt, kunnen ziektekiemen in de blaas worden gebracht.


Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide