B&F, Taal, Blok 6 les 1 (les woordenschat; thema slapen)
1 / 23
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Waar denk jij aan bij 'slapen'?
Slide 2 - Woordweb
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
In wat voor bed slaap jij?
A
een gewoon bed
B
een hoogslaper
C
een stapelbed
D
een ander soort bed
Slide 8 - Quizvraag
Welk bed staat niet in een slaapkamer?
A
een stapelbed
B
een bloembed
C
een slaapbank
D
een waterbed
Slide 9 - Quizvraag
Je slaapt op iets wat uit de kraan komt
A
het stapelbed
B
het bloembed
C
de bedstee
D
het waterbed
Slide 10 - Quizvraag
Iemand slaapt boven of onder jou
A
het bloembed
B
het stapelbed
C
de bedstee
D
de hangmat
Slide 11 - Quizvraag
Je maakt het vast tussen twee bomen
A
het stapelbed
B
het bloembed
C
de hangmat
D
het waterbed
Slide 12 - Quizvraag
Dit is eigenlijk niet om in te slapen
A
het waterbed
B
het bloembed
C
de bedstee
D
het stapelbed
Slide 13 - Quizvraag
Je bed heeft deurtjes.
A
het stapelbed
B
de bedstee
C
het bloembed
D
de hangmat
Slide 14 - Quizvraag
In een luchtbed zit water
A
waar
B
niet waar
Slide 15 - Quizvraag
Een slaapbank gebruik je overdag om op te zitten.
A
waar
B
niet waar
Slide 16 - Quizvraag
Als je in een bedstee slaapt, slaap je in een soort kast.
A
waar
B
niet waar
Slide 17 - Quizvraag
Een hoogslaper kun je buiten hangen.
A
waar
B
niet waar
Slide 18 - Quizvraag
Maf betekent gek of raar.
Welk bed uit deze les vind jij maf?
Welk bed uit deze les vind jij maf?
Slide 19 - Open vraag
Welk bed uit deze les zou jij willen hebben?
Slide 20 - Open vraag
Slide 21 - Tekstslide
Welke woorden heb jij geleerd?
