V4wiA hfdst 5 statistiek 5.4/H4wiA 2.4

Week 16
vwo 4 wiA
17 april 2020
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Week 16
vwo 4 wiA
17 april 2020

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen:
  • Uitleg 5.4: Onderzoeken en presenteren

  • Herhalen 5.3: opgave 32 bleek lastig

Slide 2 - Tekstslide

5.4 Onderzoeken en presenteren

Slide 3 - Tekstslide

De vier fasen bij een statistisch onderzoek

Slide 4 - Tekstslide

1 Gegevens verzamelen

Slide 5 - Tekstslide

Belangrijke begrippen
  • Populatie: De totale groep waar het onderzoek zich op richt
  • representatieve steekproef: Een steekproef die een juiste afspiegeling is van de gehele populatie
    -> voldoende groot
    -> aselect: elk element van de populatie heeft dezelfde kans om in de steekproef te komen
  • respondenten: deelnemers aan een enquete

Slide 6 - Tekstslide

Voorbeeld: onderzoek naar scholieren met bijbaan
Lan
Als je iets wil zeggen over het aantal scholieren met een bijbaan in Nederland, is een steekproef met alle jongeren in het Westland niet representatief

Slide 7 - Tekstslide

Waarom is de steekproef dan niet representatief?
timer
1:00
A
niet aselect
B
niet voldoende groot

Slide 8 - Quizvraag

Uitwerking
  • Er wordt iets gezegd over zo'n 500000 scholieren in Nederland, dus zou een steekproef van 2500 scholieren genoeg zijn. Een steekproef van alle jongeren in het Westland zou dus wel voldoende groot zijn. 
  • Maar niet elk element van de populatie heeft evenveel kans om in de steekproef te komen, dus de steekproef is niet aselect.

Slide 9 - Tekstslide

Tips voor het maken van een enquete
  • Geef duidelijk aan over welke periode de vraag gaat 
  • Stel één vraag per vraag 
  • Maak korte vragen en zinnen 
  • Geef niet je eigen mening in vragen 
  • Geef een keuze uit antwoorden 
  • Zorg dat de antwoordmogelijkheden elkaar niet overlappen 
  • Zoek je respondenten op een logische plek 
  • Maak je vragenlijst niet te lang

Slide 10 - Tekstslide

4 meetniveaus
verband met kwalitatief/kwantitatief
Onderscheid/categorisering
Gelijke verhoudingen/natuurlijk nulpunt

Slide 11 - Tekstslide

De variabele onderwijsniveau is:
timer
1:00
A
kwalitatief, nominaal
B
kwalitatief, ordinaal
C
kwantitatief , nominaal
D
kwantitatief, ordinaal

Slide 12 - Quizvraag

De variabele geslacht is:
timer
1:00
A
kwalitatief, nominaal
B
kwalitatief, ordinaal
C
kwantitatief , nominaal
D
kwantitatief, ordinaal

Slide 13 - Quizvraag

De variabele leeftijd is:
timer
1:00
A
kwalitatief, intervalniveau
B
kwalitatief, rationiveau
C
kwantitatief, intervalniveau
D
kwantitatief, rationiveau

Slide 14 - Quizvraag

2/3 Verwerken en analyseren van data

Slide 15 - Tekstslide

Manieren voor het verwerken/analyseren van data
  • tabellen
  • frequentieverdelingen
  • diagrammen
  • berekenen centrum/spreidingsmaten

Slide 16 - Tekstslide

2 mogelijke diagrammen voor het verwerken van de data:

  • dotplot
  • spreidingsdiagram (alle punten samen vormen een puntenwolk)

Slide 17 - Tekstslide

Dotplot: Met welke kleur wordt welke centrummaat aangegeven?
https://www.geogebra.org/m/CjpASXTN
modus
mediaan
gemiddelde

Slide 18 - Sleepvraag

Slide 19 - Tekstslide

Spreidingsdiagram 1: 
criminaliteit- gevoel van veiligheid


Percent of persons who feel unsafe walking alone at night versus actual state violent crime rates for 8 Australian states and territories

Slide 20 - Tekstslide

Spreidingsdiagram 2
bevolkingsdichtheid-gemiddelde woningwaarde

Slide 21 - Tekstslide

Analyse door berekening van de steekproefproportie

Slide 22 - Tekstslide

Vb: onderzoek naar het aantal scholieren met een bijbaan (Het kenmerk is hier dus de bijbaan)
Lan
De populatieproportie blijkt op het vwo ongeveer 0,49 te zijn (49% van de scholieren  op het vwo heeft een bijbaan) 

Slide 23 - Tekstslide

Stel dat we een steekproef zouden doen
met alleen Westlandse scholieren,
verwacht je dan een steekproefproportie die hoger is of die lager is dan deze populatieproportie?
timer
2:00
A
lager, want in het Westland hebben ze vaker een bijbaan
B
lager, want in het Westland hebben ze minder vaak een bijbaan
C
hoger, want in het Westland hebben ze vaker een bijbaan
D
hoger, want in het Westland hebben ze minder vaak een bijbaan.

Slide 24 - Quizvraag

4 Conclusies trekken

Slide 25 - Tekstslide

Fouten bij het trekken van conclusies
  • Een conclusie is gebaseerd op een niet representatieve steekproef
  • Een conclusie is suggestief, nietszeggend of zet je op het verkeerde been.
  • Voor een conclusie is slechts een gedeelte van de onderzoeksresultaten gebruikt
  • Er wordt een gevolgtrekking gedaan die te kort door de bocht is.

Slide 26 - Tekstslide

Wanneer is er sprake van causaal/oorzakelijk verband (causaliteit)?
  • Er is een statistisch verband tussen de variabelen
  • de variabele die als veroorzakende variabele wordt beschouwd, moet in de tijd voorafgaan aan de andere variabele
  • Er moeten geen andere variabelen in het spel zijn die het verband veroorzaken

Slide 27 - Tekstslide

5

Slide 28 - Video

00:43
Er is een statistisch verband tussen de ijsverkoop en het aantal verdrinkingen,
maar er is geen sprake van causaliteit want:
timer
1:00
A
het ene volgt niet op het andere in tijd
B
er is een andere variabele in het spel

Slide 29 - Quizvraag

02:01
Er is een statistisch verband tussen het getrouwd zijn van een man en een langere levensverwachting maar er is geen sprake van causaliteit omdat:
timer
1:00
A
Het ene volgt niet op het andere in tijd
B
Er is een andere variabele in het spel

Slide 30 - Quizvraag

03:32
Er is een statistisch verband tussen de bijziendheid van een kind en 's nachts een bedlampje aan, maar er is geen sprake van causaliteit omdat:
timer
1:00
A
Het ene volgt niet op het andere in tijd
B
Er is een andere variabele in het spel

Slide 31 - Quizvraag

04:33
Er is een statistisch verband tussen complimenten/het geven van zelfvertrouwen
aan een kind en goede resultaten, maar er is geen sprake van causaliteit omdat:
timer
1:00
A
Het ene volgt niet op het andere in tijd
B
Er is een andere variabele in het spel

Slide 32 - Quizvraag

04:33

Slide 33 - Tekstslide

Extra dia's over de Simpson's paradox

Slide 34 - Tekstslide

Column over de Simpson's paradox
http://www.wiskundemeisjes.nl/20090330/paradox-feesten/

Lees dit artikel en beantwoord de volgende vragen

Slide 35 - Tekstslide

Waar werd geen rekening mee gehouden toen de universiteit aangeklaagd werd wegens discriminatie van vrouwen?

Slide 36 - Open vraag

Waar werd geen rekening mee gehouden toen de conclusie werd getrokken dat baby's met een laag geboortegewicht van rokende vrouwen een lager sterftecijfer hebben dan die van vrouw die niet roken?

Slide 37 - Open vraag

Slide 38 - Video