Zwakke werkwoorden zijn te zwak om zichzelf te veranderen. Zij krijgen de standaardregel: stam + de(n) of stam + te(n)
Of je stam + de(n) of stam + te(n) moet schrijven, kan je zien aan de laatste letter van de stam. Zit de laatste letter in 't kfschp? Dan schrijf je stam + te(n).
fietsen --> fiets --> ik fietste
betalen --> betaal --> wij betaalden 't kfschp
rennen --> ren --> hij rende
praten --> praat -> Oskar en Jules praatten