Schoonmaken keuzedeel zorg

1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel
Periode 4
Doel 90: je bezit basiskennis rondom schoonmaakwerkzaamheden
Doel 91: je toont specifieke kennis rondom schoonmaakwerkzaamheden
Doel 92: Je voert 'droog schoonmaken' uit. Je voert 'klam vochtig schoonmaken' uit
Doel 93: Je voert 'nat schoonmaken' uit
Doel: 96 je reinigt de vloer door
Doel 97: je reinigt de vloer nat

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waar denk jij aan bij schoonmaken?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Schoonmaken
  • Wie maakt wel eens schoon thuis?
  • Hoe maak je schoon?
  • Welke schoonmaakmiddelen worden bij jou thuis gebruikt?
  • Wie maakt er op stage schoon? Extern?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Video

Waarom zou er volgens jou schoongemaakt moeten worden?
Hoe wil je hier schoonmaken? Welke materialen/ middelen heb je nodig?
Hoeveel tijd heb je hiervoor??
Vraag: moet je van binnen naar buiten schoonmaken of van buiten naar binnen
Juiste antwoord: van buiten naar binnen. Zodat je niks vies meeneemt naar binnen.
Hoarding= een verzamelziekte/ mensen die problemen hebben om afstand te doen van spullen
Hoarding is een psychiatrische stoornis.

Opdracht: schoonmaakmiddelen
Zoek op naar de volgende antwoorden:
- Welke 4 groepen van schoonmaakmiddelen zijn er?
- Wat houdt elke groep in?
- Geef voorbeelden van de schoonmaakmiddelen
- Welke pictogrammen staan er of kunnen er komen te staan op het schoonmaakmiddel?
- Mag je schoonmaakmiddelen met elkaar mengen? En waarom wel of waarom niet?

timer
10:00

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

In de professionele schoonmaak wordt gebruik gemaakt van kleurcodering voor doekjes. Deze bedrijven gebruiken voor elke ruimte of werkplek een doekje van een bepaalde kleur, dat helpt om zo hygiënisch mogelijk schoon te maken
De kleurcodering is als volgt:
Wit: Algemeen
Rood: Sanitair (badkamer schoonmaken, toilet doucht etc.
Blauw: Interieur (meubels schoonmaken zoals de banken)
Groen: Vloeren
Geel: Keuken/desinfectie
Vraag de student; welke kleur doekjes hebben jullie thuis.
Hebben jullie voor de wc en de keuken aparte doekjes
Hoe dweilen jullie thuis?

Schoonmaken
  • Wat betekent droog schoonmaken?
  • Wat betekent klam vochtig schoonmaken?
  • Wat betekent nat schoonmaken

Slide 9 - Tekstslide

Droog schoonmaken: stofzuigen, vegen en stof afnemen.
Klam vochtig schoonmaken: klam vochtig afnemen, schoonmaken met een microvezeldoek en stoom reinigen.
Nat schoonmaken: dweilen, moppen, schrobben en ramen zemen.

Slide 10 - Tekstslide

Voorbeelden geven
Dweil met rolemmer= wordt ook vaak gebruikt op scholen, kan thuis gebruikt worden etc.
Schoonmaak wagen= wordt vaak gebruikt op scholen. Je hebt twee bakken een rode en een blauwe bak. De ene bak is voor schoonwater en de andere bak is voor het vuile water.
Kleine schrobmachine= kunnen worden gebruikt in bedrijven zoals AH, gemeente
Schrobzuigmachine= vaak in de magazijn van bijvoorbeeld de AH, jumbo
Sproei- extractie= om tapijten te reinigen. Er komt water uit

Slide 11 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Dit zijn de volgende schoonmaakregels waaraan jij je moet houden:








  1. Werk van schoon naar vuil;
  2. Werk van buiten naar binnen;
  3. Werk van hoog naar laag;
  4. Werk in een logische; werkvolgorde 
  5. Werk in een ruimte steeds linksom of rechtsom.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoog naar laag
Linksom of rechtsom 
logische werkvolgorde
buiten naar binnen 
Schoon naar vuil 

Slide 13 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Pictogrammen!

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Praktijkopdracht
In groepjes van twee gaan jullie een plan van aanpak maken en vervolgens de klaslokaal schoonmaken. 
In je plan van aanpak wil ik zien hoe jullie het gaan aanpakken en wat jullie nodig hebben
Wat moet er schoongemaakt worden:
- De tafels afnemen
- Gronddweilen
-  Grondvegen
- Ramen zemen
- Glazenwassen

Ruim je spullen aan het eind op en help zo nodig elkaar!

timer
10:00

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werkboekopdrachten
Werkboek
hoofdstuk 3 ondersteunen bij huishouden en wonen
3.7 schoonmaken (alle opdrachten maken)

Theorieboek: blz 102 t/m 108

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke emotie geef jij de les?

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies