In deze les zitten 52 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
N E D E R L A N D S
Voorbereiding:
- Spullen op tafel
- boek en schrift
Slide 1 - Tekstslide
Gedichten rijmen
Slide 2 - Tekstslide
Planning
Uitleg werkwoordspelling
Zelfstandig met de oefeningen aan de slag
P L A N N I N G
1. Lesdoel
2. voorkennis activeren
3 Met elkaar praten over het onderwerp
4 Opdracht: 3 quotes schrijven en versieren
5 Presenteren
6. Reflectie
Slide 3 - Tekstslide
Lesdoel
: Aan het einde van de les heb jij zelf 3 citaten geschreven over het thema "de dood" en tevens een bijpassende tekening gemaakt
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
De dood
Slide 7 - Woordweb
Wat vind je van de gedachte dat je een keer dood gaat?
Slide 8 - Open vraag
Hoe vaak denk je aan de dood?
Slide 9 - Open vraag
1. Lees alle quotes/ uitspraken
2. Kies een quote die jij leuk vindt of jouw aanspreekt
3. Bespreek deze met je maatje
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Opdracht
1. Thema "Dood"
2 Schrijf nu zelf 3 uitspraken/ citaten/quotes over het onderwerp "de dood"
3. Bespreek je de uitspraken/ citaten/ quotes met je maatje
4 Maak een passende tekening bij de quote
3. Presentatie
Slide 12 - Tekstslide
Kan je de dood beter ontkennen of toelaten
Kan je beter niet aan de dood denken of is het juist goed om met de dood bezig te zijn?
Schrijf jullie verschillende argumenten op.
Slide 13 - Tekstslide
Opdracht
De stelling is: ‘Weten dat je eens doodgaat, maakt je tot een beter mens.’
Verzin in een groepje van vier leerlingen zoveel mogelijk argumenten voor én tegen deze stelling.
Slide 14 - Tekstslide
Planning
Uitleg werkwoordspelling
Zelfstandig met de oefeningen aan de slag
P L A N N I N G
1. Lesdoel
2. Terugblik
3 Gedicht schrijven
5 Presenteren
6. Reflectie
Slide 15 - Tekstslide
Lesdoel
- Ik kan rijmen
- Ik weet wat rijmwoorden en rijmschema's zijn
- Ik kan een gedicht schrijven
Slide 16 - Tekstslide
Wat is rijmen?
. Woorden achter elkaar zetten die de zelfde klank hebben.
Bijvoorbeeld
Huis - muis
Maken - raken
Slide 17 - Tekstslide
Wat rijmt er op hond?
Slide 18 - Woordweb
Een rijmschema
Is de manier waarop woorden in een gedicht op elkaar rijmen.
Een voorbeeld: a - a - b - b, gepaard rijm
De eerste en tweede regel rijmen dan op elkaar. En de derde en vierde regel rijmen dan op elkaar.
Slide 19 - Tekstslide
Een voorbeeld
Mijn leven is echt heel gewoon, een huis is waar ik woon.
Met een tuintje en een kat, en er gebeurt nooit eens wat. Af en toe vangt de kat een muis, en die brengt hij dan mee naar huis.
Slide 20 - Tekstslide
a - b - a - b gekruiste rijm
Slide 21 - Tekstslide
a - b - b - a
omarmende rijm
Er worden vele hartsgeheimen
Tot mijn onuitsprekelijk plezier
Op vele websites en papier
geschreven in gedichten en in rijmen.
Slide 22 - Tekstslide
Wat ga je doen
Maak een woordweb
Slide 23 - Tekstslide
de opdracht
1. Nu ga jij een gedicht schrijven.
2. Maak daarna een passende tekening bij het gedicht
Slide 24 - Tekstslide
Een goede titel voor jouw gedicht
- De titel staat boven jouw gedicht
- De titel moet duidelijk maken waar jouw gedicht over gaat
- De titel is kort
- De titel zorgt ervoor dat mensen jouw gedicht gaan lezen
Slide 25 - Tekstslide
Opdracht
1. Kies waar je gedicht over gaat.
2. Kies een rijmschema.
3. Schrijf de rijmwoorden op die je gaat gebruiken.
4. Schrijf een gedicht van minstens 12/16/24 regels.
5. Kies een pakkende titel
Slide 26 - Tekstslide
Is je gedicht af?
Maak er een mooie, bijpassende poster van!
Dit mag op papier en digitaal. Bijvoorbeeld Canva
Slide 27 - Tekstslide
Terugblik
Hoe vond je de lessen?
Tips en tops voor de juf
Slide 28 - Tekstslide
Zelfstandige opdracht
Wat is de dood volgens jou? of Wat roept de dood bij jou op? Maak een tekening van de dood, schrijf een verhaal over wat de dood is of maak een lijst van woorden die de dood volgens jou het beste omschrijven.
Klaar?: Ga verder met de andere opdrachten
Slide 29 - Tekstslide
Jouw eigen ervaring met gedichten
Slide 30 - Tekstslide
Kies uit de lijst drie uitspraken waar je eens mee bent en geef een toelichting.
Slide 31 - Open vraag
Opdracht
1. Thema Dood
2. Schrijf 2 uitspraken/ quotes
3. Praat met je maatje over je uitspraken/ je quotes
4 presenteer je quotes
Slide 32 - Tekstslide
Slide 33 - Video
Welke rijmwoorden heb jij gehoord?
Slide 34 - Tekstslide
Een rijmschema
is de manier waarop woorden in een gedicht op elkaar rijmen.
Een voorbeeld: a - a - b - b, gepaard rijm
De eerste en tweede regel rijmen dan op elkaar. En de derde en vierde regel rijmen dan op elkaar.
Slide 35 - Tekstslide
Een voorbeeld
Mijn leven is echt heel gewoon, een huis is waar ik woon.
Met een tuintje en een kat, en er gebeurt nooit eens wat. Af en toe vangt de kat een muis, en die brengt hij dan mee naar huis.
Slide 36 - Tekstslide
a - b - a - b gekruiste rijm
Slide 37 - Tekstslide
a - b - b - a
omarmende rijm
Er worden vele hartsgeheimen
Tot mijn onuitsprekelijk plezier
Op vele websites en papier
geschreven in gedichten en in rijmen.
Slide 38 - Tekstslide
Een goede titel voor jouw gedicht
- De titel staat boven jouw gedicht
- De titel moet duidelijk maken waar jouw gedicht over gaat
- De titel is kort
- De titel zorgt ervoor dat mensen jouw gedicht gaan lezen
Slide 39 - Tekstslide
Opdracht
1. Kies waar je gedicht over gaat.
2. Kies een rijmschema.
3. Schrijf de rijmwoorden op die je gaat gebruiken.
4. Schrijf een gedicht van minstens 12/16/24 regels.
5. Kies een pakkende titel
Slide 40 - Tekstslide
Is je gedicht af?
Maak er een mooie, bijpassende poster van!
Dit mag op papier en digitaal. Bijvoorbeeld Canva
Slide 41 - Tekstslide
Beginrijm
Een gedicht, lied of rap kan rijmen op verschillende manieren:
Het eerste woord kan rijmen op het eerste woord in de regel erna.
Vliegen als een vogel, bedriegen als een dief.
Slide 42 - Tekstslide
Middenrijm
Het middelste woord rijmt op het middelste woord in de regel erna.
Als ik loop over straat. En dan hoop ik dat je gaat.
Slide 43 - Tekstslide
Eindrijm
Het laatste woord rijmt op het laatste woord van de regel erna.
Op de bodem is het diep. Maar vergeten kan ik je niet.
Slide 44 - Tekstslide
Klinkerrijm
Er zijn rijmvormen die niet perfect rijmen, bijvoorbeeld klinkerrijm.
Ik vind je erg lief, dat gevoel zit erg diep.
Slide 45 - Tekstslide
Opdracht Kern
1. Maak een rijmende rap of songtekst van 8 regels.
2. Kies welke soort rijm jij gaat gebruiken.
3. Begin met 'Vandaag voel ik me goed......'
4. Denk aan een pakkende titel!
Slide 46 - Tekstslide
Gedachtesprongen
Popliedje: duidelijk wat de boodschap is, wat de zanger wil vertellen. Er zijn weinig gedachtesprongen.
Gedicht: een gedicht moet je vaak nog een keer lezen. Wat wil de schrijver nou precies zeggen?
Bij een gedicht zijn er dus grote gedachtesprongen.
Slide 47 - Tekstslide
Opdracht Op Niveau
1. Kies een woord dat bij jou een bepaalde stemming oproept.
2. Maak een woordweb en zet er woorden bij die bij jou oproepen.
3. Schrijf een gedicht van minstens 8 regels waarbij je het woord omschrijft, maar niet het woord opschrijft.
4. Denk aan de titel.
Slide 48 - Tekstslide
Slide 49 - Tekstslide
Is je gedicht af?
Maak er een mooie, bijpassende poster van!
Dit mag op papier en digitaal. Bijvoorbeeld Canva
Slide 50 - Tekstslide
timer
5:00
Slide 51 - Tekstslide
Doelen gehaald?
Groep 7/8: Aan het einde van de les weet jij wat gepaarde, gekruiste en omarmende rijmschema’s zijn.
Kern: Aan het einde van de les weet jij welke soorten rijm er zijn.
Op Niveau: Aan het einde van de les weet jij wat gedachtesprongen zijn.