Passé composé met avoir + herhaling ww. op -er - 2AHA+2HA - chapitre 1 - les 3

BONJOUR ET BIENVENUE 2AHA!
Bonjour
et 
bienvenue!!
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

BONJOUR ET BIENVENUE 2AHA!
Bonjour
et 
bienvenue!!

Slide 1 - Tekstslide

Aujourd'hui
  • Vorige les...
  • Werkwoorden op -er
  • Passé composé
  • Corriger les devoirs
Mercredi
2 septembre

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

A. optreden

B. ontdekt worden

C. zin hebben om te 

A. aiment
B. parlez
C.  préferons
D.  reste
E. passes
F. habite
1.  Ta famille
2.  Vous 
3.  Tu 
4.  Paula et Paul  
5.   Nous
6.  Je 

Slide 4 - Sleepvraag

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Bekijk de volgende zinnen:
J'ai mangé de la pizza / Nous avons gagné

Uit welke twee soorten werkwoorden bestaat de passé composé?

TIP: wat is een voltooid deelwoord ook alweer?
In het Nederlands: Ik heb gegeten / ik heb gefietst. Gegeten en gefietst zijn hier het voltooid deelwoord!
A
hele werkwoord + voltooid deelwoord
B
hulpwerkwoord + voltooid deelwoord

Slide 7 - Quizvraag

Bekijk de volgende zinnen:
J'ai mangé de la pizza / Nous avons gagné

Welk werkwoord is hier het hulpwerkwoord in het Frans
A
être
B
aller
C
faire
D
avoir

Slide 8 - Quizvraag

Hoe maak je het voltooid deelwoord in het Frans bij een regelmatig werkwoord op -er ? Zet de stappen in de juiste volgorde
- Haal de -r weg
- Pak het hele werkwoord
- Plaats een accent aigu (é) op de laatste e

Slide 9 - Sleepvraag

Dus: Uit welke twee elementen bestaat de passé composé in het Frans?
Sleep die twee elementen naar het juiste vakje
Vorm van het hulpwerkwoord être
Vorm van het hulpwerkwoord avoir
Heel werkwoord
Voltooid deelwoord

Slide 10 - Sleepvraag

Maak de vormen van de passé composé van het werkwoord aimer.
Je/j'
Tu
Il/elle/on
Nous
Vous
Ils/elles
aimé
aimé
aimé
aimé
aimé
aimé
avons
avez
ont
as
a
ai

Slide 11 - Sleepvraag

Zet deze zin in de passé composé
- Je (parler)
A
Je parlé
B
Je suis parlé
C
J'ai parlé
D
j'avoir parlé

Slide 12 - Quizvraag

Zet deze zin in de passé composé
- Paula (regarder)
A
Paula regarde
B
Paula a regarder
C
Paula est regardé
D
Paula a regardé

Slide 13 - Quizvraag

Zet deze zin in de passé composé
- Ils (visiter)
A
Ils ont visité
B
Ils visitent
C
Ils sont visité
D
Ils ont visiter

Slide 14 - Quizvraag

Tu ______ (regarder - PC) le clip sur YouTube.

Slide 15 - Open vraag

Nous _______ (avoir - PC) un cadeau pour ma soeur.

Slide 16 - Open vraag

Vous _____ (préparer - PC) un gâteau pour mon anniversaire!

Slide 17 - Open vraag

Ils ______ (faire - PC) de la musique toute la soirée!

Slide 18 - Open vraag

Wat vind je nog moeilijk? Vul dat hieronder in.

Slide 19 - Open vraag

Les devoirs pour aujourd'hui....
Exercises 14 a-e
atheneum + f

Slide 20 - Tekstslide

Exercice 14a
1 passé composé
2 présent
3 passé composé
4 passé composé
5 passé composé
6 présent

Opdracht 14b
1 regardé
2 été
3 fait
4 trouvé
5 nagé
6 eu

Slide 21 - Tekstslide

Opdracht 14c
1 as passé
2 ai rencontré
3 avons visité
4 a joué
5 ont mangé
6 a nagé

Opdracht 14d
1 avez fait
2 ai été
3 avons mangé
4 a visité
5 a travaillé
6 ont eu

Slide 22 - Tekstslide

Exercice 14e
1 J’ai été
2 Patrick a fait
3 Ils ont visité
4 Nous avons rencontré / On a rencontré
5 Nous avons parlé / On a parlé
6 vous avez eu

Exercice 14f
1 Nous avons été en retard.
2 Marc a habité en Martinique.
3 Les filles ont dansé toute la nuit.
4 Vous avez rencontré des garçons de votre âge?
5 Tu as fait de la plongée?

Slide 23 - Tekstslide

Exercice 9
1 Waar kan ik jongeren ontmoeten?
Hebben jullie ideeën?
Waar hebben jullie jullie vrienden ontmoet?
2 Voorbeeldantwoord: Aller faire du sport au Club Colonial.
 Le sport, c’est bon pour la santé. En plus, on rigole souvent! J’adore le sport!

Slide 24 - Tekstslide

Je huiswerk voor 
maandag 7/9:
lr: bron C p. 10 tb
nakijken opdracht 14

woe 16/9: 
 2AHA SO hfst 1
do 17/9:     
2HA SO hfst 1

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide