Kraamperiode

kraamperiode
1 / 51
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

kraamperiode

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terugblik
Zorg voor de barende

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke begeleiding biedt jij aan de barende?
Denk aan ontsluitingsfase/uitdrijvingsfase/nageboortetijdperk

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Waar let jij op post partum bij kraamvrouw en baby?

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen week 3 (deel 1)
• Postnatale periode
• Herstel van de kraamvrouw
• Observatie en verzorging van de kraamvrouw
• Borstvoeding
• Anatomie en fysiologie van de borsten
• Flesvoeding geven

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Postnatale periode
2 uur na geboorte placenta
puerperium = kraambed van 8 dagen
ontzwangeren (6 weken - 3/4 maanden)
Kraambed 8-10 dagen
Kraamzorg +_ 49 uur (8dgn)
Zorg door kraamverzorgende thuis of vpk (zkh)


Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Observaties pijn:
naweeën;
borststuwing 
pijnlijke perineumwond;
obstipatie;
mictieklachten;
vermoeidheid
Emoties
observeren lochia

Ondersteuning bieden dagelijkse verzorging
Mobiliseren
Urine
pols en temp
Bloeddruk en bloedonderzoek
7B's
borsten;
buik;
baarmoeder;
blaas;
benen;
beleving;
binding.
gewicht
perineum
Aambeien







Slide 7 - Tekstslide

borsten; (stuwing - tepelkloven - harde plekken
buik; (ontlasting - perinuem
baarmoeder; ( samentrekken - vloeien
blaas; (mictie - mictieklachten- meer vloeien )
benen; (verhoogde kans trombose)
beleving; verwerking ervaring
binding. (van belang ontwikkeling kind
tepelkloof
Voelen van de fundushoogte

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kraamvrouwenkoorts
Temperatuur van 38 °C of hoger gedurende minstens twee dagen in de eerste dagen na de bevalling.
De veroorzaker - een bacterie in de groep A-streptokokken
drie B’s’.
 Borsten (borstontsteking, stuwing),
buik (ontsteking van het baarmoederslijmvlies, blaasontsteking)
en benen (trombose).

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Endometritis
treedt meestal pas paar dagen na de bevalling op
koorts + snelle pols
meer vloeien
riekende lochia (slecht ruikende troebele bloederige afscheiding
uterus trekt niet goed samen (placentarest in de wand van de baarmoeder).
Buikpijn
Pijnlijke uterus

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Mogelijke oorzaak: Verstopping van de melkkanalen
Waar staan de 7 B's voor?

Slide 12 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer start de postnatale periode
A
direct na de bevalling
B
2 uur nadat de placenta is geboren
C
direct nadat de placenta is geboren

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Als de fundusstand hoog blijft staan dan kan dat komen door
A
eventuele placentarest of stolsel
B
volle blaas
C
infectie
D
overrekte uterus

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

A
B
C
D
E
Melkgang
Vet en bindweefsel
Tepel
Melkklier
Tepelhof

Slide 15 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

 Borsten
Ook wel mammae
Lymfevaten en lymfeklieren
Melkklieren
Melkgangen
Tepel
Vet en bindweefsel


Tijdens zwangerschap
hyperpigmentatie
Doorbloeding neemt toe
Lactatie
Post partum daling hormonen oestrogeen/progesteron
Belangrijk:
Oxytocine en prolactine
Toeschietreflex - oxytocine, melk gaat stromen - uterus trekt samen

Tepelstimulatie - Prolactine - aanmaak melk
S''nachts verhoogt
Regelmatig aanleggen 7-8 x p.24 uur
Evt. Kolven


Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk hormoon is betrokken bij het toeschietreflex?

Slide 17 - Open vraag

Als een baby aan de tepel zuigt (tepelstimulatie), als de moeder aan de baby denkt of als zij hem hoort huilen, treedt er een reflex in werking waardoor oxytocine wordt afgescheiden door de hypofyseachterkwab. Dit hormoon zorgt ervoor dat het spierweefsel rond de kliercellen in de borst gaat samentrekken waardoor de melk gaat stromen. Dit is de zogenoemde toeschietreflex. Oxytocine zorgt er ook voor dat de uterus zich samentrekt. Dit heeft een positieve invloed op de involutie van de uterus. Daardoor hebben sommige vrouwen, gedurende de eerste paar dagen na de partus, naweeën tijdens het voeden.
Welk hormoon zorgt voor de aanmaak van melk?

Slide 18 - Open vraag

Prolactine regelt de aanmaak van melk. ’s Nachts is het prolactinegehalte in het bloed het hoogst. Wil je de borstvoeding goed op gang laten komen, dan is een nachtvoeding belangrijk.
Borstvoeding
Rustige omgeving
Ontspanning  (vermijden van stressfactoren - adrenaline) 
Houdingen
1e uur pp sterk zuigreflex
Colostrum
Binding
Niet wassen met zeep
Hongersignalen baby - plasluiers- alert
Hygiëne - spruw
Voeden on demand (z.n kolven)
Let op kloven, stuwing en  nazorg
Medicijngebruik
Vitamine K en D



Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zijligging
Rugbyhouding

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Flesvoeding

Iedereen kan de voeding geven.
nauwkeurig .
bevat vitamine D en K.
Voeding, alcohol en medicijngebruik van de moeder spelen geen rol.
De nadelen 
 duur.
De bereiding moet nauwkeurig gebeuren.
 meer kans op obstipatie.
Voedingsschema of on demand

Je mist de voordelen van borstvoeding, zoals de opbouw van het afweersysteem, een sneller herstel van de moeder en een natuurlijke bescherming tegen borstkanker










Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Hoe heet de eerste moedermelk

Slide 23 - Open vraag

De eerste paar dagen produceert de moeder nog geen melk maar colostrum, een kleverige vloeistof die veel voedingsstoffen zoals mineralen, eiwitten en vitaminen, maar ook immuunstoffen bevat. Colostrum is licht verteerbaar en heeft een laxerende werking, wat een positieve werking heeft op de lozing van meconium. Colostrum onderscheidt zich van de latere melk doordat het meer eiwitten en minder suiker en vet bevat.
Hoelang duurt het kraambed
A
1 dag
B
6 weken
C
3 maanden
D
8-10 dagen

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De baby heeft een verhoogde kans op obstipatie bij
A
Flesvoeding
B
Bprstvoeding

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Puerperium staat voor
A
Is een ander woord voor perineum
B
risico's op post partum complicaties
C
Postnatale periode

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Stressfactoren rondom borstvoeding hebben een negatief effect op
A
De aanmaak van moedermelk
B
De beleving van het kraambed
C
De binding

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij Flesvoeding geef ik aanvullend nog vitamine K
A
Waar
B
Niet waar

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem 5 termen die je van de vorige les zijn bijgebleven?

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen week 3 (deel 2)
Observatie en zorg bij de pasgeborene
• Hygiënische verzorging van de pasgeborene
• Postnatale screening
• Ontslag uit het ziekenhuis

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak een mindmap met de belangrijkste aspecten rondom observaties bij en zorg voor de pasgeborene. (Geen google, chat gpt etc. etc.)

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een kort overzicht
Temp - infectie - gluc
AH - +intrekkingen, neusvleugelen
Kleur -roze icterus , blauw, grauw
voedingen (gluc-fladderen)
mictie (min. 6 per 24 uur
meconium (binnen 48 uur)/ overgangsluiers
Darmkrampjes (onrijp-lucht-obstipatie-allergie)
Spugen
Slaap-waakritme
Voorkeurshoudingen




Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fysiologische icterus
Icterus neonatorum
Onrijpheid lever
Afbraak rode bloedcellen -toename bilirubine
 start 2-3 dag
verdwenen 1-2 weken
Obs- voedingen en Up

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pathologische icterus
Kan toxiciteit veroorzaken
Schade aan de hersenen (kernicterus)


Bloedonderzoek –drempelwaarde 210micromol


Oorzaken:
Prematuriteit
Bloedgroep 
Leveraandoeningen
Infecties
Metabole aandoenigen

Behandeling o.a FOTO-THERAPIE

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Richtlijn veilig slapen

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Luieruitslag
a 3 uur verschonen
ondersteun het hoofdje

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar let jij op bij de hygiënische verzorging van een pasgeborene ?

Slide 39 - Woordweb

Denk ook aan baden
Plooien Nekplooien
Bilnaad

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

navelstomp
 gelei van Wharton

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Thuis en Ziekenhuis

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Postnatale screening/Hielprik 
Screeningsonderzoek - 19 ernstige ziekten
Meesten erfelijk - niet te genezen - wel behandeling
Vanaf dag 4
 Provinciale Entadministratie (PEA) 
Geen bericht is goed bericht (binnen 4 weken)
Verwarm het voetje
Thuis of in het Ziekenhuis

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ontslag
Kraamzorg geregeld
Overdrachtsformulieren
Ontslaggesprek
Bevallingsverslag
Geboortegewicht / ontslaggewicht
Voedingen
Leefregels
Aangifte

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer is een fysiologische icterus meestal weer verdwenen?
A
na 2-3 dagen
B
Na 1-2 weken
C
Na 4-5 dagen
D
Na 3-4 weken

Slide 45 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een oorzaak van een Pathologische icterus is
A
prematuriteit
B
C
infectie
D
leveraandoeningen

Slide 46 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat observeer jij aandachtig bij een icterus

Slide 47 - Woordweb

Voedingen
Urineproductie
Alertheid
Temp
Kleur
Binnen hoeveel uur moet een baby post partum meconium lozen
A
24 uur
B
12 uur
C
36 uur
D
48 uur

Slide 48 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem 3 oorzaken van darmkrampjes bij baby's

Slide 49 - Open vraag

onrijp-lucht-obstipatie-allergie)
Maak de verwerkingsopdrachten in Thieme

Slide 50 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Volgende week (week 4)
Je kunt toelichten wat het verschil is tussen chromosomale afwijkingen, aangeboren afwijkingen zonder bekende chromosoomafwijkingen en aangeboren afwijkingen door invloeden van buitenaf.
• Je kunt samenvatten wat de symptomen en risico’s zijn van de syndromen van Down, Duchenne, Turner en Klinefelter en van cystische fibrose.
• Je kunt benoemen hoe erfelijke afwijkingen al voor de geboorte en soms zelfs voor de zwangerschap kunnen worden opgespoord.
• Je kunt beschrijven hoe een klompvoet, congenitale heupdysplasie en spina bifida worden vastgesteld en behandeld.
• Je kunt beschrijven hoe invloeden van buitenaf kunnen leiden tot aangeboren afwijkingen.

Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies