Les 4: humor

Programma
- technieken van humor uitgelegd
- opdrachten 
- opdracht als huiswerk
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Programma
- technieken van humor uitgelegd
- opdrachten 
- opdracht als huiswerk

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Je leert met welke technieken een schrijver humor aanbrengt in een boek
Je kunt de technieken herkennen en uitleggen waarom iets grappigs is
Je kunt de techniek zelf gebruiken in een grap

Slide 2 - Tekstslide

Les 4: Humor
  •  overdrijving
  • imiteren
  • woordspeling
  • ironie
  • understatement
  • anticlimax

Slide 3 - Tekstslide

Imiteren
Je doet iets na (, overdrijft en maakt het belachelijk)

Slide 4 - Tekstslide

Overdrijving
Je maakt het groter of erger

Mijn opa had een neus waarop een ruimteschip paste

Slide 5 - Tekstslide

Woordspeling
Een woord, twee betekenissen:

De psychiater wil niet gestoord worden

Slide 6 - Tekstslide

Understatement
Je maakt zaken minder groot of minder erg

WA en Maxima hebben een aardig optrekje (=klein huisje)

Slide 7 - Tekstslide

Ironie
Je zegt het tegenovergestelde

Die opmerking van jou was zeker ' aardig' bedoeld

Slide 8 - Tekstslide

Anticlimax
Het tegenovergestelde van een climax
Een teleurstelling in plaats van een hoogtepunt

Of ik van sporten houd? Vechtsport, voetbal, hardlopen, curling, ik vind er niks aan.

Slide 9 - Tekstslide

Welke techniek?
De woning aan de Bloemstraat was gehorig, stond scheef en stonk nog erger dan de oksels van mijn vader

Slide 10 - Open vraag

Wat mij betreft mogen ze de files best afschaffen. Maar wat wil je, ze staan ervoor in de rij
A
anticlimax
B
woordspeling
C
understatement
D
ironie

Slide 11 - Quizvraag

Na een indrukwekkende strijd, grootser dan de wedloop naar de maan en sentationeler dan een WK-finale, waren de legendarische woorden van onze held: ' Ja, het ging best aardig'.
A
woordspeling
B
understatement
C
anticlimax
D
ironie

Slide 12 - Quizvraag

Maken!
Les 4 humor; opdracht 1, 2, 4 t/m 7

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Technieken
overdrijving: 'geur van dood paard' 'diagonaal afgestorven'

imiteren: doet de mevrouw met de gangreenteen na

ironie: 'wat er van over was hebben ze gecremeerd, een halve kist' 

understatement: 'de zus zou mee, maar die zus is gecremeerd, want ze was dood' ' loopt erg onhandig zo'n half been' 'haar zus stond ook naast haar te kringelen'

Slide 15 - Tekstslide

Opdracht
Ga op YouTube op zoek naar een fragment van een cabaretier en beantwoord de volgende vragen.

1. Wat vind je grappig aan het fragment?
2. Welke technieken worden er gebruikt?
3. Wat vind je niet grappig of te ver gaan?
4. Wat valt je op aan deze stijl?

Schrijf dit op en neem het mee vrijdag naar de les!

Slide 16 - Tekstslide