Spelling 1vh les 4

Spelling 
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Spelling 

Slide 1 - Tekstslide

Welke onderdelen van spelling gaan we behandelen?
  • werkwoordspelling
  • tussen -n in samenstellingen (plantenbak of plantebak?)
  • verkleinwoorden (spray'tje of spraytje?)
  • bezitsvorm (Miekes fiets of Mieke's fiets?)
  • cijfers en getallen (de jaren tachtig of de jaren 80?)
  • lettergrepen en woorden afbreken
  • afkortingen (aub of a.u.b.)
  • dicteewoorden

Slide 2 - Tekstslide

Wat hebben we al gedaan?
werkwoordspelling
tussen -n in samenstellingen (fietsehok of fietsenhok)
verkleinwoorden (vorkje of vork-je)
bezitsvorm (Miekes fiets of Mieke's fiets?)
cijfers en getallen (de jaren tachtig of de jaren 80?)

Slide 3 - Tekstslide

Deze les 
Lettergrepen en woorden afbreken 
Afkortingen

Slide 4 - Tekstslide

Lettergrepen en woorden afbreken 

Slide 5 - Tekstslide

Lettergrepen en woorden afbreken 

Slide 6 - Tekstslide

Hoe breek je het woord 'tostietje' af?
A
tos-ti-tje
B
tos-tie-tje
C
to-stie-tje
D
to-sti-tje

Slide 7 - Quizvraag

Hoe breek je het woord 'studio' af?
A
st-u-dio
B
stu-dio
C
studi-o
D
st-udi-o

Slide 8 - Quizvraag

Afkortingen
Voor sommige woorden gebruik je meestal een afkorting, omdat ze te lang zijn om helemaal op te schrijven of uit te spreken.

voorbeeld
tv, kB, blz., a.u.b., NS, AOW, z.o.z., PvdA

Slide 9 - Tekstslide


Afkortingen

Slide 10 - Tekstslide

Aan de slag!
Maak van Op Niveau Online (via SOM > Leermiddelen)
Blok 6 > Spelling > opdracht 16, 17 en 19

Slide 11 - Tekstslide